GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Zendeling-arts.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Zendeling-arts.

18 minuten leestijd Arcering uitzetten

Door D»putatefi voor de zending is offiieel medegedeeld, dat er voornemen betaat, om den heer Scheuer, die in Engeland ijn geneeskundige studiSn volbracht heeft, n de gelegenheid te stellen naar Java tè aan, ea daar, onder de geeskundige prac» ijk, tifvens werkzaam te zija voor hst Evanelie.

Zekere critiek kon hierop moeilijk uitlij'.'en i), temeer omdat het plan ingediend /erd onder den vorm: t af vaardiging van r, Schetter als zendeli'tgarts"; en cok ns komt voor, dat deze critieis noodig en uttig i.*> .

Bij de vraag, met welk recht den heer Scheuer ds titel van Dr. ined. wordt toegekend, houden we ons niet op. Een doctorsbul beïit hij niet, maar kan aangetoond, dat het diploma dat hij oatvi.ng, recht geeft om in E.ngeland, in ojjicieele stukken, é^n doctorstitel te voeren, dan laat het zich begrijpen, d.at de Deputaten voor de zending dezen titei ook in hun officieele tiükken overnamen.

Alleen zoo een aldus gediplomeerde In Engeland dien titel niet o'ficieel voerde, zou het niet aangaan in olficieele stukken hem aldus te noemen. In de pr& ctijk moge men dan van den heer Scheuer als van „een dokter" spreken, en het volk hem als zoodanig erkenden, maar dan zou het rsiet gaan in oificieek stukken.

Hierin beslisse dus de Erigelsche praclijk.

Hierin beslisse dus de Erigelsche praclijk. Ernstiger daarentegen is de quae& tie, dis rees: i". of Deputaten kunnen uitzenden; 2", of een arïs door de kerk kan worden uitgezonden; ea 3". of de heer Scheuer, zonder als Dienaar des Woords onderzocht en geordend te zijn, kan worden uitgezonden als zendeling'arts.

zonden als zendeling'arts. Bij de bespreking van die vragen stellen we op den voorgrond, dat we op zichzelf zeer zijn ingenornerï met het opsemen van de nsedische tiulp ter ondersteuning van het werk der zending.

Of dit ook op Java gewenschte vruchten zal dragen, zal nog moeten blijicen; maar in China en Brit.sch Inde is de vrucht van deze poging openbaar. Geneeskundige hulp stelt in slaat, om een positie ook onder een anders min sympathieke bevolking in

te nemen. Het geeft toegang tol de personen in oogenblikken, dat door pijn of krankheid hun overmoed gebroken is. Men lokt er inlanders door naar zijn gasthuis. En al is het dan ook, dat er Kapernaieten onder zijn, die komen om de medicijnen, gelijk de mannen van Kaperraum om de broaden, toch blijft er altoos iets van hangen, en de indruk, & .tiX). men op de bevolking maakt, is niet gering.

Wel leert de altoos toenemende bevolking fn China en op Java, dat de sterfte er niet groot kan zijn, en dat de inlandsche therapie dus niet met die volstrekte minachting mag worden verworpen, alsof alleen onze geneeskunde heil kon brengen. Maar op chirurcbisch gebied staat in elk geval wat onzerzijds kan geboden worden M, : :5J< E^ \ zoo onvergelijkbaar hoog beven wat de inlandsche artsen presenteeren, dat met name een vaardig chirurg grooten Invloed kan vvmnen.

Komt hier nu bij, dat zulke chirurgische stations bij oiize zendingsposten ook geldelijk geen kwade zaak zijsï, en ten slotte 1 nog rendeeren kunnen, dan laat zich zeer wel begrijpen, dat ook de aandacht van onze Deputaten OJJ deze zaak gevestigd is, en verdienen zoowel zij ais het Bestuur van de Ned. Geref. Zend. onzen hartelijken dank, dat ze ook deze zaak overwogen.

