1929 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 61

53 de nakomelingschap. Evenzoo de tegenvoeters a en b in het andere chromosoom van het stel. Toch krijgt men altijd weer nakomelingen met combinaties der genen K en b, zn ook a en B. Dit physiologische verschijnsel heeft men, getrouw aan de metbode, geprojecteerd in een concrete lineaire verhouding. I\ls de twee chromosomen kruiseUngs over elkaar gaan liggen, en zóó afbreken, dat de heiften omgewisseld worden, zijn chromosomen met A + b en a + B ontstaan, redeneerde ny>n. Door de meerdere of mindere gemakkelijkheid vaj de verbreking der banden tusschen A en B te beschouwen als evenredig met den afstand tusschen R en B, en door nu tus«"hen allerlei genen het percentage omwisselinges te bepalen, kan Morgan met zijn school de crossing-o j er Hypothese gebruiken om de plaatsing der genen in atle chromosomen van de bananenvlieg (Drosophila) te bepalen. Voorzichtige menschen spreken over „de lucaliaatie der eigenschappen in de kern", maar veel meer wordt dit Daradepaardje der „chromosomen-forschung" voorgesteld als de kaart der genen, der vormers van het organisme. Genen, die geen koppeling vertoonen onderling, liggen volgens de theorie in verschillende chromosomen hn nu was het altijd zeer merkwaardig, dat het aantal groepen van genen, die wel met elkaar, doch niet met andere gekoppeld voorkomen, precies gelijk was aan het aantal chromosomen in de geslachtscellen. Den laatsten tijd duiken echter geruchten op, dat deze steun aan de theorie ontvallen zal, daar men o.a. bij Pisum en Hoideum meer koppelingsgroepen vond dan chromosomen. Men beeldt het crossing-over proces af met schematiscne voorstellingen, overtuigd van hun realiteitswaarde. De praeparaten van Janssens, die zulke „chiasmatypie" aantoonen moesten, bleken later hiervoor waardeloos te zijn. Ook om deze reden zochten daarom eerst Qoldschmidt en later Winkler en Herribert Nilsson naar een andere v^oorstellingswijze, zonder iets beters te vinden. Deze kleine moeilijkheid mag men echter aan de theorit niet al te euvel duiden. Immers overigens is ze keurig in orde, elk steentje van het groote gebouw heeft z'n juist-e plaats. Met frisschen moed wordt aan den uitbouw gewerkt. Züü kan men een vergelijking maken tusschen de atomsn van een bepaald element, die in alle chemische verbindingen dezelfde zijn, en de genen voor één bepaalde eigen-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen