GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

PERSSCHOUW

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

PERSSCHOUW

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

IN MEMORIAM PROF. B, HOLWERDA.

We lazen in „Concordia" (van 8 Mei 1952), een blad, dat in de Prot. Ref. Churches van Amerika verschijnt, het volgende artikel van ds J. D. de Jong:

Op Maandagmiddag 5 Mei kregen wij bericht van broeder Van Spronsen, dat prof. B. Holwerda Woensdagavond 30 April plotseling overleden was. Dit nieuws kwam tot ons als een grote schok. De HEBRE heeft een nieuwe zware slag toegebracht aan de Gereformeerde kerken In Nederland door bij Zich thuis te roepen deze trouwe dienstknecht van Zijn Kerk, in de bloei van zijn leven. Prof. Holwerda was slechts twee en veertig jaar oud.

Wij doen hierbij ons diepgevoeld meeleven toekomen aan de diepbedroefde weduwe en kinderen, de Theologische Hogeschool te Kampen, de Gereformeerde Kerken in Nederland en de verwanten en de grote schare vrienden van de overleden Broeder.

Dit is de derde van de leidende figuren van de Gereformeerde Kerken die binnen de tijd van enkele jaren tot hoger dienst is opgeroepen. Wij kunnen er iets van begrijpen welk een harde slag dit moet zijn voor vele duizenden Gereformeerden in Nederland. Toen Prof. Greijdanus weggenomen werd op een rijpe, hoge leeftijd, werd er gezegd: Wij hebben Schilder nog. En toen nam de HEERE ook Schilder. Dit was een zeer zware slag voor de Kerken. Niemand verwachtte dat er een ander in staat zou zijn Schilders plaats in te nemen, en in zijn voetstappen te gaan. Daar men echter wist dat het doen des HBEREN altijd de hoogste wijsheid is, werd er gezegd: , , Wij moeten zonder Schilder verder gaan, en wij zullen hem zeker missen, maar wij hebben Holwerda nog." En nu is ook deze schitterende ster aan het firmament van de Gereformeerde Kerken verdwenen, en hij is niet meer.

Ik weet dat Prof. Holwerda zeer gewaardeerd werd onder zijn collega's en Prof. Schilder zelf bracht hem eens in „De Reformatie" als Oud-testamenticus een van de grootste huldebewijzen toe. Hij doceerde de Oud Testamentische vakken aan de Theologische Hogeschool te Kampen. Door mensen die het kunnen weten werd ons verteld, dat hij hard werkte om deze vakken te beheersen, zodat hij ze aan de toekomstige dominees kon doceren. En Holwerda was er in geslaagd, en beheerste dit speciale studieveld. Hij was een brillant geleerde, een fijne leermeester, een man met een diep inzicht in de Schriften, door en door Gereformeerd, en bovenal een nederig kind Gods. Wie van ons artikelen en preken, geschreven door Prof. Holr werda, gelezen hebben, weten van zijn doordringende, duidelijke, heldere stijl van schrijven. Zijn iboodschappen waren altijd diep-geestelijk, door en door Schriftuurlijk, fris, concreet en „up to date", en een prachtig eschatologisch motief was er door geweven.

De Gereformeerde Kerken hadden nog grote verwachtingen van Holwerda. Hij had geen Ijzersterk gestel, zijn lichaamskracht was bepei-kt, hij was niet erg sterk. Maar hij werd beschouwd als een man vem geestelijke macht, van kracht, een man van overtuiging. Zou het mogelijk zijn dat hij gedurende een aantal jaren gespaard zou blijven voor de Kerken die hij zo Intens liefhad, hoewei zijn grote ziel woonde in een zwak lichaam? De HEERE zei: „Neen, zijn schouders zijn niet in staat de last te dragen, Ik zal hem tot Mij nemen."

Ja, het is een verschrikkelijke slag voor hen die hem zo van harte liefhadden: zijn gezin, de School, de studenten, de Kerken. Hij zou juist een leidend aandeel nemen in de voortgezette publicatie van „De Reformatie", Schilders weekblad. Maar de wegen des HEE- REN waren anders.

