GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

DE SPEELMAN.

IX.

TEN VERVOLGE.

«Nu goed*, zei de speelman, «het zijn maar drie verzen, luistert, * en meteen begon hij:

Men heeft hem ten graef 1) opgegeven, In 's goddeloosen macht: End door de boosen van het leven. Met smert ter dood gebracht. Daer hy noyt yemant en misdede. Noch van misdoen en wist. Uyt sijnen mont en quam noyt rede, Van, arg, 2) bedrog of list.

End 'twas nochtans Gods welbehagen, Dat hy gemartert wert, End van des Heeren hand geslagen, Met bitter sware smert. Maer als hy sich sal hebben schuldig Gemaeckt voor ons misdaet, Dan sal hy sien seer menichfuldig, Opgroeyen 'theylig saet.

Hy sal verlengen sijne dagen, Be vrijt van allen druck : End in sijn hand sal Gods behagen. Gedijen met geluck. Hy sal syns arbeyts vrucht genieten, Versaedt van sijnen wensch. Dies sal hem geene moeyt verdrieten. Slechts om den hey des mensch.

De gast vertrok nu, maar met de belofte, om spoedig terug te keeren. . '

Om meer dan één reden was hij zoo goed als zijn woord, en zoo kwamen de tuinman en zijn vrouw ook het verdere uit de levensgeschiedenis van den speelman te weten.

«Ik bleef* zoo vervolgde hij, «een paar jaar bij den boer in dienst. Naar het uitwendige ging het mij' heel goed. Want ik was gezond, behoefde mij niet te overwerken en, verdiende een behoorlijk loon. Doch inwendig was het anders. Ik had nu allen lust verloren om mij met hooger dingen dan de wereldsche bezig te houden. In de kerk kwam ik nooit meer, maar geregeld in de kroeg. Om God of godsdienst bekommerde ik mij volstrekt niet, en de Bijbel dien ik meegekregen had, lag ongelezen in mijn kist. Als ik nu en dan mijn ouders bezocht, bespeurden zij wel hoe weinig lust tot de vreeze Gods bij niij bestond en vermaanden mij ernstig. Doch - hun woorden gingen het eene oor in en het andere uit. Meermalen was ik blij, dat ik het ouderlijke huis weer kon verlaten, waar ik allerlei hoorde wat mij niet beviel.

Des te beter behaagde h^r aij in mijn dagelijksche omgeving. Daar viel niemand mij lastig met ernstige dingen, waarover liefst nooit gesproken werd. Daarbij was ik meer en meer. de gewilde man bij velen. Dat kwam hoofdzakelijk door de muziek. Ik had mij in het fluit spelen, geoefend, en daarin nu zekere vaardigheid verkregen, zoodat ik allerlei deuntjes spelen kon. En als er dan lustig bij gezongen werd, ging het vrolijk toe, vooral des Zondagsavonds in de herberg en had ik daar meestal vrije vertering.

Daarbij kwam nog wat. Ik was op een avond met een vriend naar Nijmegen geweest. In een herberg aldaar gebruikten we een glas bier, en zongen een vrolijk deuntje. Ik bemerkte hoe een heer die aan een venster zat, met genoegen en opmerkzaamheid luisterde. Toen het gezang gedaan was kwam hij ons bedanken. Uit zijn spraak maakte ik op dat hij een Duitscher was, wat ook later bleek zoo te zijn. Hij scheen te meenen dat ik van ons tweeën het best had gezongen, wat mijn kameraad bevestigde.

Er volgde een heel gesprek, waarin de heer ons vertelde, dat hij zelf een groot liefhebber van zingen was en zich jarenlang in den zang geoefend had. Nu gaf hij er onderwijs in. Hij had zooveel schik in mij, dat hij aanbood mij kosteloos een zijner lessen te laten bijwonen, als ik doorvoor eens in de week wilde overkomen.

Met blijdschap aanvaarde ik dit aanbod. Elke week ging ik naar stad, en ontving het noodige onderwijs in den zang. Zoo leerde ik muziek lezen, wat mij voorgelegd werd zingen en oefende tevens mijn stem. Dit alles droeg er toe bij, om mij nog meer de gewilde gast te maken bij, velen op het dorp en in den omtrek, dien mijn spel of mijn zang of allebei behaagden, 't Bezorgde mij menig goed uur en een rijk onthaal en ook wel — schoon ik er geen brood-•winning van maakte — ettelijke guldens in den zak.

Doch zooveel ik voor het aardsche leven won, ging ik voor het betere achteruit. Niet dat ik als een goddeloos en slecht mensch bekend stond, maar ik leefde toch geheel buiten God, en deed ook mijn best Hem te midden van de beslommeringen en vermaken dezes levens zooveel mogelijk te vergeten, wat mij voor een tijd ook wel gelukte".

»Ja" zei de tuinman, «men kan ook zonder juist goddeloos te heeten, toch geheel op den verkeerden weg zijn. Dat weet ik ook bij ervaring. In mijn jongenstijd was ik wel verplicht, wilde ik iets worden, mij zelf er boven op te werken, zooals men dat noemt. Want het waren toen kwade dagen. Toen zou haast bij mij datgene gebeurd zijn, waar de Heere Jezus van spreekt in de gelijkenis van den Zaaier. Hij zegt, dat ook de zorgvuldigheden des levens en de verleiding des rijkdoms het goede zaad des . Woords kunnen verstikken. En zoo zou het ook bij mij geweest zijn, indien de Heere het niet had verhoed. Gelukkig leerde ik inzien, dat al leefde ik onberispelijk voor de menschen en a! gold ik voor een oppassend jonkman, ik toch op een weg was, die mij wel recht scheen, maar

I) Tot het graf. 2) Boosheid,

die toch een weg des doods was, gelijk de Bijbel zegt".

slets dergelijks is mij ook overkomen", hernam de speelman. »Van dien ommekeer in mijn leven wil ik u nu iets vertellen".

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 24 mei 1914

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 24 mei 1914

De Heraut | 4 Pagina's