GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

PERSSCHOUW

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

PERSSCHOUW

14 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Geloovige woorden”.

De synodocraten zijn met ds Bos' woorden ingenomen; we noemden reeds ds H. Veldkamp.

Hij schrijft in zijn kerkbode:

Zoals men weet, openbaart zich onder de broeders van art. 31 tweeërlei stroming, hetgeen men in 't kort zo kan samenvatten, dat de ene richting niet en de andere wel met ons wil praten. Prof. Schilder vertegenwoordigt de eerste groep.

Natuurlijk is dat onwaar: het staat duideUjk anders in de Acta. En in ons blad. Ds V. moest het zóó zeggen: de ééne wil voordat we eventueel aan het praten komen, het schrijven niet overgeslagen hebben, de ander wil dat wèl. Waarom vertellen deze menschen niet, hoe het staat met de C h r. G e r e f. Kerken? Willen die nu ineens tegenover de synodocraten wèl het stadium van schrijven overslaan? Mij niets van bekend.

Intusschen (na de aanhaling van ds Bos):

Dit zijn gelovige woorden, en ik hoop, dat ze weerklsink zullen vinden zowel in de eigen kring van Ds Bos als by ons. Het zou een grote vreugde wezen als de hereniging een feit kon worden, maar zal dit „gesprek" vruchtbaar wezen, dan moet geen der „partijen" beginnen met op het standpunt te staan, dat ze voor 100 pet. gelijk hebben. Wij ook niet!

Wie heeft ooit gesproken over 100 pet. ? O v e r - tuig en informeer ons, hebben we gezegd, en e i s c h van ons hetzelfde, — meer niet. Wil ds V. eens zeggen, of de rapporten en decreten van 1944 „geloovige w o o r, d e n" zijn g'eweest?

Hoe men in Indlë de eenlieid zoekt.

De Locomotief (96e jrg., nr 257) schrijft:

Bandoeng, 8 Juli (Aneta). — Op 6 Juli begon te Bandoeng de vergadering van de classis Batavia der Gereformeerde Kerken In Indonesië. Voor het eerst in de gescliiedenis worden de vergaderingen bügewoond door vertegenwoordigers van de Protest. Kerk: de predikanten B, Keers en A, Matulapelwa. De Frot. Kerk van Bandoeng wordt vertegenwoordigd door Ds 3. A. de lUerk, uit Djokja is afgevaardigd Ds S. P. Poerwadijoga, contactdeputaat van de Synode der Javaanse Kerken in Midden-Java ten Zuiden.

Een wisselend aantal veldpredikers woonde de vergaderingen bij. Op deze eerste dag kwam o.a. ter sprake de geestelijke verzorging van de Gereformeerden onder de militairen in Indonesië. Vastgesteld werd, hoe deze arbeid moet worden verdeeld tussen de moederkerken in Nederland, de veldpredikers en de Kerken in Indlë. Een onderdeel van dit werk, n.l. de verspreiding van het kerkblad „Contact" en de prekeuserie „Het Levende Woord", blijkt in een behoefte te voorzien.

Dinsdagmiddag belegde de Geref. Kerk van Bandoeng een vergadering met de afgevaardigden en gasten, waarbij Ds De Klerk een historisch overzicht gaf van de ontwikkeling van het Prot. Kerkelijk leven in Indonesië.

Uitvoeriger besprak hij de besluiten van de onlangs In Buitenzorg gehouden Synode der Prot. Kerk. Inlichtingen werden door hem verstrekt over deze belangrijke besluiten.

Voorts besloot de Classis een deel van de Zendlugsarbeid der Christelijke Kerken In Makasser op zich te nemen en alzo voort te zetten het werk, dat Ds H. V. d. Brink daar vroeger verrichtte in opdracht van de Kerk van Soerabaja. Z. Eerw. zal de lectuurvoorzienlng van de Zending tn Oost-Ind. en de geestelijke verzorging van het Zendlngsziekenhuis Laboeang Badji op zich nemen. Voor hulp bij de exploitatie van dit ziekenhuis zal een beroep worden gedaan op andere zendtngsinstantles, met name in Nederland.