Onze Heiland heeft zijn discipelen uitgazondec, niet enkel om het Woord te prediken, maar ook om de kranken te genezen, en zij het nu al, dat hedendaagsche leeraren zoomin de inspiratii; des Heiligen Geestes bij het Woord, als de wonderm.acht bij het genezen bezitten, toch blijft ia deze combinatie een vitigerwijaing schuilen, die ook Jiu nog het paren van geneeskunde aan t'en Dienst des Woords niet zoo vreemd doet voorkomen in al zulke landen, waar de Christelijke religie pas haar intocht houdt.

Dit vveuEchen v/e op den voorgroad te stellen, om wel te doen uitkotBen, dat we de zask niet os/genegen zijn en voor het plan zchs sympathie hebben.

Komt het ons nu desniettemin voor, dat z-skere catiek riet mag teruggehouden, daa gevoelt snea in elk geval, dat dize critiek

komt van bevriende zijde. Wat nu het eerste punt aangaat: f Deputaten zenden mogen, z.~o onderscheiden v/e tu^ïïchen i-'i!: : verschillende vragen:1°. üf ze iemand de qualileit van Dienaar des Woords kunnen verleenen (en dat is toch een zcndeliog cf most hij althans zijn), en 2*'. c-f zs ien-jand, die deze qualiïeit bezit, uitrenden kuraien.

Hierop r.u dieat o. i. geantwoord, dat d< j Gereformeerde kerken geen qualitcit van Dienaren d«s Woords buiten eea aangewezen ambt kennen. Wel kaïï meB, na onderioek, bekw'aam worden verklaard, om ia den Disr.st & z& Woords beroepen te v/orderi, Riaar de beroeping hiertoe en de inzetting er ïn volgt eerst bij de aanvaarding van het ambt en de verbinding aan een bepaalde kerk.

Te zeggen dat „zendelingen" iets anders dan Dienaren des Woords zija, gaat evenmin, want nh-ïffian i kan ambtelijk het Woord en de Sacramenten bedienen, dan die hiertoe vaa Cbristuswege last ontving. Van Christuswege kunnen alleen de kerken dien last geven, en ze zijn daarbij gebonden aan onze 'bgiijdenis, die geen ambt van zerdsling in oader.'icheiditig vaa het ambt van Dienaren des Woords kent.

Onderscheiden soorten van Dienareiïdes VvToords, zoodat een zendeling een lager soort van Dienaar des Woords zou zijn, kennen onze kerken evenmin, want uitdrukkelijk staat in Art. 31 van onze Belijdenis : Aangaande de Dienaren des Woords, in wat plaatse ze zijn, zoo hebben ze éénzelfde macht en autoriteit.

Da weg, orn voor den dienst des Woords in Indië beschikbaar te v/orden gesteld en bekwaam te worden i'Ciklaard, moet dus door de ksrken worden aangewezen, doch altoos met dien verstande, dat sulk een zendeling morgen dan dag ook in de kerken van Amsterdam of Rotterdam beroepbaar zij, en alleen met dit vsischil, dat Deputaten voor de zending hebben uit te maken SEE welke vereischten hij bovenien moet beantwoorden, om door hen, amens de kerken in dezen dienst te worden ingezet.

Op de tweede vraag, of deputaten voor de zending het recht hebben, cm in dienst te nemea, en als zoodanig te ordenen, luidt ons antv/oord, dat dit afhangt van hun mandaat. Tweeërlei weg toch kan men hiermee inslaan. Of dat ééne enkele kerk zulk een zendeling als Dienaar des Woords bsroepe en dus uitleene; of wel dat meerdere kerken saim iemand uitzenden, én dan kan dit zoowel geschieden door de kerken van één classis, als door alle kerken s? am, in Synode vergaderd. Wat nu de kerken saam in Synode vergaderd doen kunnen, kunnen ze daa later doen door Deputaten daartoe aangewezen, mits de kerken hun hiertoe de noodige last en volmacht verstrekken. Dan v.'el. Anders niet.

Van geheel ander karakter is het tweede vraagpunt, of de kerke? z een arts kunnen uitzenden ?

Hierop nu antwoorden we bevestigend. Evengoed als een kerkeraad een arts kan aanstellen en salarieeren, om de arme gemeeateiaden te bedienen, evenzoo kunnen ook de kerken of kunnen haar Deputaten een arts aan& tell'^n, ons ÏJÜ Indië geneesk-ar.dige hulp ts verkenen, onder de bevolkjng, die de kerken onder haar hoede nemen.

