GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

PERSSCHOUW

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

PERSSCHOUW

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wie nog durven klagen.

Ds D. Zemel schrijft in Ons Kbl. over het proces, dat een klein getalletje lieden, die de onderstelde wedergeboorte verkozen te laten leeren als de synode het verkoos, en het ook weer verkozen te verloochenen als zij het verloochende, menschen dus, die het niet voor de waarheid, maar voor de vrienden opnamen, en die dat doen kerkelijke trouw noemden, thans aan onze kerk, die het met de waarheid nog ernstig nam, en in overgroote meerderheid bij wettig besluit zich van slechte daden onthield, aandoet. Ze Sfchijnen te denken, dat ze bij bepaalde rechtbanken daarvoor de kans schoon zien. Ds Zemel zegt:

Het is begonnen op de bekende classisvergadering te Terneuzen den Sisten Juli 1945, waar de volgende uitspraak gedaan werd:

De classis Axel der Gereformeerde Kerken In Nederland, kennis nemende van de verklaring v£in de afgevaardigden van de kerken van Hoek, Axel en Zoutespui, dat zij zicU niet met het besluit der classis inzake het voorstel van de Kerk van Hoek ten aanzien van de verwerping der dogmatische uitspraken van de Synode der. Geref. Kerken inzake het Genadeverbond conformeeren, constateert, dat de geestelijke eenheid der Geref. Kerken in de classis verbroken Is en de grondslag voor verdere samensprekiag ontbreekt en verzoekt de afgevaardigden, die met de verklaring instemmen, de vergadering der classis te verlaten.

Ik neem deze uitspraak over uit het stuk, dat toegezonden is door de classis Axel d.d. 8 Aug. 1945 en onderteekend door Joh. A. Tiemens, Praeses, A. B. W. M. Kok, Scriba.

Waarom dit nog eens opgehaald met vermelding van de bron? Omdat men vandaag ijskoud loochent, dat een dergelijk besluit ooit genomen Is of komt met een gansch andere redactie. Maar het staat er zwart op wit in de eigen publicatie van de het kwaad bedreven hebbende classis:

1. De afgevaardigden —. dus geen particuliere personen — zijn heengezonden;

2. De geestelijke eenheid der Geref. Kerken — let wel der Kerken — in de classis is verbroken;

3. De grondslag voor verdere samenspreking ontbreekt m.a.w. de kous is radicaal aS, met deze kerken is over deze zaak zelfs niet meer te praten. En dan zijn ze nog kwaad over het besluit van Amersfoort 1948 aangaande samenspreking. De classis Axel was — o wóndere ironie — Amersfoort al drie jaar voor.

Nu gaan ze dan, onder leiding van ds D. J. Cüuvée, satirisch schrijver over liefde, ook in Axel probeeren, Jiet kerkgebouw te stelen. Stelen noem ik elk» actie, die een eertijds gemeenschappelijk eigendom in bezit tracht te krijgen met gebruikmaking van andere middelen, dan de eigenaars, of gemeenschappelijke eigenaars, als juist erkend hebben in de dagen toen zij den eigendom gertgeld hebben. Alle synodocraten gebruiken z ü 1 k e middelen in hun processen. Ds Zemel schrijft:

Ik ga niet pogen dit te verklaren. Al weet ik, dat de leden der gemeente van ds D. J. Couvée in meerderheid tegen deze procedure zijn. Uit onderscheidene motieven. De één stelt prijs op een goede verhouding bulten de .kerk, de ander vindt het onbillijk ons alles te ontnemen en staat een minnelijke schikking voor, een derde kijkt verder dan zijn neus lang is en vraagt zich af wat men bij het winnen van de procedure met het kerkgebouw moet doen en hoe dan de zware lasten van onderhoud enz. opgebracht moeten worden, een vierde vreest, dat hij met zijn groep nu plaatselijk heelemaal uitgeschakeld zal worden en vermoedt — denkend aan de lijst voor de gemeenteraadsverkiezing, die, nog maar onder dreiging van de komende procedure, slechts namen van Gereformeerden bevat — dat die Vrijgemaakten nu wel niemand van zijn kerk ergens in zullen stemmen enz. enz.