Nadat op de tweede vergadering telegrammen waren gezonden aan H. M. de Koningin en de Prinses-Regentes, kwam een der belangrijkste onderwerpen aan de orde: het kerkelijk gesprek tussen Protestantse en Gereformeerde kerken.

De bespreking hiervan vond plaats in tegenwoordigheid van de afgevaardigden der Prot. kerken.

Hierbij bleek de brandende begeerte, wèèr dit maar mogelijk is, niet alleen tot dit gesprek, maar ook tot samenwerking te komen. Een ernstige moeiHJkheid hierbij is, dat de Geref. Kerken zich gebonden weten aan de uit Nederland meegenomen Belijdenis en dat zij dienovereenkomstig de tucht over leer en leven harer leden oefenen, terwfll tn de Prot. Kerk slechts een summiere belijdenis als basis voor de opbouw van het kerkelijk leven is aanvaard. De samenwerking bij

de kerkdiensten, die hier #eu daar bestaat, wordt beschouwd als een signaal voor de toekomst.

De Classis acht het nodig, het kerkelijk gesprek voort te zetten en besloot daartoe 5 deputaten aan te wijzen voor het contact met het moderamen der Prot. Kerk en beval als richtlijnen hiervoor aan: met dit moderamen te overleggen, in hoeverre zij betrokken kunnen worden in de totstandkoming der Kerkorde; ten aanzien van het Kerkboek een gelflk contact aan te vragen; over de belijdenlsvraag contact met de Prot. Kerk te zoeken, opdat er bij de uitbouw dier belijdenis een gemeenschappelijk gevoelen zij, waardoor deze belijdenis tot basis van samenwerking strekken kan. Ten aanzien van allerlei christelijke arbeid worde zoveel mogelijk samenwerking betracht.

Voor de plaatselijke samenwerking beveelt de Classis aan, gemeenschappelijk te beraadslagen in zaken van gemeenschappelijk belang, hetzij door gecombineerde vergadering van de kerkeraden (c.q. kringbesturen), hetzij door de wederzijdse afvaardiging van één of meer vertegenwoordigers.

Aangaande de lectuurvoorziening wordt besloten, aan de verstrooide leden om de twee weken een preek toe te zenden uit de serie „Het Levende Woord". De vergadering is overtuigd van de dringende noodzakelijkheid, te komen tot de uitgave van een Evangelisatieblad, zo mogelijk in samenwerking met de Noodleotuurcommissie voor Kerk en Zending.

Bij de bespreking van de Proeve van een nieuwe psalmberijming bleek, dat deze vrel zeer waarschijnlijk door de Geref. Kerken zal worden aangenomen, zodra zij haar definitieve vorm in de loop van 1949 zal hebben verkregen.

Laat ons de headline niet overslaan:

DE GEBEFOBMEEBDE KEBKEN Een Brandende Begeerte Naar Samen-Werldng waar dit maar Mogelijk is Signaal voor de Toekomst

„Signaal” voor de toekomst. Waar blijft echter ^et merk-en veldteeken voor het heden: de belijdenis?

De synodocratische gemeenschap stond niet stil na 1914.

Ds F. A. den Boeft merkt in Gron. Kb. op:

We spreken vandaag veel (en het Is goed) over voortgaande reformatie, dat is over de consequenties, die de terugkeer tot het Woord heeft, maar we moeten niet vergeten, dat er ook te spreken valt van doorgaande deformatie.

Verder (na voorbeelden van remonstrantisme en toarthianisme):

De Synodale binding aan het begin is nog maar aanvang en we zien uu al, hoe het doorwerkt. Afwijking blijft NOOIT op een bepaald punt staan.

Wat is het ergste pimt van de deformatie en waardoor is het gesprek zo uiterst moeilijk geworden? Het Is zo, dat men niet trouw blijft aan zijn eigen papieren. Wanneer nu de binding aan de goddelijke waarheid van onderstelde wedergeboorte, hoe dan ook uitgelegd, vastgehouden werd, was het gesprek veel eenvoudiger. We auUen nu voor alle dingen nodig hebben een schriftelijk fixeren van de situatie, waarin we gekomen zijn. Ook dit nog:

De deformatie is verder gegaan! Wat moeten we met al de consequenties voor deze dingen, waarin de Synode van Eindhoven de gebonden kerken heeft gebracht. Kunnen we op die grondslag het zendingswerk, 2oals het daar nu reilt en zeilt, aanvaarden?

