GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

1933 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 19

Bekijk het origineel

1933 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 19

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

13 een theologie te zoeken, maar kan er zelf geen voortbrengen. Het is hier niet de plaats de kracht en draagwijdte van het teleologisch Godsbewijs uitvoering te onderzoeken. Het schijnt wel de vraag, of het toereikt tot de constitutie van een persoonlijk Godsbegrip. Indien het een streng bewijs ware, zou men, uitgaande van de natuurlijke doelmatigheid, iemand in naam van het redeHjk verstand tot de erkenning van het bestaan van God kunnen dwingen lan^s den weg eener streng logische deductie. Zonder de hulp van een semen rehgionis of van een zekere sensus divinitatis (Calvijn) zal het bewijs zijn effectieve stringentie wel niet kunnen handhaven. Inzonderheid uitwendige doelmatigheidscategoriën sorteeren hier weinig effect, omdat tegenhangers daartoe gemakkelijk zijn aan te voeren. Niemand was misschien meer wars van physicotheologische demonstratie's dan Schopenhauer, en zijn advies luidt dan ook '), den Engelschman, die zoo iets onderneemt (want alleen Engelschen achtte zijn paranoïde geest er toe in staat) alleen te vragen, waarom de zee dan zout is, en deze dysteleologie van de ondrinkbaarheid van het zeewater is voor hem afdoende tegenwicht tegen iedere physicotheologische bewijsvoering op grond van relatieve teleologie. Met de inwendige doelmatigheid is het intusschen toch wel iets anders gesteld; toch laat ook Bavinck ^) zich over dit punt niet zeer positief uit, waar hij, na de vermelding van Kant's overwegingen zegt : „Moge het nu al waar zijn, dat wij ook zoo met het teleologisch bewijs niet verder komen, dan tot een wereldformeerder, dan zou toch dat bewijs van niet geringe beteekenis zijn", en waar hij, de bezwaren wikkende, concludeert: „Logisch mogen deze bedenkingen nog eenige waarde hebben, practisch hebben zij voor ons bewustzijn geen beteekenis meer. Alles hangt hier aan de aanwezigheid van een doel in de wereld; zoo dat vaststaat, is daarmee het bestaan en de bewustheid van het hoogste wezen gegeven". 2. Intusschen kan met de bespreking der physicotheologie, de bezinning op de verhouding van theologie en teleologie in het algemeen nog niet ten einde zijn. Want naast de natuurlijke teleologie kan er nog in een anderen, 1) S. Werke II, bl. 395. 2) Dogmatiek II, bl. 64.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1933

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 174 Pagina's

1933 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 19

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1933

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 174 Pagina's