Als de kerken een gebouw in ladië willen zetten, kunnen ze een architect er heen sturen; waarorr» dan geen arts voor de kranken?

IMaar, en hierop moet volle nadruk gelegd, als zoodanig is hij dan wel gezonden, maar geen zendeling, en staat met de kerk in geen ander daa contractueel verband. Een contract, waarbij bepaald wordt, dat hij zekere niet-kerkelijke diensten, voor zekeren tijd, praestesre, en voorts hiervoor dit en dat geniete.

Zulk een arts is dan niet opgenomen in ­ het kerkelijk organisme, dan voorzoover hij lid eener kerk is. Maar niet als arts, evenmin als de straks bedoelde architect of schoolmeester, of wat men verder wil, kerkelijk ambtsdrager zou zijn.

Vele kerken ten onzent hebben scholen, doch nooit is het iemand in des zingekomen deswege de onderwijzers dezer scholen te beschouwen als kerkelijke personen.

Tegen het In dienst nemen en uitsturen van een arts bsstaat dus geen enkel principieel beswaar, mit« het geheel buiten het

O Zie Zmi-M.Qll Kerkl> »di va» de v»rig8 week.

kerkelijk organisme omga, en zuik een arts niet anders dan contractueel met ons vcrboaden wj.

Of Ku Deputatsn gelast zijn, om een contract van dien aard te sluiten, ol dit contract uitgaven vordert, ea of de voof de zending ingekomen gelden hiervoor, zonder spêcialen last, kunnsn bssiefxsd worden, is weer een gehsel andere qüaestie. Op dit punt echter zouden v/e geneigd zijn, zeer toegevend te wezen. Het niandsat van Deputaten . is nog van seer algemeenen aard, en, in grove trekken, is hst aan hun oordeel verbleven, om te baoordeekr, wat voor de snïssie in onze Icidiöa goed en profijtelijk Is,

Zoo blijit dan alleen rog de derde-qüaestie, of étix heer Schetscr, zonder als Dienaar des Wooïds onderzocht te ? , ijn, als üendeling-arts kan worden niti^ezojiden.

Deze vraag vervalt natuurlijk, zoodra inderdaad blijksn raoc'nt, dat da heer Scliteuer op Kormals wijxc ondeizocht is, en beroepbaar is verklaard.

Overmltd echter hiervan niets uitlekte, en Deputaten voor de Zending hiervan niets melden, iKSg ondersteld, dat hij niet voor dezen Dienst is opgeleid, niet onderzocht is, en alzoo niet beroepbaar is gesteld. En is dit 200, dan spreekt htt vanaslf, dat de heer Scheuer r-iets is dan arts, en wel als arts rnag worden uitgestuurd, op behoorlijk contract, snaar dat nietnand hern Afta. titel lïsag toekennen van zendeling arts.

Zsndeling-arts is toch een titel, die onderstellen dóet, dat men in de eerste plaats zendeling is, en voort.s arts er bij. Niet het lichaam, de siel blijfi altoos hGofdzaak. De kerken hebben misisiën niet in de eerste plaats, om het kranke lichaam te genezen, maar om ds verlorenen lot Christus te roepen. En zoo kan nooit een arts, door er zoo wat bij te evangeliseeren, zendeling worden, maar kan wel een sendeling^ door er bij te doktere? , ^endelirgarts worden.

Is do heer Scheuer een belijder des Heeren, die drang en gave in zich g.'ivoelr, om als lid der kerk levens voor de eere zijns Verlossers iverkEsacn Ie zijn, zoo kan hij zeer zeker, zoodra hij als arts gevestigd is, ook roet den Javaan, dien hij behandelt, over den Christus spreken. Precies evengoed als Dr. Monnik of Dr. Hermanides oi Dr. Verkouteren dit hier te lande met hun patiënten doen. Maar daarvoor krijgt men geen opdracht. Opdracht verkrijgt men alleen voer arnbtelijken arbeid. En ambtelijk is auik privaat vermaan nooit.