Ds D. J. Couvée schijnt den tijd al vergeten, waarin hij prof. dr H. Visscher een open brief zond. Hij is wéér onder het sjrnodale juk; net zoo als eertijds, toen ik hem een beetje goedmoedig erover hoorde spotten, toen hij nog hervormd was; het was op een studentensamenkomst. Vóór zijn vrijmaking van het toenmalige synodale juk.

Ds Zemel doet er goed aan, de historie te laten spreken:

a. Augustus 1947 ontving de kerkeraad een schrijven van 'Mr T. van Dijken, waarin hij namens de synodale kerk van Axel, zonder meer alle goederen opeischte onder motiveering, dat eên eventueel proces toch verloren zou worden. De kerkeraad heeft daarop heel simpel geantwoord, dat hij de zienswijze van den Heer Van Dijken niet deelde.

b. 13 Maart 1948 kwam er weer een brief van Mr Van Dijken binnen. Daarin sprak hij zijn verwondering er over uit, dat de kerkeraad niet de vraag gesteld had of zijn cliënt bereid was tot het treffen van een regeling.

Het is toch wel kras. Men eischt zonder blikken of blozen alles en dan staat men verbaasd, dat niet om een mln-' nelijke schikking verzocht wordt. Als dat de bedoeling was gweest, had men het maoonelijk ronduit moeten meedeelen. Dit was kwajongenswerk. Neen erger, Russische tactiek. Geweldige di^igemeuten, dan zullen ze wel bang worden en met eên voorstel komen. Bn na aan zijn verbazing lucht gegeven te hebben, stelde dan Mr Van Dijken zijnerzijds de vra«g of de kerkeraad bereid was aan een minnelijke regeling mee te werken en daartoe een onderhandelaar aan te wijzen. De kerkeraad besloot dientengevolge over te gaan tot het voeren van onderhandelingen, die zouden kunnen lelden tot een minnelijke schikking en verzocht Mr Hummelen als onderhandelaar voor hem op te treden.

c. Per datiun van 2S Mei 1948 werd als vrucht der onderhandelingen gepresenteerd het schoone aanbod, dat wij de synodocraten zouden stellen in het volledige eigenaarschap en bezit van alle kerkelijke goederen en dat wij die goederen voor een bepaald aantal jaren van hen zouden huren. Het kwam onzen advocaat voor, dat deze regeling totaal onaannemelijk voor ons was. Zoo kwam het ons ook voor en in dien geest hebben we bescheid gegeven. Ieder kan intusscheu zien, dat de kerkeraad van ds Couvée slechts bereid was een MINNE­ LIJKE regeling te treffen, die eigenlijk inhield den oorspronkelijken eisch van overgave van alle goederen.

d. De kerkeraad bleef op het standpunt staan, dat hij onderhandeiingen wilde voeren, die zouden kunnen leiden tot een miimelijke regeling. Maar hij verwachtte dan ook eeo redelijk voorstel, een voorstel, waarover te praten was. Eindelijk per October 1948 werd een nieuw voorstel hem voorgelegd. Het bevatte een regeling op basis van gemeenschappelijk eigendom en gemeenschappelijk gebruik van de kerkelijke goederen, waarbij leder van partijen voor de helft gerechtigd zou zijn.

Nu leek den kerkeraad dit zeer onbillijk. Want de verhouding in ledental, die toch bij een minnelijke schikking in aanmerking moet komen, is wel anders dan in het voorstel tot uitdrukking werd gebracht. Maar hij vond dit een voorstel waarover gepraat kon worden. Want hier was sprake van verdeeling en misschien kon men tot een verdeeling geraken, die rekening hield met de juiste getalsverhouding. En om den weg te bekorten, schakelde hij de advocaten uit en wendde hij zich direct tot den sjmodalen kerkeraad per adres —• en zoo staat het letterlijk in de copie onder mijn berusting, wat ook Zondagavond op de synod, gemeentevergadering beweerd mag zijn — den Weleerw. Heer ds D.' J. Couvée, met aanhef: Weleerw. Heer.

Die heeft dus niet te klagen. Ondergeteekende is maar een „weledele heer", sedert hij uitgeworpen is. Dat vindt hij trouwens volkomen consequent; hij weigert alleen maar het te vergeten, wanneer het dr Ridderbos belieft.

