1923 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 19

11

grijpende beteekenis wordt voor het leven van zulk een persoon b V. doordat hij komt tot het geloof aan dien God. aan wien hij zijn redding dankt. Wij merken hier nog op, dat de wonderen van deze groep evenals die van de derde in onderscheiding van de andere soorten niet uitsluitend liggen op religieus terrein. Na dit overzicht over de soorten van wonderen nu we ze a. h, w. concreet voor ons hebben gezien, kunnen we te beter verstaan, wat over het wonder werd geschreven. Dat ze in het raadsplan Gods vallen en dus niet toevallig zijn, is wel heel duidelijk. Dat er niet altijd behoeft te wezen een andere werking in de natuur, leert het laatste geval, maar daar vinden we dan ook de eigenlijke, de groote wonderen niet. Bij de laatste groep is er een bijzonder samentreffen, maar is feitelijk wel een verklaring te geven, althans door hem, die vasthoudt aan de voorzienighe'd Gods. Datzelfde zouden we ook nog kunnen volhouden bij een ongewone combinatie van bekei^de krachten. Het blijkt echter na het overzicht duidelijk, dat we daar niet mee gereed komen. Er blijven wonderen, in ieder ffeval binnen den kring der openbaring ons opgeteekend in de Schrift, neem de doodenopwekkingen en ze kunnen later ook nog wel geschied zijn, die met elke verklaring spotten. Dat wil niet zeggen, dat er ook bij die wonderen niet eens aan ons bekende tweede oorzaken, gewone middelen kunnen zijn gebruikt, die dan op zeer bijzondere wijze op dat oogenblik intraden. Ik zou willen wijzen oo den tocht der kinderen Israels door de Roode Zee, Wij lezen Exod, 14 : 21: Toen Mozes zijn hand uitstrekte over de zee, zoo deed de Heere de zee weggaan, door een sterken oostenwind dien ganschen nacht en maakte de zee droog, en de wateren werden gekliefd. Hier komen we niet klaar, als we aannemen, dat het wonderbare alleen daarin is te zoeken dat op dat oogenblik die wind waaide. Immers, vooreerst was nooit een wind zóó sterk, dat hij de zee kon klieven en gescheiden houden, dan een dergelijke sterke wind zou het doortrekken van de zee voor menschen onmogelijk hebben gemaakt, te meer, omdat we het ons in verband, met hetgeen in vs. 22 staat: de wateren waren hun een muur aan hun rechter- en aan hun linkerhand, zoo moeten voorstellen, dat de wind dwars over de zee woei. Al weten we hier van een middel, we komen er niet mee gereed. Een ander voorbeeld; neem het wandelen op het water Of we nu zeggen: er was een kracht, die de zwaartekracht tegenwerkte, zoodat er evenwicht ont-stond wat baat ons dat, wat weten we daarvan? Ja, al zeggen we, Gcd zelf kan in de plaats van gewone tweede oorzaken komen, dan is dat een manier van zeggen, die in den grond der zaak onjuist is, want alle kracht is van God en die verder niet veel meer is dan phrase, de zaak wordt er niet duidelijker door We moeten volhouden: wat weten we er

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen