GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buitenland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

China.

Duitschland.

Strijd tegen het Ritschlianisme.

Er zijn reeds eenige maanden verloopen sedert wij iets mededeelden omtrent de beweging in Diiitschland ontstaan tegen de Ritschliaansche school. Er is, het zal onzen lezers bekend zijn, eene vereeniging in Rheinland en Westfalen gesticht, die den naam draagt van jVrienden van de kerkelijke belijdenis" en deze zond onlangs een stuk de wereld in om bekend te maken, dat zij besloten was, om den strijd tegen de twijfelzuchtige theologie van de Universiteiten met gematigde beslistheid voort te zetten. Zij wilde ook uitspreken, dat men zich niet bepalen moet tot het uitspreken van protesten. sHet spreekt vanzelf, zoo heet het in dit stuk, dat de professoren, die tegenwoordig in het ambt zijn, op de vorming, en benoeming hunner opvolgers een grooten invloed uitoefenen. Daar nu deze moderne richting in de laatste tientallen van jaren aan de Universiteiten reeds kennelijk den boventoon gekregen heeft, zoo is het vooruilzicht zeer bedroevend.

Gelukkig zijn er tegenwoordig echter nog, ook in Pruisen, enkele faculteiten en enkele uitstekende professoren, welke die strooming met vastberadenheid wederstaan. En het geschiedt met advies van onderscheidene uitstekende hoogleeraren in de theologie, dat wij op middelen en wegen bedacht geweest zijn, om de positieve richting in den boezem der faculteiten te versterken. Het moet er ons in 't bijzonder om te doen zijn om de aankweeking of het aanwinnen van positieve leerkrachten voor onze Pruisische faculteiten. Als een voorbeeld blinkt ons dein 1836 te Basel opgerichte 5Vereeniging tot bevordering van Christelijk-theologische wetenschap en van Cliristelijk leven tegen. Deze vereeniging heeft zich tot taak gesteld om geloovige, wetenschappelijk bekwame theologen, die de gave bezaten om onderwijs te' geven, van het herderlijk ambt tot academischen arbeid te brengen, hen den weg te banen, en voorzoover noodig, voor hun onderhoud zorg te dragen. Aan het optreden van die vereeniging is het te danken, dat mannen als Beek, Aukerlen, von Arelli, Schlatter, Oettli en anderen den professoralen katheder beklommen. V/ij moesten op dezelfde wijze gaan handelen, en daarbij trachten begaafde, positief gezinde candidaten in de theologie, op aanbeveling van geloovige professoren in hunne verdere studiën, tot het licentiaat-examen te ondersteunen, onder beding, dat zij dan eenige Jaren in het praktische ambt de noodige rijpheid en ervaring verwerven, voordat zij den academischen loopbaan beginnen. Wij denken ook aan ondersteuning of stichting van Hospitia voor theologen aan positieve faculteiten.

Wij meenen, dat de geloovige gemeente van onze beide provinciën ons de geldmiddelen zullen verschaffen, welke tot bereiking van liet beoogde doel noodig zijn. Het schijnt ons het meest doelmatig toe, voor deze zaak een bijzondere kaste stichten en een jaarlijkschc bijdrage, gedtirende een tijdsverloop van vijf jaren, van de meer gegoeden onder onze vrienden te verzoeken. Als geringste bijdrage hebben wij de som van ƒ 12 vastgesteld. Daar men ook voornemens is om overschatten uit de algemeene kas onzer vereeniging in deze speciale kas te doen vloeien, zoo is langs dezen weg den minder bemiddelden - leden de gelegenheid geboden, het plan met hunne gaven te steimen."

Het doet ons leed dat het denkbeeld van eene vrije theologische faculteit in het geheel niet meer ter sprake wordt gebracht en dat men over het hoofd ziet, dat toestanden van een zestigtal jaren geleden niet weder in het leven te roepen zijn. Toen was het de nawerking van de réveil, die zich ook in Duitschland deed gevoelen.

•^Zeer betreuren wij het, d.at in^den boezem der Gereformeerde kerk niet eene ernstige actie is om te geraken tot 'eene vrije universiteit op het fundament der Gereformeerde beginselen. Dit zou voor de Luthersche broeders een baken in zee zijn.

China.

Vervolging der Christenen.

