GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

1932 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 25

Bekijk het origineel

1932 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 25

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

21 van dit uitgangspunt, of op zijn minst de onderstelling dat ook als wij doorgedrongen zijn tot wat de physica thans de laatste bouwsteenen der materie noemt, een prijsgeven van dit postulaat nog niet gerechtvaardigd is. Deze laatste onderstelling met beslistheid te verwerpen zou inhouden, dat aan de ontwikkeHng van ons inzicht in de relaties binnen het physische gebied een al te willekeurige grens gesteld werd. Want dat deze ontwikkeling juist in het jaar 1931 zijn eindpunt bereikt heeft, zal wel niemand durven beweren. ^')- Wel biedt echter de huidige stand van ons inzicht aanleiding de gestelde vragen te beantwoorden met een wedervraag. Is het wel geoorloofd te postuleeren dat op dergelijke vragen een antwoord mogelijk moet zijn? Rl onze uit de natuur verkregen kennis blijft toch een kennis omtrent natuurlijke, dus interkosmische relaties tusschen de geschapen dingen. Is het wel zoo zeker, dat deze relaties van dien aard zijn, dat zij tot een restlooze verklaring van den gang der verschijnselen moeten in staat stellen? Is in een door God geschapen, en door Hem onderhouden kosmos, waarin Zijn Wil » zich van oogenblik tot oogenblik realiseert, een volkomen f gesloten geheel van interkosmische causale verbanden wel denkbaar? Mag in het bijzonder de Christen natuuronderzoeker de grondslag voor zijn wetenschappelijk onderzoek wel stellen in een in zich zelf autoritair causaliteits postulaat? Of is het misschien veel meer zoo, dat wij slechts ons oog hebben open te stellen om in de Schepping af te lezen hoe God zijn Wil van oogenblik tot oogenblik realiseert? Moeten wij daarbij de zekerheid en het vertrouwen dat ons onderzoek zal leiden tot een kennis, die vruchtbaar is voor een ontplooiing van het menschelijk leven en voor een beheersching der natuur bij de gratie Gods, niet veeleer zoeken in het geloof, dat Gods trouw aan zijn Schepping onveranderlijk is? '"). Moet onze drang om het zoeken naar relaties binnen het geschapene niet te staken, niet veel meer voortkomen uit de behoefte Gods wijsheid in Zijn Schepping na te speuren, dan uit „die Forderung alles begreifen zu wollen?" ^'). Het wil mij persoonlijk voorkomen, dat het nadenken over deze vragen ons minder huiverig doet zijn het postulaat van een in zich zelf gesloten natuurcausaliteit los te laten en dat het ons de belijdenis, dat Gods eeuwige en alomtegenwoordige kracht zijn geschapen wereld bestuurt en dat alle dingen, ons uit zijn Vaderhand toekomen, dieper kan doen beleven.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1932

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 154 Pagina's

1932 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 25

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1932

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 154 Pagina's