GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Officieele Berichten.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Officieele Berichten.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het adres van den raad der Gerei, kerk te Nieuw Dordrecht is:

Ds. Z. HOEK, te Klazinaveen.

Rapport Predikantstractementen aan de Gereformeerde Kerken in de Classis Woerden.

Geliefde Broeders.

Uwe Commissie, in de vorige vergadering benoemd om U te dienen van praeadvies in zake het voorstel van de Kerk van Aarlanderveen, betreffende eene regeling van de Predikantstractementen heeft de eer U het volgende te rapporteeren.

Uwe Commissie heeft de zaak, waarover al zooveel gesproken en geschreven is, ernstig onder de oogen gezien. Ten volle gevoelt ze de moeilijkheid, bij zooveel onkunde daaromtrent bij velen in de gemeente om ze tot een goed einde te brengen.

En toch is dat dringend noodig. Daarom is het uwe Commissie eene oorzaak van vreugde, dat de Kerk van Aarlanderveen deze zaak op de Classis ter sprake bracht en een voorstel indiende. Zij heeft echter, onder goedkeuring van genoemde Kerk, dat voorstel niet geheel ongewijzigd overgenomen.

a. omdat ze meende, dat tot goed verstand van zaken noodig was, dat dit voorstel van enkele overwegingen werd voorafgegaan; . b. omdat in dit voorstel naar hare meening een en ander diende gewijzigd, veranderd en weggelaten te worden.

a. Overwegingen. Laten wij beginnen, Broeders, met uit te spreken, dat er \ele redenen djn om God te danken voor de off.rvaardig-^leid, die na de berooving onzer goederen (Hebr. 10) in de vrijgemaakte kerken gevonden wordt. Velen zijn, om met den Apostel te spreken, (2 Cor., 8) „naar vermogen, ja boven vermogen gewillig geweest". En toch heeft dit niet weg kunnen nemen, dat over het algemeen de Predikantslractementen te laag zijn. Dus niet maar alleen in sommige kleinere kerken, maar ook in vele grootere. Daarom zal de billijkheid om aan te sturen op verhooging in het oog vallen, wanneer men rekent met:

1. de H, Schrift, Belijdenis en Kerkenordening;

2 het belang der gemeente;

3. het belang der Dienaren des Woords.

1. Om met de H. Schrift te b eginn e n. De Heere zorgde onder het O. Testament goed voor Levi. Moest Israël niet ter gedachtenis aan de verlossing uit Egypte zijne eerstgeborene kinderen loskoopen van den dienst des heiligdoms net 5 heilige sikkelen (d. i. p. m. 8 gulden), en de eerstgeborenen van runderen en kleinvee naar het heiligdom brengen? Waren de eerstelingen van veld-en boomvruchten niet heilig aan Jehova (van koren, most, olie, meel enz) ?

Maar behalve deze en nog andere opbrengsten, moest Israël de tienden van alle inkomsten des lands (van veld-en boomvruchten, runderen en kleinvee) den Heere wijden. Wijl God Israels Leenheer en Verlosser was, daarom had Hij deze inzettingen gegeven.

En nu moge dat oude voorbij zijn gegaan en alles nieuw geworden; onze eerstgeborenen niet zoo wonderdadig gered, ons land niet bij het lot verdeeld, onzer geen aparte stam zijn, waaruit de bedienaren van het heiligdom worden genomen; wij mogen dan nu geen apart heiligdom meer hebben, noch bloedige offers; ons Pascha voor ons zijn geslacht, en wij daarom niet meer dienstbaar zijn onder de eerste beginselen der wereld, wijl de erfgenaam van den kihderstaat tot dien des volwassenen is gekomen (Gal. 4), maar is God onze Souverein en Verlosser niet even goed; hebben wij niet evenzeer alles van Hem en moet alle zegen niet van Hem afdalen? Heeft Hij Zijne genade niet aan ons nog veel heerlijker willen betoonen; is ons Pascha niet voor ons geslacht; zijn wij minder in Gods verbond begrepen ? Beschaamt het kind (Israël) niet dikwerf den volwassene (N. Tsche Kerk)?

En wat het N. T. betreft, zegt de Apostel niet; I Cor. 9 ; 11 „indien wij ulieden het geestelijk gezaaid hebben, is het eene groote zaak, zoo wij het uwe, dat lichamelijk is maaien"|? En in vrs.' 14 „alzoo heeft ook de Heere verordend dengenen, |die het evangelie verkondigen, dat zij van het evangelie leven”.

Staat er niet Gal. 6 : 6 „en die onderwezen woidt in het Woord deele mede van alle goederen dengene, die hem onderwijst" ? En. i Tim. 5 : 17, 18 „dat de ouderlingen, die wèl regeeren, dubbele eere waardig geacht worden, voornamelijk die arbeiden in het Woerd en de leer". Want de Schrift zegt: eenen dorschenéen os zult gij niet rcuilbanden"; en: De arbeider is zijn loon waardig” ?

Gebiedt God niet in het 4de gebod naar de verklaring van den Heid. Catech. Zondag 38 : „eerstelijk dat de kerkedienst, of het predikambt onderhouden worde".? Zegt Art. XI van de D. K, O. niet, dat de kerkeraad als representeerende de gemeente gehouden zal zijn hare Dienaars van behoorlijk onderhoud te verzorgen, en is niet in eiken behoorlijken Beroepsbrief geschreven en aan den Dienaar beloofd, dat de kerk in gehoorzaamheid aan het Woord des Heeren zorgen zal, dat de Dienaar des Woords, die in het Evangelie arbeidt, ook van het Evangelie leven zal?

2. Maar het is in de 2 de plaats ook in hêt belang van de gemeente zelve, dat zij den Die naar van behoorlijk onderhoud voorzie. Bij eene goede beschouwing der zaak toch, treedt de Dienaar op den achtergrond. Israël vereerde nie< den Priesters en Levieten van zijn goed, en van de eerstelingen al zijner inkomsten, maar den Heere (Spreuk 3) En als de ge meente zich hieraan onttrekt, dan klinkt het: zou een mensch God berooven" ? (Mal 3:8) Heel de idee, dat de gemeente den Dienaar onderhoudt en dat hij daarom haar ook naar de oogen hebbe te zien, is geheel valsch. Hij is en moet blijven Dienaar van den Heere Jezus Christus. Dan juist zal hij haar tot zegen kunnen wezen. En eene gemeente, die hare roeping verstaat tegenover den Heere, zal van God gezegend worden. Gelijk geschreven staat; „brengt alle de Tienden in het schathuis, opdat er spijze zij in Mijn Huis; en beproeft Mij nu daarin, zegt de Heere der heirscharen, of Ik u dan niet open doen zal de vensteren des hemels en u zegen atgieten, zoodat er geene schuren genoeg wezen zullen" (Mal. 3 : 10).

De gedachte is geheel verkeerd, , dat een Dienaar des Woords, als hij in de pastorie komt met een zeker aantal boeken, daar nu genoeg aan heeft. Zal hij de gemeente op den duur kunden voeden, d, an moet hij op de hoogte blijven van zijn tijd, en — 't is waarlijk niet te hoog! jaarlijks minstens van 50 tot 100 gulden boeken kunnen koopen. Dat verbreedt zijn blik, vermeerdert zijn kennis, komt den Dienst des Woords ten goede. Maar hoe zal hij dit doen van een tractement, waar hij in zijj^ stand eigenlijk al niet van rond kan komen ? Geen wonder, dat het gehalte der prediking er dan niet op vooruitgaat, de moed verflauwt en de gemeente geestelijk verschrom pelt.

{Slot volgt.)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 28 oktober 1906

De Heraut | 4 Pagina's

Officieele Berichten.

Bekijk de hele uitgave van zondag 28 oktober 1906

De Heraut | 4 Pagina's