Bevinding is voor Gods
Bevinding is voor Gods kind onmisbaar. Ze moet er zijn. Ze moet er rijk en volheerlijk wezen. Maar nooit mag de bevinding iets aitders zijn, dan bevinding van datgene wat in de Schrift wordt geopenbaard. Zoodra ze ontaardt in een dusgenaamde bevinding, die iets naast of buiten of boven de Schrift zou worden, zou ze geen werk van den Heiligen Geest meer zijn, maar product van eigen inbeelding.
Dr A. KUYPER, E. Vota II, p. m.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 mei 1939
De Reformatie | 8 Pagina's