GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1974 - pagina 194

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1974 - pagina 194

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

door de ontwikkeling in de schilderkunst die meteen daarna inzette, gelijk al verleden tijd waren. Ze werden overspoeld door de nieuwe inzichten over wat schilderkunst ook kan zijn. De tijd is voor deze mensen niet erg barmhartig geweest. Technisch gesproken hadden ze niets nieuws te brengen, terwijl in de stromingen onmiddellijk na hen nu juist sterke nadruk kwam te liggen op de uitvoering; op de vraag hoe werk je met verf, niet meer: welke boodschap breng je. Het was de ontwikkeling naar de abstracte kunst toe. Van Rappard speelde daarin geen rol. Het is zelfs de vraag of hij die zou hebben kunnen volgen'. Van Rappard ziet zijn artistieke problematiek elders liggen. Wat een kunstenaar te zeggen heeft, moet blijken uit de keus van zijn onderwerpen die daartoe grondig moeten worden bestudeerd. Vandaar dat het niet alleen zijn zorg is de personen, die hij zich als onderwerp kiest, zo goed mogelijk af te beelden, maar dat hij daarbij ook nagaat en afbeeldt waarmee zij in zijn werk bezig zijn. Waar komt die voorliefde van deze aristocraat voor industrie en mensen die daarin werkzaam zijn vandaan? Heeft die iets te maken met de sociale beweging in opkomst? Duidelijk is dat allerminst. Uit het werk spreekt geen doelgericht engagement, zoals dat bij Van Gogh wel het geval is. Zoals gezegd, zijn er van Van Rappard geen motiveringen overgeleverd. Wel is duidelijk dat hij (en Van Gogh) inspiratie putten uit prenten in Britse tijdschriften. Uit de brieven van

36

Boven: Gelijkenis in de motieven: reclits een werk van Van Rappard, links van Van Gogh. Linksonder: Katoenweverij Haarlem, ongeveer 1890. Rechtsonder: Steenfabriek Ruimzicht in Jutphaas, ongeveer 1885.

Van Gogh aan Van Rappard blijkt dat ze elkaar voortdurend op de hoogte houden van nieuwe aanwinsten, dat ze dubbelen uitwisselen. In februari '83 schrijft hij bijvoorbeeld 21 oude jaargangen van het tijdschrift 'Graphic' te hebben gekocht en vraagt hij zich af, of hij de delen intact zal laten, of dat hij ze uit elkaar zal halen en de beste prenten bij

elkaar zal voegen. Tot dat laatste besluit hij tenslotte: ' 't Is een heele sjouwerij maar wel een animerend werk - want ik reken me gelukkig zoo iets gezelligs eens en voor altijd op 't atelier te hebben. Natuurlijkerwijs zijn er heel wat dubbelen disponible.' Op dit vlak moet de invloed worden gezocht die Van Rappard op Van Gogh heeft gehad. Zijn talent is niet dusdanig dan dat hij iets zou hebben kunnen toeof afdoen aan het niveau van Van Gogh. Maar wel fungeert hij als aandrager van ideeën. Hij adviseert Van Gogh bijvoorbeeld om de vele figuurstudies die hij maakt in een grote compositie bijeen te brengen, hetgeen deze de dag daarop onmiddellijk doet. Hij wijst op materiaal dat wellicht eens zou kunnen worden geprobeerd. Niet zodra ziet Van Gogh bij Van Rappard op het atelier werk dat deze in een oudelieden-gesticht heeft gemaakt, of hij vraagt ook toestemming daar te mogen werken (dat wordt hem overigens geweigerd). Je zou kunnen zeggen dat Van Rappard vanaf eind 1880 (wanneer Van Gogh gedesillusioneerd uit de Borinage waar hij evangelist had willen zijn, in Brussel arriveert en het besluit heeft genomen kunstenaar te worden) vooral als een soort 'technisch adviseur' is opgetreden. Uit de brieven die Van Gogh schreef, is op te maken dat techniek en boodschap; academisch-gevormde vakman en vrijeworstelaar; deelnemer-aan-het-Utrechtsekunstleven en 'drijver'-onder-het-gewonevolk, van meet af aan in discussie zijn en elkaar zo nu en dan danig irriteren, wat overigens de verstandhouding vijf jaar lang nauwelijks kan vertroebelen. Van Gogh vindt, dat wat hij wil zeggen,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's

VU Magazine 1974 - pagina 194

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's