Kan iemand als Ds Verkuyl ook in naam van de vrijgemaakte kerk des Heeren naar Indië gaan om daar bespleMngen te voeren of willen we met zulk één toch eerst nog wel eens praten over de grondslag, waarop die besprekingen daar zullen worden gevoerd? Het is heel gemakkelijk om over de moeilijkheden heen te lopen, maar wie vergeet, dat de historie voortgegaan is, die heeft zich niet een reëel beeld gevormd van datgene, wat vandaag gebeuren moet, zal er oplossing komen.

We zijn door voortgaande Reformatie en doorgaande Deformatie steeds verder van elkaar afgegroeid en de kloof is steeds groter geworden. Oplossing is er alleen in de weg van bekering. In een zeer beslist handhaven van de belijdenis van de kerk des" Heeren. Laat ons trouw blijven aan datgene, wat de Generale Synode van Groningen inzake nader contact besloten heeft. Dat was maar ftiet zo zonder meer: we gaan weer contact aanvaarden, maar we hebben daarin ons standpunt naar de schriften klaar en duidelijk uiteengezet.

De inzet van het contact mag niet zgn het pogen om weer tot elkander te komen, maar enkel en alleen het handhaven van het Woord en de Belijdenis in de kerk des Heeren. Het moet gaan. om herstel van waarheid en recht. Als zo eenheid tot stand kan komen, dan l^unnen we de Heere daarvoor danken en dat zou moeten komen in de weg van een massale bekering, maar als het niet kan op de grondslag van waarheid en recht, welnu, dan Is het vruchteloos om 't contact af te bidden, want dan zou het alleen maar willen zeggen, dat de kerk des Heeren mee afglijdt op het heilloze spoor van Woordverlatlng, waarin de kerk des Heeren gekomen is. Het gaat hier van weerszijden om de onderscheiding van ware en valse herders.

Dr B. Wielenga haalt in zijn jongste publicatie een, woord van Oscar Wilde aan: oppervlakkigheid is de rgste zonde.

Waarom vergeten sommigen?

Ds E. T. v. d. Bom in Utr. Kb.:

Toen de Synode der Geref. Kerken tn 1944 haar kerkrechtelgke beslissingen nam, kwamen wij te staan voor een absolute keus. Immers deze Synode zeide: Er z^jn 'twee 'broeders, dde zich hebben schuldig gemaakt aan een ergerlijke, openbare zonde, die hen der afsnijdtog WEiardlg maakt. Zij hebbeu daarin volhard, zodat wij tot excommunicatie zijn overgegaan. Toen moest er gekozen worden of men wilde of niet. En wel absoluut volstrekt.

Nu deze kwestie telkens weer ter sprake komt, vraag ik alleen maar: Waarom vergeten wij de feiten? Men noemt het releveren der feiten een telkens weer openrijten van wonden, die genezen moeten, maar het is het zoeken van de eenheid.

Waarom vergeten wij ? :

1. Het schrijven der Generale Synode van 25 Pebr. 1944 aan de Raden van de Geref. Kerken tn Nederland: „Dit optreden (n.l. van Prof. Schilder) moet zo scherp mogelijk worden afgekeurd: HET IS IN WE­ ZEN „MUITERIJ IN KERKEN".

