Algemeene taalwetenschap en subjectiviteit - pagina 21
Rede uitgesproken bij de aanvaarding van het hoogleeraarsambt aan de Vrije Universiteit te Amsterdam
19
geboorte te verstaan. Hij observeert de wording van dit leven "en flagrant délit". Wat voor oogen gebeurt schijnt verstaan, verantwoord, gesanctioneerd. Of wij meer hunnen dan toeschouwen staat te bezien; in alle geval meenen we het vaah. Ooh in onze eigen spreekactiviteit zijn we onszelf een raadsel, en toch hebben we geen andere basis, die ons het verstaan der taal mogelijk maakt. Zoo ergens, dan is hier wel de kennende subjectiviteit als in een cirhel gevangen. Buiten het weten van haar eigen bezigheid heeft ze geen uitgangspunt van verhlaring. Het onderling verstaan binnen de sfeer van het menschelijhe is een feit, maar het aspect hiervan vanuit het absolute is voor ons niet realiseerbaar. Het gelijke wordt met het gelijke gekend, maar naar de maat der subjectiviteit. Voor het verstaan der talen bestaat geen coordinatensysteem, van waaruit hun x vastlegbaar ware, en toch zweeft ons zoo iets telhens voor. Op den eisch van het kenschema, dat het eenvoudige tot uitgangspunt neemt, om tot het gecompliceerde te geraken, antwoordt de werkelijkheid niet ondubbelzinnig. De primitiviteit waarop ons kennen hoopt aan de poort der historie, wordt niet zichtbaar. Achter het gewaande begin van alle cultuur duikt somtijds de complicatie van een volgroeide beschaving op. Zoo is op taalgebied de rijkdom aan vormen juist in het oudste indogermaansch het grootst. Bij natuurvolkeren treft men een plasticiteit en variabiliteit van concreet uitdrukkingsvermogen die voor ons onvertaalbaar is 5). Deze feiten mogen den empirisch en geest welkom voorkomen, wijl ze zijn arbeidsveld tot in het onbegrensde uitbreiden, voor den faustisch gestemden zoeker naar den waren aanvang hebben ze iets verbijsterends. Immers waar hij den blik ook heenwendt, overal antwoordt de werkelijkheid op zijn vraag om eenheid met rijkdom, op zijn zoeken naar een grondwet met een menigvuldigheid zonder weerga. Dit deed menig onderzoeker resigneeren en zich tevreden stellen met den onbegrensden arbeid die binnen het gegevene mogelijh is. Maar de menschelijhe subjectiviteIt, ten volle zich bezinnend, ondergaat hier een spanning
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 mei 1924
Inaugurele redes | 44 Pagina's