1928 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 11

^

Iets minder treedt naar voren de Directeur, de heer C. Q. Wiegand. Weliswaar staat op alle stukken zijn naam, maar geen enkel artikel heb ik van zijne hand kunnen vinden, waarin hij het Instituut verdedigt tegen aanvallen van buiten. Wel komt in het Qeref. Jongelingsblad (Maart en April 1927, Nos. 27, 29, 31, 33) een correspondentie voor, gevoerd tusschen den eindredacteur, den heer P. van Nes, en genoemden heer Wiegand. Het Geref. Jongelingsblad toch had de volgende mededeeling bevat: Op voorstel van de Commissie van Redactie werd besloten de advertenties van het Christelijk Instituut voor Zelfontwikkeling niet meer te plaatsen. Dit was natuurlijk, gezien den enormen omvang der (algemeen bekende) advertenties een heel besluit; temeer nog daar door het weigeren dezer annonces feitelijk een afkeurend oordeel over het Instituut werd uitgesproken. In een viertal artikelen deelt de heer van Nes dan ook mede, wat de Redactie tot haar voorstel heeft geleid; in deze artt. is bedoelde correspondentie namens het Instituut gevoerd door den heer Wiegand. Nog minder dan de Directeur spreekt in het openbaar de „Commissie van Toezicht en Advies", die het Instituut ook bezit. Wie deze heeren zijn is niet met volkomen zekerheid vast te stellen; het Instituut is behalve kwistig ook een weinig slordig met namen. In één en hetzelfde couvert, 25 Nov. 1927 door het Instituut verzonden, vinden wij op het eene drukwerk als C. V. T. E. K. Dr. J. Q. Geelkerken, H. J. de Groot, J. M. Krijger, Mr. H. Verkouteren, Dr. M. Visser, P. Wielenga, J. C. Wirtz Czn. (natuurlijk niet zoo simpel als ik het hier schrijf, maar met volledige vermelding van alle titels en praedicaten, tegenwoordige en vroegere ambten en waardigheden van genoemde heeren) en op een ander drukwerk (ook als C. V. T. E. R.) H. J. de Groot, J. M. Krijger Jr., P. Wielenga, J. C. Wirtz Czn., J. v. d. Molen, Ds. G. Hofstede, Dr. J. C. Logeman. Ook met volledige vermelding enz. als boven. Wij zeiden: deze heeren spreken niet in het openbaar; dit is natuurlijk maar zeer gedeeltelijk waar. Rl zeggen of schrijven ze ook geen woord, toch spreken ze in het openbaar, en wel ter aanbevehng van het Instituut, door het feit alleen, dat hun namen zoo breedelijk prijken aan het hoofd van tallooze brieven en drukwerken.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen