GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

HET BOEK VAN DE WEEK

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HET BOEK VAN DE WEEK

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

De eerste dissertatie over Dr Kuyper.')

In het jaar 1937, het jaai-, waarin herdacht zal worden, dat een eeuw geleden Dr Kuyper geboren werd, verscheen eindelijk de éérste idissertatieoveir Dr Kuyper!

Het schijnt wel heel vreemd, dat tot dusver niemand het gewaagd — of gewild — heeft Dr Kuyper, of liever een stuk van Dr Kuypers leven of werk, tot onderwerp voor een proefschrift te kiezen. De stof is boeiend in de hoogste mate en van het allergi-ootste belang.

Groen van Prinsterer was in dit opzicht gelukkiger. Reeds tijdens zijn leven verscheen een dissertatie van den bekenden Dr Daniël Koorders over: De Antirevolutionaire Staatsleer van Mr Groen van Prinsterer uit de bronnen ontwikkeld (1860). En sindsdien hebben onderscheidene proefschriften over Groen de pers verlaten. We hebben Studies over: Kerk en Staat volgens Groen van Prinsterer en 'Over: De godsdienstig-wijsgeerige beginselen van Groen. De jeugd van Groen is nauwkeurig en boeiend besc'hreveu. Allerlei onbekende en interessante feiten over Groen en de verkiezingen van 1871 werden gepubhceerd. Cieteekend werd Groens houding t.o.v. de Roomr schen. En we zijn nog meer moois te wachten!

Is het dan niet heel vreemd, dat de miadhtige figuur van Kuyper nog geen enkelen promovendus ZOO: geboeid heeft dat hij een proefschrift aan hem ging wijden?

Toch lijkt dit feit vreemder dan het is. De studie van Dr Kuypers leven en vooral van zijn ideeën en beschouwingen stelt enorm zware eisdien.

Daar is allereerst de ontzaglijke omvang van zijn schriftelijke nalatenschap. Wat een werk is 't aüet, om alle „Standaards" en „Herauten" alleen maar di^ór te lezen.

Bovendien is het uiterst moeUijk den ontwikkelingsgang van Kuypers denken na te speuren. Kuyper wijst de overgangen, de kenteringen daarin niet aan, maar bedekt die veeleer. Alleen scherp nauwkeurig onderzoek kan ontdekken waar nieuwe gezichtspunten door Kuyper werden gezien, ol waar hij een andere richting insloeg, dan dSie, waarin hij tot dusver koerste.

Grooter moeilijkheid in de Kuyper-studie vormt evenwel Kuypers manier van zieggen en betoogen. Dit klinkt op 'teerste hoeren misschien wel wat vreemd. Heeft Kuyper niet den naam van overduidelijk te zijn? Werd hij niet, naar men algemeen beweert, door iedereen begrepen? Kon hij de moeilijkste onderwerpen niet zooi briljant en transiparant behandelen, dat zijn hoorders en 'lezers ze doorschouwden tot in de kern?

Men kan op deze laatste vragen volmondigi jia antwoorden en toch van oordeel zijn, dat het moelhjk, zeer moeilijk is na te gaan wat precies, scherp lomhjnd, Kuypers opvattingen zijn. Kuypersöhrééf zoo en sprak zoo, dat zijn volgelingen een heldertotaal-beeld ont%'ingen van wat hij bedoelde; zóó, dat de hoofdgedachte glashelder werd gezien. Maar wanneer men heel nauwkeurig Kuypers meening O'mtrent eenig onderwerp wil navorschen, dan moet men eerst door een haag van beelden en vergelijldngen heendringen; dan moet men vervolgens de vele woorden, waarmee hij zijn gedachten tot uitdrukking brengt, voorzichtig wegen en vergelijken, vóór men tot een scherpe begripsomschrijving van Kuypers denkbeelden komen kan, Kuyper bediende zich niet van een strakke, oonsequente terminologie. En de weelderige, beeldende stijl, hoe schitterend en boeiend ook op zichzelf, gepaard gaande met den overvloed van woorden, waarvan Kuyper zich bedient om hetzelfde telkens op andere wijze te zeggen, maketn het werkelijk moeilijk zuiver te grijpen en weer te geven wat Kuyper eigenlijk bedoelde.

En wat ten slotte het voornaamste is: Kuyper, de voUe, veelzijdige Kuyper rijst als een domtoren op uit het vlakke land der gewone menschen en gewone geleerden. Wanneer het waar is, dat men om iemand te kunnen verstaan, hem moet overtreffen, dan is het met de mogelijkheid om Kuyper te doorzien en au fond te kennen wel zeer hachelijk gesteld.

Het is dan ook geen wonder, dat over Kuypers beschouwingen omtrent kerk of staat of wetenschap of wat dan ook, zoo bitter weinig, is geschreven. We hebben enkele biografieën, waaronder die van Rullmann ver vooraan staat. IWie hebben ook de ongelooflijk mooie en waardevolle bibliografie, eveneens van Dr 'Rullmann, het onmisbare fundament voor alle Kuyperstudie. Maar verder? ., . Ja, er zijn nog carricaturen, ge^ teekend, twee bundels zelfs, en ook geschreven — — ik denk aan wat Prof. Haitjema publiceerde.

En nu is er dan de eerste dissertatie. Ze is van Dr Leroy Vogel. Zooals de naam reeds doet vermoeden, is Dr Vogel van afstamming een Hollander. Hij is geboren in Corsica, in den staat Zuid Dakota van de Vereenigde Staten van Noord-Amerika. Dr Vogel bezocht het Galvin Gol-

lege ea het Calvin Seminary la MicMgan. Studieerde daarna een jaar in Princeton en voltooide nu onlangs zijn academisdhe studiën aan de Universiteit van Heidelberg.

De titel van de in het Duitsch gesahTeven dissertatie is (vertaald): De politieke ideeën van Abraham Kuyper en zijn ontwikkeling als Staatsman.

Het is eenigszins beschamend dat de eerste dissertatie over den grootsten Nederlander der negentiende eeuw van een buitenlander moest komen. Het feit, dat hij hoUandsch bloed; in de aderen heeft, verzacht dit niet zoo erg veel. 't Moge in ieder geval onze landgenooten prikkeleta nu niet achter te bhjven!

Toch heeft het ook zijn groote voordeelen, dat juist in het buitenland studies over Kuyper verschijnen. In de geweldige geestelijke verwarring onzer dagen kan het niet anders, of de bestudleering van Kuypers levenswerk móét vrucht dragen. Wie Kuyper ook maar eenigszins kent, weet hoe dioor en door actueel zijn werk is en dat het staat midden in de problemen van dezen tijd.

Juist daarom is het zoo ontaettend jammer, dat het oordteel over deze dissertatie niet onverdeeld gunstig kan zijn. Zeker er is heel veel vioor gestudeerd. Er staan mooie bladzijden en hooifd^stukken in, maar toch, als teekening van Kuypers politieke werkzaamheid en staatkundige idealen is deze studie niet geslaagd.

Wat reeds aanstonds opvalt als men begint te lezen is de groote slordigheid van den auteur. De hollandsche citaten wemelen van drukfouten, die soms, b.v. als we lezen van het „Lintje Saakje" (de üntjes-quaestie) een komisohen iudruk maken. Maar niet alleen driikfouten moeten genoemd. Er zijn ernstiger slordigheden, die doen twijfelen aan de grondige studie van den auteur. Hij beweert, dat Kuyper een „Antirevolutionaire Staatkimde" schreef van vier deelen (in de litteratuuropgave staat dat, en ook op p. 24 «ti p. 106)! Verder lezen we, dat Dr Kuyper zijn program op den Bijbel en op een wereldbeschouwing fundeerde, welke hij in de krant op zóó grondige wijze en zóó uitvoerig uiteenzette, dat ze later als vier deelen over de „Algemeene Genade", vier deelan „Pro Rege" en vier deelen „Antirevolutionaire Staatkunde" verscheen! De Catechismus werd, naar de Schrijver meedeelt, in een driedeelig werk uitgelegd. Van het groote werk „Ons Program" (met bijlagen) vertelt de Auteur op p. 19, dat het in 1878 verscheen, terwijl de voorrede gedateerd is op 8 Maart 1879. Bovendien heet ook dit werk, zie p. 105, „ein dreib audi ges Werk"! In de ütteratuurlijst wordt van „Ons Program" do 4e druk genoemd, zoodat het er sterk op Ujkt, dat Dr Vogel dit machtige werk misschien niet eens heeft gezien! Maar hoe kan men dan een dissertatia schrijven over het bovengenoemde onderwerp?

