GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Geen Algemeene Verzoening!

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Geen Algemeene Verzoening!

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Dr C. Bouma, Geen Algemeene Verzoening. J. H. Kok — Kampen — 1928.

Hier is nu alles zoowat bij elkaar, waarvan een net mensch tegenwoordig rillen moet. Om te beginnen wordt in de inleiding — „woord vooraf" — beleden, xal ik maar zeggen, dat het boek gegroeid is uit Ic-e-r-k-b-o-d-e-lectuui. Kerkbode, staat er. Voorts staat in den eersten zin iets over Satan, die het werk des Heeren bestrijden wil. Zoo'n farizeeër toch: satan jiau den éénen kant, de auteur met „het werk des Hecven" aan den anderen kant. Het tweede rillendum. Ten derde haalt de schrijver, ook al weer op de eerste l3ladzii nog, Jhet woord „dwaling" erbij; en dat is al de grootste dwaling, want de hanteerder van het woord „dwaling" gaat uit van de idee der bestaans m o g e 1 ij k h © i d, ja zelfs, besta: aas w e r k e - 1 ij k h e i d van de ' rechtzinnigheid; en als j© dan weet, dat op de titelpagina een gerefO'rmeerde deminee' vermeld wordt, nu, enfin. Dan haalt de auteur 'op de derde bladzij, dezen zin uit zijii groezeligen "inktpot: „Onze eeuw is bang voor hoekige personen en voor hoekige stelsels en systemen". En hij drinkt blijkbaar geen Catz na de schriftuur dezes volzins. En als je dan ten vijfde weet, • dat dit boek aan polemiek doet, u hoort goed; p-o-l-em-i-e-k; en dat het over een d-o-g-m-a gaat, en dan nog wel over het naarste dogma, dat er zoo ongeveer in de hoogmoedige dordtsche zielen uit den bodem van hun onderbewustzijn getrokken is: het dogma van de particuliere genade, en dus van de niet-algemeene-\-erzoening; eji als je dan ten zevende weet, dat er ecu apart hoofdstuk in voorkomt, met dezen volslagen onzin: „gereformeerd is schriftuurlijk"; en ten achlsir-, dat er een apart hoofdstuk wordt besteed aan hol weg-werken van , , moeilijkheden", natuurlijk zoo'n gladstrijken van oneffenheden, die een eerbiedig mensch laat staan, maar die hier natuurlijk worden geplooid en sofistisch weggeredeneerd, wel, wel, dan heb je genoeg van het boek, en wei-pt het weg in den hoek van, enfin, waar ook je lijfblad tenslotte in moet, met je gebroken glaasjes. Je belt maar bij dien scribent aan, als je moeilijkheden hebt. Maar 'tis er dan ook het adres naar.

Geachte lezer, dit is een recensie, in den stijl van den hedendaagschen mensch van onderscheiden kleur. De zetter mag, wat mij betreft, ook wel de hoofdletters gebruiken voor dezen H. M.

Maar nu, onder ons, gereformeerden, gezegd, kijk eens, wij zijn nog niet aan dezen Hedendaagschen Mensch heelemaal verkocht. En ik wou u eens erop wijzen, dat behalve die andere dingen, acht geloof ik neg, dat ik noemde, die de Hedendaa'gsche dadelijk zo-u vinden, en op zijn weg zou leggen, omdat Hij toch in elk geval Skandala — struikelblokken — hebben WJL, OPDAT zijn geestelijke auto nooit kome in ons land — ik repeteer: ik wou u graag vertellen, dat behalve die 8 dingen van daar stsaks, in de inleiding ook het woord „e v a n g e 1 i s a t i e" staat. Evangelisatie.

Evangelisatie.

En nu is de auto, die straks pech hebben WIL, van Z. M. den H. M. wel te verstaan, al lang dat ééne woord voorbijgeraasd. Hij vindt, i n d i e n Hij 't altemet nog even njocht hebben opgemerkt, hij vindt het hoogstens de vrome franje aan het Ideed van dezen rasechten farizeeër Bouma, met zijn „griffermeerd is schrif-tüür-lijk".

Maar, gereformeerden, och, staat nu eens even stil. Laat den H. M. i-azen, en kijkt eens uit uw eigen oogen.

Dan g r ij p t ge straks naar . dit boek. Omdat ge dan daaraan weer eens ontleenen kunt — en dat is voor u ook heelemaal niet overbodig — deze gedachte: dat oude dogmata toch ook beteekenis hebben 53 voor de praktijk van het evangelisatiewerk. Ja, ge gaat het straks ómkeeren — en dat is de verdienste van dit goede boek: ge gaat begrijpen, dat evangelisatie, ontferming, wijde uitgang tot de anderen, tot de wereld, nooit los kan zijn van de zelfbezinning, van de gehoorzaamheid, van het dogma enz. der kerk; want anders verloopt het allemaal in liefhebberij, die bij de week bloedarmoediger, bleek-en 'wijsneuziger wordt Dan leert ge zien, dat ook polemiek iets moois heeft, een groeten loon, die evenwel, zooals alle echte loon, niet dadelijk uitbetaald wordt, en daarom den H. i\I. niet bevalt; en dat de teruggang naar de zelfbezinning inzake het hier besproken dogma goed is, zal onze gereformeerde evangelisatie eigen karakter en trouw en gehoorzaamheid betoonen aan God, die ons er toe riep.

