GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De idee van den vooruitgang - pagina 21

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De idee van den vooruitgang - pagina 21

Rede bij de 47e herdenking der stichting van de Vrije Universiteit te Amsterdam

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

17 tenminste zeker niet: bij dezen staken zeer beslist de Engelschen en nog wel zeer bepaald de coryphaeën der natuurwetenschappen onder deze het nieuwe geloof aan. Maar ook wat de anderen betreft zou het bewijs voor zijn stelling m.i. niet gemakkelijk te leveren zijn. Een logische associatie neemt hier de plaats van een historische in. En veel aannemelijker lijkt mij dan ook een andere opvatting. In zijn periode van vóór 1876, toen Nietzsche het begrip vooruitgang nog onder de „flausenhafte Begriffe" rekende, oordeelde deze daar mee hierom zoo ongunstig over, omdat hij er de geschiedenis een verkapte Christelijke Theodicee door zag worden ^^). Is het niet mogelijk, dat deze qualificatie ons op het juiste spoor helpt? En dat metterdaad het streven om de vol- j maaktheid Gods te kunnen handhaven in het gezicht van al het \ lijden en de zonde, die de wereld oplevert, bij het ontstaan der idee van den vooruitgang de beslissende rol heeft gespeeld ? Een krachtig geloofsleven stoot zich aan deze vraag niet. Maar zoodra tendenzen van rationalistischen aard in de godsdienstige zekerheid woekeringen beginnen te veroorzaken verandert dat. En zoo kreeg zij dan ook een, zelfs groote plaats in de nieuwe wereld- en levensbeschouwing. Niet waar deze zich terstond radicaal van het Christendom losmaakte natuurlijk. Maar wel waar zij, zooals in het Engelsche Deïsme en de Duitsche Aufklarung, aarzelde de volle consequentie uit haar grondgedachte te trekken. Leibniz, den grondlegger dier Duitsche Aufklarung, zien wij er dan ook bijzondere aandacht aan wijden. Maar deze Leibniz was immers ook de man, die — niet wat de practische geschiedschrijving betreft, wel te verstaan; maar dan toch wijsgeerig gesproken! — den akker geploegd en geëgd heeft voor de leer van den vooruitgang! En die leer van den vooruitgang en die Theodicee liggen in zijn bekende boek Essais de théodicée de Dieu etc. (1710) immers zelfs nauw tesamen geklonken: er is wel veel ellende en veel slechts op de wereld, maar dit alles verdwijnt in het niet bij het goede, dat wij er vinden: het vormt slechts den dissonant met zijn contrastwerking; straks treedt er de harmonie van het universum des te schooner door aan het licht; de harmonie van het universum zoowel als een zóó groote „perf ectio" van het menschelijk geslacht, als wij ons nu niet eens voorstellen kunnen, In hoeverre in de generatie, die op Leibniz is gevolgd, deze verbinding van gedachten in de practische geschiedschrijving heeft doorge-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1927

Rectorale redes | 38 Pagina's

De idee van den vooruitgang - pagina 21

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1927

Rectorale redes | 38 Pagina's