GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

„Opbouw".

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„Opbouw".

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Prof. R. Casimir had de vriendelijkheid aan velen zijner kennissen, aan Redacties van bladen, aan Leeszalen en Bibliotheken een bundel van zijn in verschillende bladen verschenen artikelen te zenden. Ik raad ieder, die in op, voeding en onderwijs belangstelt, kennis van dezen bundel „Opbouw" te nemen. Er komen heel wat dingen in voor, waar we een vraagteeken bij plaatsen, maar voor ieder loont het toch ruimsdhoots de moeite, te lezen, wat deze schrijver te zeggen heeft inzake het onderwijs aan en de opvoeding van onze kinderen.

Om de belangstelling in deze lectuur eenigermate te prikkelen, haal ik hier een.paar dingetjes aan uit het artikel „School en Tucht". Na heel wat behartigenswaardige wenken komt de schrijver in - het slot op den persoon van den opvoeder. Zal deze de drager der uiterlijke tucht en de leider tot innerlijke tucht zijn, dan mOiet hij aan hooge eischen voldoen, dan moeten* voor zijn ambt de besten en de hoogsten gezocht worden. De waardeeiing daarvoor moet zich uiten in zijn belooning en in zijn opleiding. Prof. Casimir acht het noodig, dal, ^al de onderwijzer, de leeraar, een beteekenende rol krijgen, in de bestrijding van de tuchteloosheid onzer dagen, deze opvoeders in het leven staan. Ze moeten daarom een goede algemeene ontwikkelende opleiding ontvangen; de leeraar moet daarvoor de universiteit bezoeken, de onderwijzer de „nieuwe kweekschool". Hij zou het jammer vinden, dat de kreet naar bezuiniging ons de door Minister de Visser ontworpen prachtige opleiding zou ontnemen. De onderwijzer moet niet langer door zijn opleiding apiart staan: hij moet een algemeen beschaafd mensch zijn. Hij moet van zijn ambt kunnen leven. Zijn ambt moet ook waardigheid en aanzien hebben^ wat tot uiting komt en moet komen in zijn waardeering in het leven.

Daarmee staat ook in verband, dat zijn bezoldiging van dien aard moet zijn, dat hem de middelen ten dienste staan, om het leven te leeren kennen. De Zweedsche regeering geeft reisstipendia. Hij moet eens iets anders zien, om te leeren opmerken, wat ons volk nog ontbreekt.

Bijzonder goed deed het mij, te merken, dat Prof. Casimir geen voorstander is van de weeke tucht, die men in onze dagen ook zoo graag aanprijst.

Neen, hij wil, dat de leerai-eh gèrügsteuhd" worden, ' wanneer zij hun best doen, om de tucht te handhaven. Een jongen kan zijn doicenten oneindig gehinderd, ja half zenuwziek geplaagd hebben, zonder dat hij voor verwijdering in aanmerking komt. Zoo'n jongen moest niet alleen van de school verwijderd worden, maar er moest gen bepaling _gemaakt worden, dat zoo'n jongen den toegang tot elke van rijkswege gesubsidieerde school, 't zij blijvend, 't zij tijdelijk, ontzegd kon worden, ja zelfs tot een examen. Dat zouden afdoende maatregelen zijn.

Ze zouden natuurlijk hooge uitzonderingen moeten blijven, 't Zou ook hard voor den enkeling zijn, maar mild tegenover het geheel. Zeer belangrijk zou ook zijn, dat een dergelijke maatregel reeds preventief zou werken. Menig lastig heer zou bijtijds eieren voor zijn geld kiezen.

Niet ten onrechte wijst de schrijver op. de onmacht van de leeraren ten opzichte van de ergerlijke kleeding, waarin sommige meisjes op; school believen te komen. Ook hierin moet de school tucht kunnen oefenen. De gedachte mag niet bij de kinderen voorzitten, dat zoo iets nu heelemaal valt buiten de bemoeiingen van de school. De vrij groote algemeenheid van het kwaad moge' de strijd moeilijk maken, de school mag, ik' ben dat met den schrijver eens, in dezen zich niet tot werkeloosheid laten vernederen.

En dan moeten natuurlijk leeraren en onderwijzers ook de hand in eigen boezem steken. Zij, die dagelijks met de kinderen in aanraking komen, moeten hun ambt voor die kinderen hoog houden. En dat doen de onderwijzers niet altijd. Schrijver betreurt het daarom, dat men zich niet ontzien heeft, groote aanplakborden te plaatsen met het opschrift: „.Loop niet in de val van het onderwijs!"

Zoo iets verhoogt niet het respiect bij de ouders en bij de kinderen voor het onderwijs en, de onderwijzers. Ook bij slechte bezoldiging blijft onderwijzen toch nog altijd een hoog, een heerlijk ambt.

Het mag niet worden vergeten, dat het intellectualisme van den troon is. Het hooge respect voor den man van wetenschap: is danig aan het verdwijnen. Laat de opvoeder winnen, wat de onderwijzer verloor. Van de school kan dan ook in de toekomst voor de bestrijding van de tuchteloosheid veel goeds worden verwacht.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 oktober 1927

De Reformatie | 8 Pagina's

„Opbouw

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 oktober 1927

De Reformatie | 8 Pagina's