Na een verhaal over de kromme handelingen, die volgden, vertelt ds Zemel wat men beoogt: direct „eruit" :

Stel eens, dat Mevr. Post nog in de pastorie zou wonen bij een voor ons ongunstige rechterlijke uitspraak, dan zou zij binnen drie dagen er uit moeten zijn. Meer dan één van hen op wier verzoek de dagvaarding is uitgebracht, is met tranen in de oogen langs ds Post gegaan, toen hij opgebaard stond in de kerk, maar thans gaan diezelfde mensehen naar den rechter met dit verzoek:

Spreek uit, dat de weduwe van ds Post, welke geen lidmate is van onze kerk, binnen drie dagen haar woning heeft te verlaten en geef ons bevoegdheid de ontruiming, gelijk de dagvaarding luidt, desnoods met behulp van de sterke arm te doen bewerkstelligen.

Even verder:

Alleen ben ik zeer dernkbaar, dat Mevr. Post verhuizen gaat en dat er goede kans bestaat, dat zij die ellende niet behoeft mee te maken. En wij gaan rustig, tenzij Middelburg spoedig ten onzen nadeele zou besluiten, de pastorie in. Rustig, ofschoon wij er op kunnen rekenen, dat tn geval de procedure verloren wordt, men met ons zeker geen clementie zal gebruiken. Dan zet men ons maar op straat. Het is beter kwaad te lijden dan kwaad te doen.

Nu over de synodocratische geloofsbelijdenis, ditmaal niet in Strijdende Kerk-of Roeper-taal, doch in juridische redactie gebracht:

Ten bewijze wil ik de aandacht vestigen op enkele markante zinnen. Daar staat gedrukt namens den zich noemenden kerkeraad van de Gereformeerde Kerk te

Axel:

„Aangezien de gedaagde Kerk een andere leer leert en hare lidmaten een andere geloofsinhoud hebbeu of belijden, d£tn welke geleerd wordt door de Generale Synode der Gereformeerde Kerken in Nederland". Daar hebt ge het monster naakt en bloot. Niet de Gereformeerde Kerken belijden en leeren, neen de Generale Synode dier Kerken belijdt en leert. De leden van de gemeente van ds Couvée moeten dus maar niet langer spreken van de Drie Formulieren van Eenigheid van de Gereformeerde Kerken in Nederland, doch van de Drie Formulieren van Eenigheid van de Generale Synode. In den grond der zaak kunnen zij zeUs niet meer zeggen, dat zij als kerkleden belijden en leeren, de Generale Synode belijdt en leert wel voor hen. Het Hoofdbestuur zorgt voor alles, nu ook al voor het belijden en leeren.

Die menschen, die langs de baar van ds Post zijn gegaan (éénj van die mannen, die van dr H. H. Kuyper hebben gehouden, maar die gereformeerd gebleven zijn en toen zelfstandig tegenover hem bleven), moeten nog maar eens denken aan ds Post's brochure: De Klauw van het Beest. d

En de Oosterbeekenaren moeten dit nog maar eens lezen:

Voorts staat gedrukt namens den zich noemenden kerkeraad van de Gereformeerde Kerk van Axel: „Tot een andere, d.l. nieuwe kerk, met leerstellingen, die op essentiële geloofspimten (elders staat: op essen­ tiële punten van geloof en leer) verschillende van die, welke geleerd worden en steeds werden in de eisende Kerk". Gereformeerden en synodocraten, wordt hier derhalve beweerd, verschillen van elkaar op essentiëele punten - van geloof en leer; Ik mag alzoo op grond van deze dagvaarding spreken tot lederen synodocraat, ook tot dien synodocraat, die met vrome smoesjes, met eenheldssmoesjes afkomt: Gij verschilt met mij en ik verschil met u op essentiëele punten van geloof en leer. O, Oosterbeek!

En nu hebben zij, die deze dagvaarding deden uitgaan allen met uitzondering van ds Couvée, onder mijn prediking verkeerd van Aug. 1943 tot eind Juli 1945. Geen van hen heeft ooit een aanklacht tegen mij ingediend. Integendeel. De vleierij van sommigen van hen was soms walgelijk. Een mensch zegt niet altijd wat hij denkt maar ik had de heeren toen ook al door. En ik preek vandaag nog precies eender.

