GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

HOOFDARTIKEL

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HOOFDARTIKEL

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Kerstfeest — het feest van het nieuwe begin.

Weer is het Kerstfeest aangebroken. Millioenen menschen zullen bezig zijn met dat groote, wondere gebeuren van Betlilehem.

Een veelstemmig lied over liet kindje in de kribbe en de engelen en de herders zal weer op'klinken over heel de wereld, gezongen door allerlei menschen in velerlei toonaard.

Eu we weten het — we hebben het al zoo dikwijls gehoord — heel veel schrille klanken en valsche geluiden zullen ons oor weer treffen!

Ze worden dikwijls geboren ook in ons eigen hart.

Velen zullen zich weer verliezen in uiterlijkheden: dat aandoenlijke gebeuren in dien donken ren stal; die sereene jonge vrouw met haar kleine kindje; die goedige, geduldige Jozef en dan die herderkens en die „stille nacht" — die toch heelemaal niet stil was!

Anderen zullen zwelgen in ijdele speculatie. Ze spreken ook op het Kerstfeest van symbolen en teekenen, van ideeën, die verwerkelijkt worden. Ze zien openbaringen van den „christus-geest". Ze gaan philosofeeren, ook bij de geboorte van Jezus, den Christus Gods, over den „vorm" en den „inhoud", de „Gestalt" en de „Gehalt" der openbaring en omnevelen zoo Gods groote verlossingswerk met ijdele gedachtenspinsels.

Vooral zullen zeer velen weer voor alles met hun eigen „ziel" bezig zijn. Hun belangstelling zal zich uitsluitend richten op wat in en met en aan die ziel door dat kindje kan worden gedaan of aireede is gedaan. Ze spreken misschien wel vaB een „kerstfeest in eigen ziel"! Want, zoo is hun vaste overtuiging, als Jezus ook niet in eigen hart geboren wordt, dan is het al vergeefsch! En ze verloochenen alzoo metterdaad het geweld van Gods verlossingsdaden, die altijd in één piunt des tijds geschieden en zich nooit herhalen.

* Kerst feest kunnen we alleen vieren als we geheel en al vervuld zijn van het kerstfeit, als we in groote verbazing den levenden God zien werken op deze wereld, in den tijd, in onze historie. Onze geloofsactiviteit moet in volle spanning bezig zijn met de wonderen, de woorden, de werken van den HEERE, onzen God, daar om en in de kribbe. — Dan wordt het Kerst-feest voor ons, d.w.z. het feest van den Christus —• maar dan ook

alleen! En als onze geloofsactie zóó bezig is met do kerst-daden van den Schepper van hemel en aarde, die ook de Herschepper is van Zijn ganscïie wereld, dan zal voor ons gaan schitteren in vollen glans, dat Kerstfeest ook is het feest van het nieuwe begin — het feest van den nieuwen mensch en de nieuvce menscliheid en het nieuwe verbond, en het nieuwe koninkrijk, ja, van de

* « * Met grooten schroom en diepen eerbied moeten in de kribbe. Och, van buiten gezien is het een heel gewoon jongetje. Maar inderdaad is het het wonder aller wonderen.

Jezus, Hij is de Zoon Gods. Maar Hij is ook echt mensch. Niets menschelijks is Hem vreemd. Niets van wat den mensch toebehoort, ontbreekt Hem. De Schrift noemt Hem „den mensch Jezus Christus", „een man van God".

En toch is Hij niet in deze wereld en in die menschheid gekomen volgens de mogelijkheden, waai-naar en langs de wegen, waarop alle andere menschenkinderen verschenen zijn onder de zon.

Toen deze mensch in het aanzijn geroepen werd, was God de eenige, volstrekt eenige Werker en Roeper en Verwekker. Nadat de beide eerste menschen geschapen waren, ontstonden alle volgende menschenkinderen door de co-operatie, de samenwerking van een man en een vrouw. Zóó was Gods bedoelen. Maar zie, bij het ontstaan van dit kind wordt de man opzij geschoven, e n d u s ook de vrouw! Want als bij een samen werking een der partijen op non-activiteit wordt gesteld, dan is automatisch ook de andere partij tot nietsdoen gedoemd. Maria is dan ook volkomen passief bij het in beweging brengen van dit nieuwe leven. Het wonder komt over haar. De Heilige Geest doet gansch alleen zijn mysterieuze verwekkingsdaad. God betreedt bij het ontstaan van dit jonge leven een geheel nieuwen weg. Met behoud van wat is, maai- onder volkomen uitsluiting van iedere menschelijke medewerking verwekt de Almachtige Schepper het vleesch van den Christus uit het oude lichaam der menschheid.

Dit wonder was nog nooit vertoond. Dit is een nieuwe, geheel unieke daad van den Heiligen Geest. Hier is geen schakel in den keten, die bij Genesis I is begonnen. Dit is de nieuwe gang Gods in deze wereld. Hier is de nieuwe mensch, de volstrekt nieuwe door God zelf geroepen, gevormd uit het oude menschengeslacht. Hier is herschepping. En zooals bij de schepping niemand Gods medewerker was, zoo volbrengt God ook de her-schepping alleen: alle „tweede oorzaken" vallen weg. Als het nieuwe leven eenmaal in beweging is gebracht, dan mogen Jozef en Maria beiden Gods mede-arbeider zijn n.l. bij het verder-dragen, het verder-brengen, het opgroeien van het kind. Maar het begin — dat werkt God alleen.

Dit herscheppings-wonder heeft God gewrocht om Zijn wereld te redden.