Heeft dus de heer Scheuer zijn iust ea zielsdrang geopenbaard, om op dien voet naar Indië te nsogen gaan, en hebben Deputaten, hiervan kennis nemende, geoordeeld, dat hij daa allicht de rechte man was, om hem als .iris r.aar Ir.dië te sturen, dan is dit niets daa het gebruik maken van een welkome gelegenheid. Juist zcoals een Diaconie hier te lande liefst zulk een dokter voor de armen zal kiezen, die ook als Christen met aijn patiënten omgaat en spreekt.

Dan echter is den hser Scheuer arts, en geen zendelinq-isxX.%,

Hij is dan een arts, en tevens een lid der kerk, die uit liefdedrang en geloofsdrang over zijn Heiland spreekt, maar die dit niet doet volgens lastgevïng.

Zoo nu bezien zou er metterdaad in het plan, om den heer Scheuer, die arts is, als zendeling uit te zenden, een tout schuilen, die ons in strijd bracht met onze Belijdenis.

En wil men niet in conflict komen, dan moet dus van tweeën één gebeuren, ói dat den heer Scheuer vooraf ais Dienaar des VVoords worde opgeleid en als zoodaiïig geordend, of wel dat hij a!s arts ga, op contractueele verbintenis, en voorts op eigen gelegenheid „evangeliseere."

Theologie.

Nog steeds wordt beweerd, dat de Theologie van de kerk moet uitgaan.

In dien algemeenen zin nu stemmen we dit toe.

Wij voor ons willen ons zelfs nog sterker uitdrukken, esi zeggen, dat er zonder de kerk nooit Theologie 2ou geweest zijn; dat er, als ge u de kerk weg denkt, geen Theologie noch Theoloog denkbaar, dat een buitenkerksche Theologie een pure ongerijmdheid is, en dat al wat zich buiten de kerk Theologie noemt, dien naam rooft^ maar er geen recht op heeft.

Eer ge nu iutusschen verder gaat, behoort ge u af te vragen, in welken zin heb ik hier de Kerk van Christus te verstaan.'

Is bier bedoeld de kerk als of de kerk als instituut f organisme,

En nu schijnt het dat sommigen zich óf deze vraag fiiet stelden, 6f, na zs gesteld te hebben, antwoordden, de kerk als instituut, d. i. de geïnstitueerde kerk.

Nu bestaat de geïnstitueerde kerk alleen plaatselijk; een geïnstitueerde wereldkerk kent alleen Rome; en een natior.ale geïnstitueerde kerk is de dv/aling van de mannen der volkskerk, waar v/ij als mannen van de vrije kerk juist tegen reageeren.

Wij kennen daarom v/el vergaderingen van geïastitueerde kerken in Classes en Synoden, maar de geïnstitueerde kerk kan nooit anders dan plaatselijk zijn, eenvoudig wijl er geen andere dan een plaatselijke kerk denkbaar is.

Een Kerkeraad is een kerkelijk bestuur, maar een classicaal bestuur, een provinciaal bestuur, een Synodaal bestuur is in Gods Woord onbekend, in strijd met onze Gereformeerde belijdenis en uitvinding van de Synodale hiërarchie.

Wie dus zegt, dat de Theologie tot de taak en de roeping van de geïastitueerde kerk behoort, moet aantoonen, dat uit de door Christus aan de plaatselijke kerk gegeven bevoegdheden o.a. ook deze behoort, ^at zij en aij alleen de Theologie beoefent.

Doet ze dit nu? Immers nooit en nergens. '•'•f''^^jÊt«sri> iii^iif^^t¥ffii> ««sm''^^

Ze deed hêt niet, kan het niet doen, ea zal het nimmer doen.

Nu kan ze evenmin met andere kerken saamdoen, v/at elke kerk als zoodanig niet uit haar ambten of bevoegdheden mede brengt in de meerdere vergaderii? .

Wat ik zelf niet heb oi bezit, kad ik niet medebrengen, als ik met andere kerken, die elders gelegen zijn, vergader.

Wil men nu zeggen, dat toch de Theologie schuilt in het ambt van het Woord, zoo moet Of ik dit weersproken, reeds opgrond van Art. 8, Ware toch de Dienst des "Woords van de Theologie onafscheidelijk, zooJat het ambt met de Theologie in vast huwelijk stond, zoo zouden onze kerken nooit hebben kunnen tcegeven, dat de Dienst des Woords ook kan uitgeoefend, en uitgeoefend in ai zijn uitgestrektheid, door broeders, die geheel buiten de Theologie staan.

