De wetenschappelijke beoefening der psychiatrie - pagina 27
Rede bij de aanvaarding van het hoogleeraarsambt aan de Vrije Universiteit te Amsterdam
26 Het onderzoek van slaap-, droom- en hypnotische toestanden kan belangrijke bijdragen leveren. De nauwkeurige analyses van overgangstoestanden, zooals we die bij Janet vinden van hysterische, dwang- en psychasthenische ,'--toestanden, zijn in dit opzicht van het hoogste gewicht, ook vanwege het verband met ernstiger toestanden, als met name de dementia praecox. Ook wijzen we in 't bijzonder op de uiteenzettingen van Marro en Stanley Hall over de psychologie van de puberteit, ook weer in verband met de dementia pra.ecox. Al meenen 'we dus principiëel te moeten aangeven, dat deze richting door de psychopathologie moet worden ingeslagen, we willen ons niet verhelen dat er voetangels en klemmen op dit gebied liggen en juist de allerlaatste tijd levert ons daarvan voorbeelden. Ik bedoel de richting Freud-jung. Voor vele onderzoekers uit den laatsten tijd zijn de beschouwingen van Freud een openbaring geweest. Zijne "Studien über Hysterie" te samen met Breuer uitgegeven, zijn "Traumdeutung" ook vooral, zijn voor de adepten van Freud het begin van een nieuwe aera op psychopathologisch gebied, waardoor we in staat zullen zijn veel beter dan vroeger tot het wezen van verschillende toestanden door te dringen. Een sexueel psychisch trauma, op jeugdigen leeftijd verkregen, daarna echter vergeten, zou in zijne affektnawerking de hysterie doen ontstaan. De taak van den therapeut is dit affekt te doen "abreagiren", door psychoanalyse wordt het vergeten trauma herinnerd. Nu komt het mij voor, dat er, naast veel praktische menschenkennis, zooveel subjectiviteit in den slechten zin van het woord bij de verschillende analysen van Freud en zijne leerlingen te vinden is, dat het noodig is in dit verband hierop te wijzen. We hebben in zeer vele gevallen bij deze analyses met gewaagde, vaak zelfs -onwaarschijnlijke hypothesen te doen en ik geloof, dat we in het belang van onze wetenschap LEiet genoeg daartegen kunnen waarschuwen. jung maakt het eigenlijk niet veel beter door zijne associatie-experimenten in dienst van de Freudsche psychologie te stellen. Nu krijgen deze onderzoekingen, in schijn tenminste, een min of meer exacten bodem en ik ben overtuigd volgens mijne ervaring, dat men, geheel onbevooroordeeld zijne onderzoekingen instellend, met de associatie-experimenten tot andere conclusies moet komen. Dat er "gefühlsbetonte Komplexen" zijn, die van het hoogste gewicht geacht moeten worden, is vol-
r
r-
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 27 september 1907
Inaugurele redes | 34 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 27 september 1907
Inaugurele redes | 34 Pagina's