Kom, ds Scheele, en kom, ds Bos, dit blijft nu zwart op wit staan. Hoe ook verder gehandeld wordt in en buiten Oosterbeek of Den Haag. 'Op die gronden wordt in Assen een lid der kerk het huis uit gezet, en in Axel iets dergelijks begeerd. Vlak bij den Oosterbeekenaar ds H. Veldkamp. Wij heeten geesteüjk één, maar voor den rechter enfin, de „kringen" zijn ook souverein, en de „terreinen" immers gescheiden? En je moet in de politiek toch samengaan, al hoor je voor den rechter zulke nonsens poneeren.

Een vraag van ds Zemel:

En hoe moet het nu met die eenheid, waartoe gij onlangs op de kiesvereenlging hebt opgeroepen?

Benheid met zulke verschrikkelijke ketters. En hoe moet het met de school, die staat op den grondslag der Drie Formulieren van Eenigheid?

Volgens U hebben wij dezen grondslag verlaten. En hebt gij al uw vader en moeder, uw broeder of zuster, die trouw gebleven zijn aan den Heere en Zijn kerk ernstig gewaarschuwd? Want volgens uw dagvaarding dwalen zij üi essentiëele stukken van geloof en leer. Dat is geen kleinigheid. Gij moet die dagvaarding straks ook handhaven bij hun sterfbed. En als zij volhard hebbeu in hun dwalingen, kunt gij naar het officieel oordeel van uw kerkeraad niet God danken, dat zij tot Christus him Heere zijn opgenomen.

Maar het kon niet anders. Het begin was: Geen geestelijke gemeenschap en de voortzetting wordt: Gij hebt een andere Belijdenis dan wij, gij voert een onchristelijke leer.

Maar wij leggen heel die dagvaarding neder voor den Heere. Wij spreiden haar voor Hem uit. En Hij spreekt ons naar Zijn Woord, dat wij van ganscher harte liefhebben, vrij.

Dit mooie slot:

De kerkeraad staat op het standpunt, dat hij, indien de procedure een ongunstig verloop heeft, onder geen voorwaarde het kerkgebouw zal huren of koopen van de synodocraten. Echter door die moeilijkheden zal de Heere ons wel heen helpen. Zijn arm is niet verkort. Het voornaamste immers m dit alles is, niet dat wij winnen of verliezen, maar dat de Heere ons vrijspreekt.

Onze zonden zijn vele, ook in den kerkstrijd, maar met alle gebrek en ellende is onze strijd toch een strijd des Heeren. Onze zaak is de zaak van den Zone Gods. Eu straks komt die Zone Gods op de wolken. En dan zal ook deze dagvaarding besproken worden voor Zijn rechterstoel. En we zullen klagen over het onrecht ons aangedaan en de valsche beschuldigingen ons opgelegd. En even zeker als ik ben van de zaligheid mijner ziel weet ik, dat Jezus Christus ook in die ure ons naar het getuigenis van Zijn Evangelie rechtvaardig zal verklaren. De Zone Gods zal onzen naam belijden voor God Zijn Vader en Zijn uitverkorenen Engelen; alle tranen zullen van onze oogen afgewischt worden, onze zake, die nu tegenwoordig van vele Rechteren en Overheden als kettersch en goddeloos verdoemd wordt, zal bekend worden de zake des Zoons Gods te zijn (N.ed. GeloofsbeUjdenls art. 37).

Laat ds CJouvée zijn synodale juk maar weer accepteeren; hij is er trouwens voor naar Axel getogen. Tegen dit slot kan hij niets inbrengen, nu niet, en later niet. Wij bUjven dit onthouden. Wij zijn blij, dat ondanks alle „geklets" in de diverse blaadjes (de term is van ds D. V. Dtjk, en die term is vroom) het gordijn der camouflage toch af en toe weer zijn gaten laat zien, wanneer het n.l. niet anders kan „om des voordeels vsril".

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 4 juni 1949

De Reformatie | 8 Pagina's

PERSSCHOUW

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 4 juni 1949

De Reformatie | 8 Pagina's