Niemand kon dan in den Dienst des Woord.s treden, dan die eerst theoloog v/as geworden, iets v/at men stellig niet van de helft der met zegen arbeidende dienaren, In welke kerk ter wereld ook, zeggen kan.

Er blijft dus niets anders over, daa dat ge aan de kerken als Instituten het recht van belijdenis, het recht dus ook van de vaststelling vaa het dogma last; wat insluit het recht om opzicht en tucht ook op de belijdenis van wie als Theoloog optreedt, te oeienen, maar de Tkeologis kan en mag niet anders beschouwd dan a's een geestelijk product vaa de kerk als organisme.

In d« kerk als organisme ontwikkelt en vormt zich het Christelijk levensbewustzijn.

Van dat Christelijk levensbewustzijn is het heider Inzicht in. de kennisse God? , sn d, i. Immers de Theologie, de onmisbare achtergrond.

EH daarom is en blijft se een product der kerk, kan ze alleen van de kerk uitgaas^, en Is ze buiten de kerk ondenkbaar, maar sender dat er een band als zoodanig bestaat tufschen baar en de kerk als instituut,

Controvers.

No. 4938 van de Maasbode-vtot& tvzvi. Roomsche zijde ritiek geoefend op hetgeen in onse artikelen over het huwelijk ook over de Rooaische cpvaiti.ng vaa bet huwelijk gezegd is.

Voor é'-iZQ. opin> 2tk7aamheId zijn we er kentelijk.

Als echter de geachte schrijver OA'SS verwijt, dat we over de Roonischs voorstelling van het Sacraraerst deis huwelijks schreven, zonder Thomas van Aquino te hebben ingeakn. Is het onze plicht, , tegen deze ofijuiite constaieering van het feestelijke op te komen.

We laten ons nooit over ketgeexi de Roomsche kerk leert uit, sonder vooïaf o. m. Thomas van Aquino op te siaan; ea ook toen v/e over hes; huvveJjk gingen schrijven, hebben we ons de moeste gegeven, vooraf geheel het stuk over het huwelijk bij Thomas aandachtig na te lesen.

Dat we desniettciriin onderscheid hebben gemaakt tusschen het huwelijk als aoodanig en het Sacrament, hebben we wel moeten doen, omdat het Roonïsche kerkrecht ook daar een verum maUimordum, en zelfs een ratum matrifnonlum erkent, waar de consurnmatie door het Sacrament nog niet aar. wezig is. Een huwelijk tusschen een Jood ea Jodin beschouwt ook de Roomsche kerk nist ais een leven in hoererij, maar als een wezenlijk huwelijk, ook al pasï ce op dit soort buiteii Sacrament gesloten huwslijken, niet hst karakter van de onontbindbaarheid toe.

Al stemmen we dus gaarne toe, dat het steeds meer het pogen der Roomsche dogmatici is, het huwelijk In den boogsten zin met het Sicraraent te ideniificeeren, toch zal het ons nog wel vrij staan te zeggerj, dat dit pogen mislukt is ea niet gelukken kan, eenvoudig wijl ge, wat tot de sfeer van het natuurlijk [even behoort, niet kunt overplaatsen in de sfeer fier genade, zonder toch steeds het onderscheid tusschen natuur en gersade over tehouden.

En wat de opmerking van den geachten schrijver betrefr, dat we ons ten onrechte voorstellen, alsof de Roomsche kerk hei sacramenteel karakter van het huwelijk uit het v/oord Stzcramentium Ef, S : 32 afleidt, zoo verwij aen we hem naar Thoaias ia zijn 42e q, p, III suppL, waar hij op da vraag of eet iiuvicelijk een sacrament Is, eerst, gelijk hij gewoon is, de redenen opgeeft, die hiertegen plsïttn, en dan aldus voortgaat: ed contra est quod dicitur, Eph. 5 : 33 : Sacramentusn hoc nagnum. Ergo eet. D.i. „Miar hier staat tegenover dat in Ef. 5 ; 32 gezïgd wordt: it sacrament is groot. Derhalve enz.

