Eenige kameradviezen uit de jaren 1874 en 1875 - pagina 183
183
SOCIALE QUAESTIE.
Dan
een antwoord aan den geachten afgevaardigde uit Tiel.
Hij lieeft gezegd
leggen, behoeft
de
om,
haar in
de
èn
met de
zooals
woorden
mijn
ik in
Mijnheer
te herlezen.
hem
vorige, dan zal het
het daar lag verwerpen zou. eerste rede
opgenomen,
zijn
blijken, dat ik
Waar
èn
met zoovele
dit
hem
staat neergeschreven, ontzeg ik
om te beweren, dat 'ik nu myn eerste advies gezegd
recht
28 April
de laatste, beide malen, verklaard heb, dat ik het
in
wetsontwerp in
rede van
geachte afgevaardigde zichzelf de moeite wil
ook deze redevoering in het Bijblad zal
als
eerste
de
indien
vergelijken
te
lietgeen gij zooeven gesproken hebt te weder-
uw
slechts
gij
Voorzitter,
geven
Om
:
het
sprak in lijnrechte tegenspraak met wat
Op
heb.
het stemmen voor of tegen de
wet komt het aan. Beide malen nu heb ik verklaard, dat de zaak, door den
Van Houten
heer
hand genomen, mijn
ter
dan het bestaande k\Yaad zoo spoedig
heeft, en dat ik niet liever wensche,
maar dat
doenlijk te verhelpen,
Eindelijk
de
zei
Stieltjes, te betreuren,
onverdeelde sympathie
ik op dezen voet niet
afgevaardigde
geachte
dat een lid dezer
medewerken mocht.
uit de hoofdstad,
Kamer
de heer
verklaard had, „dat ook
op het geld moet gezien worden, en dat nog wel waar het bescherming
van kinderen gold!" Ik
mij
veroorloof
daarop
ten
wederwoord:
Indien er ooit eenige
maatregel hier wordt voorgesteld, waardoor bedoelde kinderen metterdaad afdoende zullen te helpen
kan
al
zijn,
mocht het dan ook millioenen kosten,
Maar
voorsteller rekenen op mijn stem.
ieder
zoo het, gelijk
aanneming van het amendement Van den Berch, een maatregel naar mijn cent, dien
men
Men
elke
is
uitgeeft, te veel!
Eu hiermee ^)
doelloos zou zijn, dan, acht ik,
overtuiging, volstrekt
bij
geldt, die,
verklaar ik mijn
amendement
in te trekken.
^)
Van Houten «een meening het gevolg van den
heeft in 1874 gemeend, mijn optreden in zake het voorstel
jammerlijk fiasco"
te
moeten noemen. Blijkbaar
was
deze
ik, na met warmte voor het sociale vraagstuk te zijn opgekomen, weigerde mijn stem aan het wetsvoorstel te geven, en alzoo scheen terug te deinzen voor de consequentie van
indruk, dat
mijn uitgangspunt. eerst
bij
zij
het was, dat de
mogelijk
bespreking van hoongelach, in alle
Het
mij
de
zelfs
Kamer
wat
in
in
hiertegenover de verklaring te stellen, dat ik
noodzakelijkheid,
1875 aan het
kwam, hoe
1874 mijn tegenstelhng begreep.
om
van de ministerieele
Europeesche parlementen
geweten,
geoorloofd,
de discussie over hetzelfde onderwerp in 1875 er achter
toeste;iit,
licht
tot
tafel,
een wetgeving op den arbeid te komen, met begroet, terwijl nu,
15 jaren
dat het daarheen mocL.
kwam,
volstrekt on-
In 1874 wierd mijn
Had
later, elke partij
ik
daarom
in
1874
zoo zou ik mij ongetwijfeld omstandiger over
het punt in geschil hebben uitgelaten, teneinde een misverstand te voorkomen, dat nu niet
Ook thans echter Immers ook nu nog beoogt men uitblijven hon.
enquête heil; terwijl mijn niseeren
,
zijn
we m.
i.
nog volstrekt niet waar we wezen moeten.
te veel regeling
stelsel blijft:
van Staatswege, en zoekt daarom
Geef aan den arbeid gelegenheid
om
en organisch haar behoefte aan rechtsbeschouwing te formuleeren
Overheid nooit dan op grond van aldus verkregen kennis.
;
in
een
zich te orga-
en handele de
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 320 Pagina's
![Eenige kameradviezen uit de jaren 1874 en 1875 - pagina 183](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/eenige-kameradviezen-uit-de-jaren-1874-en-1875/1890/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 320 Pagina's