GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

„Mijns levens kracht."

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„Mijns levens kracht."

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Heere is mijn licht en mijn heil, voor wieu zou ik vreezen? De Heere is mijns levens kracht, voor wien zou ik vervaal d zijn ? Psalm 27 : I,

Der Joden uitroep, als iemand moed ingesproken, als iemands besef wakker geschud of iemands kracht gespannen moest worden, klonk: sWees sterk", of in de oorspronkelijke taal: Chazak.

Ze riepen niet Achtung, gelijk onze Duitsche naburen, noch; Attention, gelijk de Franschen, noch ook : Opgepast, zooals men ten onzent zegt. Een man in Israël gevoelde het anders dan wij, en dacht daarom niet aan oppassen, of opletten, of acht geven, maar aan de levenskracht, die er toe noodig was.

Wees sterk; heb kracht er toe; maak dat ge het kunt, zooals wij het konden uitdrukken. En de kunst, om te maken, dat het kon, ging nu naar dezen regel der vroomheid: »Wees sterk en Hij zal uw hart versterken, ja, wacht op den Heere."

Zóó staat er in het slot van Psalm 27; en in verband hiermee nu begint de aanhef van datzelfde lied met de heerlijke betuiging: »De Heere is mijns levens kracht.^'

Veel meer dan wij er zelven toe neigen, bindt ons de Schrift dan ook aan dat rekenen met de kracht, met de sterkte, met de macht om te leven en het uit te houden. »Gij hebt mij gesterkt met kracht in de ziel", is als uitroep uit het hart van de gedachtenwereld der Schrift gegrepen (Ps. 138). In Psalm 31 heet het evenzoo: »Ik zal uw hart versterken." Van den Messias heet het in Ps. 89: »Ook zal hem mijn arm versterken." En waar zoo het Oude Testament voorging, is het Nieuwe Testament gevolgd, want ook daar vangen we de bede op: »Opdat Hij u versterke met kracht naar den inwendigen mensch" (Ef. 3 : i6).

De Schrift is dus een vijandin van slapheid. Matheid en dorheid bestrijdt ze. En ook neemt ze geen vrede met gevoelsbeweging en bespiegeling.

Haar eisch is dat er kracht in Gods kinderen zij en uit Gods kinderen spreke, mits kracht ons toegevloeid uit de Springader van alle macht en de Fontein van alle mogendheden,

ïDe Heere is mijns levens kracht", jubelt de Sioniet.

Hij onderstelt dus niet, dat hij er is, om nu voorts alleen aan zijn verstand en zijn wil te denken, maar hij rekent vóór alle dingen, met wat achter zijn verstand en zgn wil ligt, d. w. z, met zijn aanzijn, met zijn bestaan met zijn leven, en met de kracht waardoo, dat leven er kwam en stand hield en duren zal

oppervlakkigheid haat de Schrift. Ze gaat diep. Neen, het spreekt maar niet vanzelf, dat ge er zijt en het leven hebt. Juist dat ge er zijt en het leven ontvingt en het leven behieldt, is het eerste wonder, dat u toe moet spreken. Voor u het naaste wonder. Dat wonder dat u persoonlijk raakt.

Het is niet genoeg, dat ge, in die lijn, op uw vader en uw moeder teruggaat, omdat uw vader u gegenereerd en uw moeder u gebaard heeft. Zie het maar in vers lo, ook vader en moeder sterven en verlaten u, maar ook al laten zij u eenzaam en verlaten achter, daarom zijt ge van den wortel uws levens nog niet afgesneden, want die wortel van uw aanzijn, en waar het levenssap van uw kracht uit opstijgt, is uw God.

»Mijns levens kracht" is dus niets anders noch iets minder dan de rechtstreeksche werking van Gods almachtigheid in mijn eigen lichaam en in mijn eigen ziel, en in de saambinding van die beide.

Nu kunt ge gezond en frisch en sterk zijn, dat die mogendheid des Heeren HEEREN krachtig in u werkt, en toch goddeloos zijn, goddeloos zijn juist omdat ge u zoo sterk voelt, en alzoo die kostelijke, gezonde, frissche levenskracht niet van uwen God afleiden, maar toeschrijven aan u zelf.

Gij die sterke, om desnoods het buiten uw God te kunnen stellen, ja, in hoovaardij en overmoed ten leste u te stellen tegenover uw God. Want dat is het vinnig karakter der zonde in ons.

Als we ons zwak gevoelen, en inzinken, en merken dat onze levenskracht vergaat en bezwijkt, dan begint dat roepen: »De Heere is mijns levens kracht" ons lief te worden.

Maar zoolang die «levenskracht" gaaf en ongestoord in ons werkt, zien we ze voor onze eigen kracht aan, en vergeten den Heere wiens maaksel we zijn.

Zelfs als Gods kind geestelijk verlicht wordt, gaat het hierin nog zoo vaak feil.