Hieruit ziet dus de Maasbode, dat het geen kwaad kan, zoo ze, alvorens ons aan te vallen, eerst zelve Thomas eens inzag.

Uit de aangehaalde woorden blijkt toch, dat Thomas blijkens zijn er^o zich wel ter dege op het woord sacramentum ia Ef. 5 : 32 beroept.

Meer nog, dat dit de eenige Schrif uurplaats Js, die hij aanhaalt.

En sterker nog, dat hij behalve zijn verwijzing naar Ef. 5 : 32 tegenover de mjf bedenkingen éiQ tegsn het sacramenteei karakter van het huv/elijk rijzen, niets buiten Ef. 5:32 o verstelt, dan alleen nog deje redeneering; „Een sacrament Is een teeken van een heiliga zaak. Het huwelijk is zulk een teeken. Derhalve ...

Met da geijkte vertaling, sloeg de Maasbode geheel den bal mis.^

Daarmee toch bedoelden wij, gelijk van zelf sprak, de Vulgata.

Controvers nu kan goed en dienstig zijn. Maar zóó niet.

^ Vraag 120 CatecMsmus.

Men i'raagt ons, of In vraag 120 van den Heidelbergschen Catechismus moet gelezen: Welke beide de grond onzes gebsds zijn, of wel: hetwelk de grond van ons gebed is.

Het antwoord ia, dat In Datheecs vertaling, die door onze kerken is aangenomen, staat: welke beide; terwijl Ursinus geschreven had: hetwelk de grond vaa ons gebed moet zijn.

Verschil maakt dit echter niet, want of msn het éé(ie ol het anders leest, toch was ook Ufsiaus' bedoeling, gelijk uit ziju eigen tcelichtipg ovenuigend blijkt, dat hetwelk zoowel op ds vreeze als op het toevoer zicht zou slaan.

Oak Basting, onze oudste uitkgger van den Catechismus, vat het in dier!, en in geen anderen, zin op.

Zelfs slaat kinderlijk als op toevoorzicht. zoo wel op n^reeze

Becemie.

j Excelsior, dat nog steeds zijn 'oop ver­ i volgt, Is het wel waard, nog eens te wor­ I den aangekondigd. !

I Voor ƒ 3 50 per ja-jr biedt het 12 Kum'fficrs, elk van 16 paglaa, 'd, er:12 nummers van 8 paglaa's, quarto druk cp deugdelijk papier.

En Wcit den inhoud bstreft mag, zonder vleitaal, gezegd, dat de redacteuren, de j heeren Hoogenbirk en Wormser, nog steeds toenemen in kracht, ea hun op dit terrein zeldaaam talent zeer gelukkig oatwikkelea.

E; k nummer is interessant. Van dorheid of saaiheid Is in dit tijdschrift geen sprake.

Toon ea stijl zijn levendig ers pakken. D; stukken zijn niet te lang. Er Is ruimschoots afwisseling. Ei^de uitkomst toosit d.ia ook, dat onze jongelingen het gretig lezen.

Natuuüijk is het ook stichtelijk, maar toch dat niet alleen. De redactie begrijpt uitnemend wei, dat men een knaap en jongeling niet helpt, ol men hem al einde|oo'> strchtelijke tractaten voorlegt.

's Menschea geest is ook weeïaiek, kent ook een betamelijke nisuwsgierigheid, op elk gebied des levens, heeft ruimte ook voor stof uit het rijke menschenleven, van natuur, «ur.st en historie.

Voedt ge den geest nu In dat opzicht niet, dan grijpt men naar romans ea ver­ ­dichting, en maakt den geest ziekelijk.

En juist daaro; n waardeeren we het zoo, dat S^eelsior jüht datgene biedt, wat onze joiigeiinggchap noodig heef', : Interessante, degelijke lectuur, ea een inhoud die blijvende wasrde bexit.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 19 februari 1893

De Heraut | 4 Pagina's

Zendeling-arts.

Bekijk de hele uitgave van zondag 19 februari 1893

De Heraut | 4 Pagina's