Ook treffen we telkens historische vergissingen aan. Dr Kuyper zou (p. 10) in 1869 predikant zijn geworden. Op pag. 14 lezen we dat het geschiedde 7 Aug. 1863, terwijl het werkelijk plaatsvond op 9 Aug 1863. Op pag. 19 lezen we: lm Jahre 188 8 wird die Freie Universitat im Amsterdam unter seinem Rektorat gegründet. Volgens p'. 23 en 94 heeft Kuyper twee jaar om de oude Wereldzee gereisd — het was een reis van „slechts" negen maanden! En op p. 59 laat de schrijver Kuyper gedurende twee exi een half jaar in het buitenland' herstal van zijn zenuwoverspanning zoeken, na zijn eerste Kamerperiode van 1874—1876. In werkeUjkheid was Kuvper weg van Februari 1876 tot Mei 1877.

Dit zijn slechts kleinigheden, al mogen ze in een dissertatie niet voorkomen. Erger wordt het als we lezen (p. 23), dat Kuyper in 1907 de leiding der partij aan zijn liberale collega (de schrijver bedoelt, blijkens p. 96, liberaal-antirevolutionair) Heemskerk heeft overgegeven. Die Heemskerk zou ook aan den val van het Kabinet-Kuyper hebben meegewerkt (p. 97). Ook wordt van Kuyper en Heemskerk gezegd, dat ze zich „niemals persöhlich getroffen haben". Dit alles is todh wel wat al te bar. Van de kwesties van 1907 en den nasleep daarvan heeft de Schrijver niets gezien! Van de verwijdering toen tusschen Heemskerk en Kuyper gekomen en waaraan eigenlijk pas één jaar vóór Kuypers dood een eind is gekomen heeft hij blijkbaar niets vermoed.

Toch is dit ook nog het ergste niet. Het meest te betreuren is, da, t juist in de weergave van Kuypers beginselen de schrijver niet gelukkig is geweest. Ik weet wel hoe ontzaglijk moeilijk dit, vooral voor een buitenlander, moet zijn, maar we mogen het toch vragen als een dissertatie wordt geschreven.

'kWil hier een paar dingen noemen. De Schrijver betoogt, dat ds Staat een uitbreiding (Erweiterung) is van het gezin! Hier is een fundamenteel iets vergeten. Dit, dat naar Kuypers, duizendmaal uitgesproken, opvatting het gezin een scheppingsgegeven is, terwijl de Staat er is om der zonde wil. Over de zonde en haar enormen invloed op het menschenleven wordt in deze dissertatie trouwens zeer weinig gesproken. En als men de zonde niet zag, in haar doorwerking ook in het leven van volkeren en staten, hoe kan men dan Kuypers Staatsopvatting teeikasnen?

De Staat is niet organisch uit het gezinsleven opgegroeid, maar is iets mechanisch. De patriarchale (uit het gezin opgegroeide) hiërarchiie is verbroken. De Staat is een redmiddel voor den ontstanen misstand. Een stok bij de plant aan'gebracht om haar overeind te doen staan. (Het Calvinisme p. 81.)

Ook wanneer dte auteur betoogt, dat de „souvereiniteit in eigen kring" in het gezin begint en vandaar uit op andere instituten wordt overgedragen (p. 28) is dat niet juist. Dat geldt, naar Kuypers beschouwing wel van een reeks van krinigen als: gezin, familie, dorp, gewest enz., maar niet van de kringen van wetenschap', kunst, kerk, bedrijf enz. Men vergelijke: „Ons 'Program" (met bijlagen) p. 214 v.v. Naar Kuypers oordeel is het geloof de diepste spil, waar de souvereinateit in eigen kring op rust.