Dan toch merkt ge telkens, hoe hij wel denkt aan de ontvangen genade, en wel er in leeft en hoe hij zonder die genade geen oogenblik zijn pad zuiver kan houden; maar, o, zoo velen denken er niet aan, dat deze regel des geloofs vóór alle dingen moet toegepast op hun bestaan, op hun aanzijn, op de kracht waardoor ze leven en er zijn. i

De psalmist begint tóöw met het natuurlijke. Wat de apostel ons leeraart, »dat eerst het natuurlijke is, daarna het geestelijke", brengt hij in eiken psalm in practijk. u m v

Hij gaat altoos uit van zijn levensexistentie, van zijn bestaan als mensch onder de menschen, van zijn nooden en behoeften, van de gevaren die hem bedreigen, van de vijanden die hem belagen, en van de kracht die onder dit alles hem staande houdt, om eerst uit dat natuurlijke tot het geestelijke, tot het hoogere, tot het eeuwige op te klimmen. o h r

Ge kunt het kort zóó zeggen: In de Schrift gaat het altoos uit van Gods almachtigheid, en eerst nadat die almachtigheid beleden en aangebeden is, klimt het van daaruit op tot de heiligheid, de gerechtigheid en de ontfermingen des Heeren. v d v h

Geen eenzijdig rekenen met het werk van den Heiligen Geest en het werk des Zoons, maar altoos achter die beide het werk des Vaders in de belijdenis van zijn almachtigheid. Julol zooala de Ucrk in de XII OMnofsartikelen begint, eerst: »Ik geloof in God den Vader, den Almachtige", en dan daarna: »Ik geloof in den Heiligen Geest." m d s v o C

Zoo eerst komt er eenheid in het leven van Gods kind. d b

Niet eenerzijds een onbezield en doodend leven in zijn lichaam en in zijn huis en in zijn beroep, en daarnaast een hoog gestemd leven in de ziel en in den kring der vromen; en nu die twee naast elkaar geplaatst als cirkels, die elkaar niet raken. w Z i t

Die tweeslachtigheid kent de Schrift niet, en onze Gereformeerde belijdenis verfoeit ze. g l

Beide cirkels moeten eén zelfde middelpunt hebben, en dit middelpunt moet voor beide in den Heere onzen God liggen. Van Hem elke uitstraling van kracht in ons dagelijksch leven; en van dienzelfden trouwen Verbondsgod elke uitstraling van kracht in ons geestelijk leven; en die beide uitvloeiingen van kracht uit één zelfde bron en in een zelfden persoon, op elkaar aangelegd, de ééne de andere steunende, omdat een zelfde Goddelijke wijsheid ze beide verbindt. e d é l h 's H p d

De Heere is mijns levens kracht, is de zalige zielsuiting, die met het Bidt te allen tijde saamvalt.

Immers, leeft ge waarlijk in dat heilig besef, dat, van oogenblik tot' oogenblik, de kracht van uw leven, vr& sxdoor ge leeft en waar«? V ge leeft, niet in u is, u niet uit de wereld toevloeit, maar u toekomt uit den levenden God, dan is elke ademtocht, elke klop van uw hart, elke slag van uw pols u een teeken van Godswege, dat Hij op datzelfde oogenblik u in standhoudt, u draagt door zijn sterkte en in u werkt.

Uw eigen leven in u is u dan een getuigenis van Gods alomtegenwoordigheid en van Gods almachtigheid, en eiken morgen en eiken avond, dat ge voor Hem neerknielt en u in de aanbidding van den Eeuwige verliest, is het u dan een opnieuw ontvangen van uw eigen aanzijn uit de hand van uwen God.

Spijs en drank nemen is dan niet maar uw bloed voeden, zooala het rund doet door gras te eten, maar een bewust en vromelijk u stellen onder de zorge uws Gods, die door wat op uw tafel staat, uw levenskracht komt sterken; en de zegen dien ge afbidt is dan niets minder, dan het van uw God begeeren, dat Hij er u de levenskracht door vernieuwen en verfrisschen wil.

Vroomheid is dus niet, van elke 60 minuten m het uur er 59 buiten uw God leven, en dan eens een enkele minuut aan uw God denken; maar een gestadig, bestendig, aldoor rusten in de trouwe, in de majesteit en' in de almachtigheid van uw God.

En komen er dan dagen van benauwing, dat zorg en angst u het hart dichtnijpt, of plotseling gevaar u overvalt, of de kracht van den arbeid te kort schiet, of een ziekte of het naderen van den dood u in uzelven doet verkwgnen, dan draagt juist zulk een vroom practisch leven in de gemeenschap des Heeren zijn schoonste vrucht.

Ge gingt dan met uw God op en neer. Al meer zijt ge aan Hem gewend. Ja, tot in uw kleinste belangen en tot in de minste moeilijkheden des levens hebt ge dan geleerd op uw God te steunen. En die gestadige oefening heeft er uw ziel den plooi voor gegeven, het u tot een tweede natuur gemaakt, en teweeggebracht, dat ge moeilijk anders kunt bestaan.

Uw levenskracht is niet meer in u, maar in den Heere, en thans in dagen van zorge of zielsbenauwing komt u uit die rijke, diepe zielsovertuiging vanzelf de genade van een volkomen genoegzame vertroosting toe.

Indien toch de Heere zijn kracht uit u terugtrekt, dan zult ge met al uw zorg en al uw inspanning toch niets vermogen. En blijft Hij u die levenskracht gunnen, dan is er immers geen macht in hemel of op aarde, die zijn macht breken zou.

Wacht u een moeilijke taak, Hij die u die taak oplei, is immers uws levens kracht, die op het oogenblik zelf uit zijn almachtigheid u de kracht zal instorten.

En overkomt u ziekte, of nadert voor u de ure van het sterven, dan is er immers nog niets weg, omdat gg machteloos neerligt, of straks van de aarde weggaat.

Hiij toch is uws levens kracht, en die kracht die uw aanzijn in stand houdt, werkt immers ook in en over het graf, en Uijjt eeuwig in de hemelen.

de hemelen. KtTYPER.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 19 juni 1892

De Heraut | 4 Pagina's

„Mijns levens kracht.

Bekijk de hele uitgave van zondag 19 juni 1892

De Heraut | 4 Pagina's