Want zou die wereld gered kunnen worden, dan moest er weer komen een nieuwe Wortel der menschheid, een tweede Adam, een nieuw Verbondshoofd. Zoo was Gods hooge, heilige orde. En zie die nieuwe Adam zal er komen in den mensch Jezus Christus. Daarom wordt Jezus zoo wonderlijk geboren. Daarom wordt Hij verwekt, buiten de rechtsverbanden, de rechtsorde van alle menschenkinderen om, door den Geest van God alleen. Nu rust geen erfschuld op Hem, en dus ookjgeen erf smet. Elij is rein en heilig.

En zoo kan en zal die tweede Adam winnen en vergaderen een gansch nieuw menschengeslacht. •Hij zal het roepen en verwekken uit de oude mjenschheid. Ja, maar niet langs de banen van voortplanting en in de gemeenschap des bloeds! Neen, Hij zal het roepen en verwekken langs de wegen des Geestes, in de gemeenschap des geloofs. H ij zal het Hoofd ervan zijn en al de anderen het lichaam, vereenigd in den Geest.

En die nieuwe menschheid in Jezus Christus zal de eigenlijke, de blijvende zijn. Alles wat daartoe niet behoort, i s reeds verdorven. Het zijn dorre takken aan den boom der menschheid, ze zullen eenmaal zeker worden afgekapt.

Dat kindeke in de kribbe is het nieuwe Verbondshoofd, de tweede Adam!

En dus zal Hij de taak overnemen, die de eerste Adam schandelijk van de schouders heeft geworpen.

Hij zal de Verbondsplichten en - eischen, heel de Verbondstaak aanvaarden voor Zijn God en dragen in Diens tegenwoordigheid! Hij zal die taak volbrengen in een leven van louter dienst en gehoorzaamheid, in een permanente boveninenschelijke spanning van geest en ziel en lichaam. Ja meer dan dat zal Hij verrichten — ook de Verbondsvloek en de Verbondswraak zal Hij doordragen ten einde toe. Alles zal Hij doen in het huis des Verbonds. Alles — daar kan niets bij!

En we zien ze nu tegenover elkaar: den ©eirsten en den tweeden Adam, het eerste en het tweede Verbondshoofd!

De eerste — een stralende, wonderschoone mensch in Gods paradijs.

De tweede — een armelijk kindeke in de kribbe.

Adam leefde in Gods volle, rijke gunst.

Jezus ademde aanstonds in toorn en ellende en vloek en dood.

Adam v^as sterk en sclioüa en onverzwakt.

Jezus kwam „in gelijkheid van vleesch van zonde", zwak, een worm — geen man, vatbaar voor alle ellende van het menschenbestaan.

Adam had als eenige taak: gehoorzamen ten volle in innige liefde.

Jezus had die taak eveneens, maar moesl; daarenboven torsen al de vloek en wraak des Heeren over alle zonde der geheele menschheid.

Onder Adam is Jezus weggezonken, als Hij daar ligt in de kribbe — boven, ver boven Adam zal Hij eenmaal uitrijzen in blinkende glorie. Jezus Christus zal Zijn taak volbrengen naar het recht Zijns Gods in volkomenheid. Hij zal eenmaal „het nieuwe en eeuwige Testament, het verbond der genade en der verzoening" besluiten, vastmaken voor eeuwig.

Het kind in de kribbe predikt ons ook het geheim van hel nieuwe, herstelde Koninkrijk Gods.

Want wat is dat Koninkrijk anders dan dit: dat menschen in volle vrijwillige overgave hun God gaan dienen, volkomen, als hun groote levenstaak, hun eenige levensvreugde?

Zoo had Gods koninkrijk geschitterd in de wereld van het paradijs. Adam was koning van al het geschapene, hij was de top van de pyra; mide van al Gods schepselen. — En zie: die koning der wereld boog in volmaakte liefde voor zijn Schepper, zijn Vader in de hemelen. Zoo was het Koninkrijk Gods op de aarde in volle, schoon nog niet duurzame, heerlijkheid.

Maar door den val was dat Koninkrijk van deze aarde weggeweken. Alleen in den hemel werden do schepselen gevonden, die hun God volkomen dienden, zonder eenige smet of vlek. Alleen de engelen waren Gods gansch trouwe onderdanen. Zoo was het Koninkrijk weggegaan van de aarde en had zich teruggetrokken in den hemel. Het had Koninkrijk-van-aarde-en-hemel moeten zijn en zie het werd alleen maar Koninkrijk-der-hemelen.

Maar ga nu naar de kribbe'. Daarin ligt het kindeke, dat eenmaal zeggen zal dat het Zijn spijze is te doen den wil van Zijn Vader. Hij zal de eerste der menschen zijn, die sinds het verloren Paradijs Zijn God weer gansch volkomen op aarde dienen zal. Zoo komt het Koninkrijk Gods in Hem weer op de aarde terug. Het Koninkrijk is midden onder ulieden, zal Hij later rustig en naar waarheid zeggen.

Zoo wordt het Kind in de kribbe gróót voor het geloof. Een nieuwe wereld, een nieuw heelal is

binnen de wanden van die kribbe besloten. Nieuw, rein, heilig, eeuwig, verlost! Met dat lünd geeft God een nieuw fundament aan Zijn wereld. Hü onderbouwt Zijn Schepping opdat ze staan zal voor eeuwi, g en in Zijn gunst en licht.

En dat lünd is groot geworden en heeft het meeste van Zijn werk nu al gedaan.

Kerstmis is gelukkig voorbij en Paschen Hemelvaart en Pinksteren evenzoo. en

Welnu laat ons dan echt Kerstfeest vieren, d.w.z. laat ons verlangen in den Geest naar de laatstie daad van Hem, die eenmaal in de kribbe lag. Zijn laatste, grootste daad — Zijn komst op de wolken.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 december 1936

De Reformatie | 8 Pagina's

HOOFDARTIKEL

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 december 1936

De Reformatie | 8 Pagina's