Lees dit boek met aandacht. Het is in den besten zin van het woord populair, duidelijk geschreven, goed beheerschl, a.ctueel, en het bewijst, dat men polemiseeren en strijden en zich verengen kan, met bewustheid en om Gods wil en — toch nog een goede ziel hebben.

Natuurlijk zijn er heerlijk tevreden menschen, die dr Bouma nu „hooghartig" vinden. Want hij zegt hard o p, niet in één der antichambres Petri Sta^oks, waar het w è 1 oirbaar is, doch hij zegt het met drukinkt, , dat een ander het verkeerd ziet. Dus is liij, zeker hooghartig, en verwerpelijk geacht. Dat overkomt meer menschen, collega. Maar wie het zeggen, lezen gewoonlijk niet, of maar half, wat ze verwerpen. En — dit is niet voor mijn collega, maar voor het vereiordo Publiek —: deze polemicus, en al dat andere meei', die staat ook op straat te preeken. Uedele ook?

Dit alles, lezei', is min of meer ter introductie de introductie van dr Bouma's - boek. van

En wat zal ik verder ervan zeggen? De titel zegt open en rond, waar het boek over spreekt.

En nu is de beurt aan ons. Ik geloof, dat het voor onzen tijd broodnoodig is, weer eens dogmatische verhandelingen te gaan lezen. Men heeft er veel te ge-

makkelijk zich van ontdaan; want men maakte van een vaak gerechtvaardigd protest tegen den vorm, waarin ze vroeger soms gegoten werden een des te meer ongemotiveerd protest tegen hun inhoud, en vraagstelling.

Een dogma als 'hier behandeld wordt, is, we weten het allen, niet nieuw. Zijn populaire behandeling evenmin. Men behoeft, om maar een voorbeeld te geven, slechts te denken aan dr Kuyper's „Dat de genade particulier is".

Maar het werk van dr Bouma wil dan ook allerminst do aandacht afleiden van wat dr Kuyper en anderen ons gaven.

Zijn bedoeling is allereerst praktisch.

Het is er hem, om te doen, het vraagstuk van de algemeene of niet-algemeene verzoening te bespreken in onmiddellijk verband met de vraagstukken van den laatsten tijd, gelijk ze i n het e V a n g e 1 i s a t i e - w e r k zich naar boven Lebben opgedrongen. Dit boek, over een in sommiger oog versleten onderwerp is in dien zin ten hoogste actueel. Laat ons nuchter zien: er zijn natuurlijk weer ethische en andere verlichte en hun tijd bijhoudend« menschen, die al dadelijk bij het lezen van den titel met zichzelf hebben afgesproken, dat zoo'n werk n a t ü ü r 1 ij k uit-den-tijd is, en dat zij de spanning van dezen tijd, dezen gistenden tijd, en wat daar verder volgt, toch wel wat meer gelieven te voelen; waarmee ze dan zoo dadelijk zullen beginnen. Maar ik keer het om. Het onderwerp is van dezen tijd, en zijn behandeling ook. En de geboortegeschiedenis van dr Bouma's boek is tegelijk de geschiedenis van den praktischen arbeid en van het „praktisch christendom". Terwijl de anderen, die zich graag illuminaten noemen, refereeren over de spanning, en des te v a-k e r over het k o n i n k r ij k der hemelen, naar gelang zij de kerk op aarde verlaten en vertroebelen en verscheuren; en des te vaker over de zaaiers, naar gelang zij den aard van liet zaad (hetwelk is het Woord) maar niet durven behandelen; ik zeg, terwijl dit gebeurt aan den kant der verlichte lieden dezer eeuw, daar is onder de verachtelingen der orthodoxie aan den 'éénen kant Johan de Heer aan het evangeliseeren en aan den anderen kant de gereformeerde niensch (veel meer, en veel vaker, en veel pluriformer, dan men weet, want niet iedereen laat zijn opera omnia in de krant zetten).

Uit de botsing van beider standpunt is dit boek geboren.

Zegt men nu nog, dat het dogma buiten de praktijk staat, en dat het dogma geen beteekenis heeft voor het praktische leven?

Of dat een boek als dit, zijn tijd niet bijhoudt en daarom de onderwerpen van vroeger ophaalt zonder gezicht op het spanningsvolle koninkrijk der hemelen'?

En wat nog meer aan Barth — en dien dan nog misverstaan. — te ontleenen is ?

Hier is spanning, en praktische daad, maar een Tiaseeren daarvan op het Woord.

En e i g en 1 ij k zit daar de kneep; want heel wat van de thans zeer Verlichten willen maar niet welen, dat ze daarvan niet gediend zijn.

'J'enslotte nog de praktische opmerking, dat dr Bouma niet abstrakto redeneeringen of schoolsche bewijsvoering geeft, maar rustig en voor ieder verstaanbaar redeneert. Smakkelijk en aan één stuk door.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 november 1928

De Reformatie | 8 Pagina's

Geen Algemeene Verzoening!

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 november 1928

De Reformatie | 8 Pagina's