Waarom vergeten wij? :

2. De Generale Synode tn haar vergadering van 23 Maar, t 1944 enz. enz.

spreekt uit, dat hij (Prof. Schilder) zich aldus heeft schuldig gemaakt aan de in art. 80 K.O. genoemde zonde van SCHEURMAKING en besluit: met diep leedwezen hem, op grond van Artt. 79 en 80 K.O. en op grond van de „Regelen betreffende de beëindiging van de schorsing in, en het verlenen van verlof uit de dienst van hen, die aan de Theologische Hogeschool van de Gereformeerde Kerken tn Nederland in vaste dienst onderwfls geven" in zijn ambtelijke bediening als hoogleraar aan de Theologische Hogeschool en als Emeritus Dienaar des Woords van de Geref. Kerk van Rotterdam-Delfshaven te schorsen voor de tijd van drie maanden, teneinde hem gelegenheid te bieden ZIJN AFDWALING TE BELIJDEN, en alsnog zich nader te verklaren met betrekking tot de hem voorgelegde vragen, waartoe de Synode hem met alle aandrang opwekt, en waartoe zij van de Heere bidt, dat Hij hem geve alles wat hfl in deze weg behoeft".

Waarom vergeten vsr^j? :

3. De Toelichting op het Synodebesluit tot schorsing van Prof. Schilder, pag. 18: . van Prof. Schilder, pag. 18: .

„Hij (Prof. Schilder) heeft zich door zijn houding schuldig gemaakt aan de in Art. 80 K.O. genoemde zonde van SCHEURMAKING, en aan wat In ons AVONDMAALSPORMULIER wordt omschreven als HET BEGEREN AAN TE RICHTEN VAN TWEE­ DRACHT, SEKTEN EN MUITERIJ IN KERKEN".

Waarom vergeten wij? :

4. De Toellchttng op het Synodebesluit tot schorsing van Prof. SchUder, pag. 32/3:

„Nu kan het wel zijn, dat Prof. Schilder bij het verstrekken van bepaalde adviezen aan de kerken zelf niet tn de ztn heeft gehad tweedracht, secten en muiterij aan te richten. Zelf zal hij het alUcht anders voelen en dan ook anders voorstellen, namelijk als een opkomen tegen een zijns inziens in de Kerken btnnenslulpende deformatie tegen een zijns Inziens op kerkrechtelijk gebied zich voordoende verwording. MAAR HET SPREEKT VANZELF, dat de Synode dit door Prof. Schilder Ingenomen standpunt ON­ MOGELIJK tot het hare kan maken. WAT PROF. SCHILDER BIJ HET VERSTREKKEN VAN ZIJN ADVIEZEN ZOEKT EN BEGEERT AAN TE RICH­ TEN, MOET DAARENTEGEN OP HET STANDPUNT DER SYNODE WORDEN AANGEMERKT ALS TWEEDRACHT, SECTEN EN MUITERIJ IN KER­ KEN".

Waarom vergeten wij? :

5. De Toelichting op het Synodebesluit tot schorsing van Prof. Schilder, pag. 21, waar Prof. K. S. antwoordt:

„Bij herhaling wordt de mij ten laste gelegde zonde uitdrukkelijk voorgesteld als één der in Artikel 80 K.O. genoemde grove zonden. Wie dit artikel leest, en acht geeft op zijn verbijsterend begin en slot, ziet aanstonds, hoe ongemeen ernstig de verwijzing naar juist dit artikel Is. Maar zowel in het rapport, als tn zfln conclusies, werd nagelaten de in art. 80 voorkomende uitdrukking „openbare scheurmaklng" te kiezen ter qualiflcatle van mijn daden. De schijn van een zekere „jacht" naar een strenge conclusie is niet duidelijk vermeden" (blz. 21).

En het antwoord der Synode (blz. 33): „Er is dus geen sprake van, dat, gelijk Prof. SchUder het voorstelt, de schijn van een zekere „jacht" naar een strenge conclusie door de Synode niet duidelijk zou vermeden zijn.

DE SYNODE HEEFT INTEGENDEEL WELBE­ WUST DE GROVE ZONDE VAN OPENBARE SCHEURMAKING OF VAN VERSCHEURING EN OPENLIJKE VERACHTING DER KERKELIJKE ORDE BIJ PROF. SCHILDER WILLEN CONSTA-TEEREN. DE OVERTUIGING, DAT HIJ ZICH AAN DIE GROVE ZONDE SCHULDIG MAAKT, HEEFT ER HAAR TOE GELEID OM HEM OP ZO ERNSTIGE WUZE TOT DE ORDE TE ROEPEN”.