Uit de bladen hebben onze lezers gewis vernomen, hoeveel in China de Christenen van de heidenen hebben te lijden gehad_. De volgende nadere bijzonderheden lazen wij in een Duitsch

blad: Den loden en zisten Juni zijn in verscheidene stadjes van Zuid-Szutschuan priesterseminariën, kerken, weeshuizen en het huis van den bisschop omvergehaald, onderscheidene Roomsche zendelingen werden gevangen genomen en anderen verdreven. Het bloedigst ging het toe bij het overvallen van het Protes^antsche station voor vrouwelijke zending te Kucheng, 100 Engelsche mijlen noordwestelij k van Futschou verwijderd. Vijf vrouwelijke zendelingen vonden hier den dood; na eerst allervreeselijkst te zijn mishandeld, werden zij formeel geslacht. De predikant Stewart werd met vrouw en kind levend in zijn huis verbrand; zeven andere vrouwen werden door middel van speer of sabel omgebracht. Bovendien werden ook onderscheidene kinderen verwoed. De Chineesche ambtenaren lieten de moordenaars begaan, zonder tusschenbeiden te treden. _ Op het zendingsstation Wnafang, in de provincie Pokier, zijn vijf personen óf gedood óf verwond.

Wat is de reden van deze vernieuwde uitbarsting van haat tegen de zendelingen in China, zal men vragen? Men haat in China de vreemdelingen; vooral zijn de mandarijnen in de eerste plaats op de zendelingen gebeten. Deze haat werd aangewakkerd door het volgende : De Fransche gezant te Peking, Gérard, had de politieke toestand, waarin het land gekomen was door den oorlog met Japan, gebruikt om een tevoren in zake de zending gesloten verdrag iu herinnering te brengen. Reeds voor dertig jaren, dus in 1865, hadden de Fransche diplomaten te Peking, met Berthemy aan het hoofd, van de Tsungligamen weten te verkrijgen, dat het aan Fransche zendelingen geoorloofd zou zijn, in het binnenland van China land te verwerven, zonder tevoren de toestemming van de plaatselijke mandarijnen te verkrijgen. Deze gewichtige bepaling bleef jaren lang een doode letter, want 30 jaren lang wist het TsungUgamen den aandrang der vreemde gezanten, tot publicatie van bovengenoemde overeenkomst, te wederstaan. Maar nu heeft de Fransche gezant den eisch, om de overeenkomst door geheel China te laten bekendmaken, met kracht laten gelden en nu met beter gevolg.

Het antwoord ^van den vice-koning> an Szuschuan, die zeer vijandig is tegen alles wat zentdeling of vreemdeling; |heet, 1vpp]: de openbaarmaking van de overeenkomst met het Tsungligamen, is nu geweest, dat hij toegelaten heeft, dat de zendelingen uit zijn groote provincie verdreven en hunne kerken en huizen verbrand werden. De mandarijnen in Szutschuan laten zich eene bepaling niet welgevallen, die hun het heft uit de handen neemt om de Zending door eindelooze plagerijen tegen te werken. Het lag tot hiertoe in de macht van eiken mandarijn, om het verkoopen van grond aan zendelingen te verhinderen. Maar al te dikwijls hebben zij dit gedaan. De zendelingen beriepen zich dan wel op hunne consuls, maar met geen ander gevolg dan dat het prestige van de vreemdeHngen in China zeer werd verzwakt.

Laat ons niet vergeten dat^^eerst sedert het begin van deze eeuw China is bearbeid. De eerste zendeling die het waagde, om het Chineesche grondgebied te betreden, was Robert Marrlson, die in 1807 zijn arbeid aanving; later verwieri zich Gutzloff den naam van apostel van China, Maar al arbeiden een dertigtal zendinggenootschappen in China, het werk gaat maar zeer langzaam voort en al werd het aantal arbeiders vertiendubbeld, wat beteekenen deze onder eene bevolking van 400 millioen zielen, die door ontucht gedemoraliseerd is, gelijk geen ander volk op aarde, wanneer alle arbeid steeds van buiten af moet geschieden; en tot hiertoe is onder de Chineezen schier niet een man van eenige beteekenis verwekt, om aan zijn volk de waarheid, die in Christus is, te verkondigen. 13ij de vervolgingen eenige jaren geleden hebben de Chineesche Christenen wel veel lijdzaamheid betoond, zoodat de jeugdige Christelijke kerk in China ook reeds hare martelaren heeft, maar kracht om het Chineesche volk van lieverlede onder den doop te brengen openbaart zich bij hen, die het Christendom aannamei; , niet. Het is tot hiertoe in China gelijk op Java. Liet men de daar gestichte kerken of beginsels van kerken aan haar zelve over, na eenige jaren zouden er nog slechts sporen te ontdekken zijn van den arbeid die aan haar ten koste werd gelegd.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 18 augustus 1895

De Heraut | 2 Pagina's

Buitenland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 18 augustus 1895

De Heraut | 2 Pagina's