Geheel ernaast is de schrijver, wanneer hij beweert, dat Kuyper „met zijn eerbied voor de geschiedenis de herstelling van het Calvinisme in de wereldbeschouwing van zijn land(!!), tot een deel van zijn program maakte, ervan uitgaande, dat in de dagen van Hollands grootste glorie het Calvinisme de drijvende kracht was geweest en bijgevolg (somit) een deel van bloed en bodem is"!! (pag 37.)

Hier wordt Kuyper groot onrecht gedaan. De zaak wordt zoo finaal op zijn kop gezet. De verhouding van liistorie en openbaring is zoo tot in den wortel verwrongen. Kuyper zou het Calvinisme aanvaard hebben, omdat het voor zijn land het meest „profijtelijk" was, omdat het in de historie bewezen had bet volk tot de grootste glorie te kunnen brengen!

Niets is minder waar. Kuyper heeft de souvereiniteit Gods niet aanvaard als een stelling! Neen, hij is door die souvereiniteit Gods ovjcrwonnen, hij is er door neergeslagen^ toen zijn oogen open gingen voor het feit, dat hij in opstand was tegen God en toen God hem overwon. (Gem. Gr. Ill, p. 12, 13).

En toen vond hij in Calvijn en het Calvinisme de teekening van zijn levensideaal. Bij Calvijn en in het Calvinisme komt de souvereiniteit Gods tot volle gelding in gansch het leven en alle levensverhoudingen. Het Calvinisme werd voor Kuyper niet maar een denksysteem, een phUosophie, maar de aanduiding van het „gezuiverde", het „netto", het „fijne" Christendom, het „ClKistendom' van groote keur". En zeker: Kuypei- ontdekte in de historie ook, dat zijn volk tot den hoogsten bloei kwam, toen het Calvinisme beslag legde op de geesten, maar dat was voor hem nooit het motief voor de aanvaarding van Calvijns geaachten. Kuypers strijd was een geloofsstrijd en nooit een c u 11 u u r b e w e g i n g zonder meer.

Zeker Kuyper erkende Gods gang in de historie. Hij aanvaardde van harte, dat de ordinantiën Gods ook uit het leven der volken moesten worden opgespeurd — maar — altijd onder voortdurende critiek van Gods Woord. En daarom staat niemand critischer t.o. die historie dan juist Kuyper. Zijn felle toorn en striemend sarcasme richtten zich juist tegen hen, die de toestanden wilden laten zóó, als ze zijn, omdat ze in de historie zoo geworden zijn. Van de beschikking Gods, de „Gottesfügung" in den zin van von Stahl was liij een principieel vijand! Hij zag daarin een Pantheïsme, waartegen hij gansch zijn leven beeft geworsteld.

We willen het hierbij laten. Er zou nog meer te noemen zijn, ik denk aan wat Dr Vogel schrijft over de gemeene gratie. Hoeveel moois we ook ontvangen, de teekening van Dr Kuypers beginselen, met name zijn strijd als strijd des ge too f s, zijn zien van alle leven en levensactie als religie, als dienst van den Levenden God komt hier niet tot zijn recht.

Bij alle waardeering, die we voor dezen arbeid moeten hebben, bij allen dank voor de goede bladzijden en hoofdstukken mogen we deze critiek niet achterhouden, 't Spijt ons dat deze buitenlandsche schilderij van den politicus Kuyper zulke ernstige fouten vertoont.


1) Die politischen Ideen Abraham Kuypers und seine Entwicklung als Staatsmann. Von Dr Leroy Vogel; 1937; Buchdruokerei Richard Mayr, Würzburg.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 oktober 1937

De Reformatie | 8 Pagina's

HET BOEK VAN DE WEEK

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 oktober 1937

De Reformatie | 8 Pagina's