Waarom vergeten wij? :

6. De Synodale bidbrief van 5 Jirni 1944 aan al de kerken In Nederland:

„Wat ons vóór alles te doen staat is, ons te verenigen in een vurige smeking tot de Heere, dat Hij onder ons werke door Zijn Geest, opdat alle zonden worden afgebroken door gerechtigheid en de waarheid en de vrede onder ons bewaard blijven. Daarbij VERWACHT de Synode, dat gij VOORAL IN DEZE WEKEN, welke voorafgaan aan het aflopen van de schorsingstermijn aan Prof. Schilder gesteld, onze God zult aanroepen om de grote nood van ons kerkelijk leven aan Hem op te dragen, om U In diepe verootmoediging voor Hem neer te werpen EN HEM TB SMEKEN, DAT HIJ DE TUCHTOEFENING OVER PROP. SCHILDER MOGE BEKRONEN MET ZIJN GODDELIJKE ZEGEN”.

Waarom vergeten wfl? :

7. Het Synodale schrijven van Aug. 1944:

„De Generale Synode gevoelt zich genoodzaakt haar diepe droefheid en ernstige verontwaardiging uit te spreken over deze oppositie, WELKE ZIJ ALS REVO­ LUTIONAIR MOET KENMERKEN EN VEROOR­ DELEN".

„En thans heeft de Generale Synode niet anders gedaan dan de leer der vaderen bevestigd, de zuivere belijdenis gehandhaafd, DE KERKELIJKE ORDE BE­

WAARD, DE KERKELIJKE DISCIPLINE GEOE­ FEND, en zich In dit alles alleen willen bulgen voor het volle Woord des Heeren".

Daarom waarschuwt de Synode. ,

AAN DEZE SCHEURMAKING NIET MEE TE DOEN, en vertrouwt zij dat gij de DOOR OF NAMENS DEZE SYNODE .geschorste of ontzette ambtsdragers NIET ZULT „ERKENNEN EN WEDEROM ONT­ VANGEN ALS WETTIGE AMBTSDAGERS IN GODS KERK”.

Waarom vergeten wij? :

8. Rapport Inzake Prof. Dr S. Greijdanus, pag. 11 (26 Juli 1944):

„Zij (de kerk in Synode bijeen) mag ongetwijfeld de consciëntie .der enkele gelovigen alleen binden aan Goda Woord, maar daarmee strijdt geenszins, dat zij, DB SLEUTELMACHT NAAR HAAR ROEPING BEDIE­ NENDE, subordinatie onder haar gezag mag en moet vragen van een iegelijk, die binnen het kerkverband zijn plaats wil blijven Innemen".

Waarom vergeten wfl de feiten? *)

Een aanteekening erbij:

*) Dit artikel was reeds ter perse, toen lklnde„Prov. Kerkbode" het artikel van Dr Rldderbos lasi „Geëxcommtmlceerd ? ”

Hij zegt, dat de beschuldiging van excommunicatie duidelijk onjuist is.

Ik zou zeggen: kom dan met de officiële stukken. Deze kunnen dan de legende uit de wereld helpen. Als ik zeg, dat de Synode de sleutelmacht heeft bediend, en Dr Rldderbos zegt, dat het niet waar Is, dan kunnen immers de officiële rapporten en conclusies beslissen? Laat men dan daarmee komen, maar niet met redeneringen, ' die kant noch wal raken, en die geen enkel Gereformeerde voor zijn rekening zou durven nemen.

Dr R. kon weten en moest weten, wat er geschreven staat, en hij had nu uit de officiële stukken moeten bewijzen, dat, hetgeen wij zeggen, niet juist Is. Dan is het Immers uit? Dat noem ik nu „helder als glas".

Sommigen zeggen nu misschien: de raenschen weten het al.

Maar zoolang de camouflage duurt, zal het plicht zijn te polemiseeren.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 28 augustus 1948

De Reformatie | 8 Pagina's

PERSSCHOUW

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 28 augustus 1948

De Reformatie | 8 Pagina's