Op de avond van de 30e April nam hij een examen af van een student. Hierna ging hij naar huis, en ging aan 't werk voor „De Reformatie". Om acht uur sloeg de HEERE hem met een hartaanval, en een half uur later was hij overgegaan tot heerlijkheid. Men kan gemakkelijk begrijpen dat de Gereformeerden in Nederland verdoofd zijn door deze slag. Drie Theologische reuzen zijn van hen weggenomen in een vrij korte volgorde: Greijdanus, Schilder, Holwerda. Dit Is ook zwaar voor de overblijvende professoren, die zich zonder twijfel eenzaam zullen gevoelen en bedroefd en beseffen welk een zware last er op het ogenblik op hun schouders rust. Moge de HEERE ook hen ondersteunen en hun kracht geven en genade om vol te houden. Dat verder ook de Kerken moed en genade mogen vinden om voorwaarts te gsian en het werk des HEEREN te doen, werkende zolang het dag is, en dat zij de vaste overtuiging mogen hebben, dat des HEB­ REN werk voortgang heeft, dat Hij niet afhankelijk is van mensen, en dat'^Christus Zijn Kerk vergadert, beschermt en onderhoudt tot aan het eind der dagen.

Persoonlijk hebben wij steeds nog de hoop gehad dat er te eniger tijd de mogelijkheid zou zijn dat Prof. Holwerda naar ons land zou komen en tot onze mensen zou spreken. Wij zijn er van overtuigd dat in zeer korte tijd Prof. Holwerda de harten van vele van onze mensen gewonnen zou hebben. Hij was een buitengewoon begaafd spreker, een bemlnlijk man, diep geestelijk, helder in zijn verklaring van de Schriften en steeds werkelijk een Verbi Del Minister.

Ik heb het steeds beschouwd als een buitengewoon voorrecht, dat ik contact heb gehad met deze man Gods. Wij hebben hem ontmoet, wij hebben briefwisseling met hem gehad, wij hebben een persoonlijke, hartelijke vriend verloren. Nee, wij waren eikaars gelijken niet, maar men behoefde niet de gelijke van Prof. Holwerda te zijn, om zijn vriend te zijn. Van alle grote dingen en schitterende huldebewijzen die wij betreffende Prof. Holwerda vernamen, en de vele dtagen die wij ons van hem herinneren als spreker en door persoonlijk contact in gesprek en correspondentie, Is een ding mij het diepst in de ziel gegrift, n.l. het feit dat Ik mij hem herinner als de man die, voor hij naar bed ging, (ik sliep een aantal nachten met hem in dezelfde kamer) de Schriften las, en In gebed zijn knieën boog voor Gfod. Een groot man onder de mensen, een man van vaste overtuiging, die er nooit bang voor was de vijand te ontmoeten, maar klein en nederig en een volgzaam kiad in Gods tegenwoordigheid.

In Maart 1951 verloor het gezin Holwerda een kind van drie jaar. Het was een tragische, plotselinge dood. Toen wij het hoorden schreven wij het gezin een brief van meeleven. Wij kregen antwoord op deze brief in het laatste deel van Mei 1951. En nu broeder Holwerda niet langer onder ons Is, voel ik me vrij om een deel van deze brief voor onze lezers te vertalen. Het geeft ons een andere blik op hem die overgegaan is naar de heerlijkheid. Hij schreef in deze brief onder andere het volgende:

„Mijn hartelijke dank voor de brief die wij ontvingen bij het overlijden van onze kletae zuster. Dit is de zwaarste slag geweest, die God mijn vrouw en mij te dragen heeft gegeven. En het verlies doet ons nog elke dag pijn, zelfs al weerhoudt de HEERE ons zijn vertroosting niet. Wat ik de laatste paar weken erg sterk gevoeld heb is dit: wat zijn er toch een hoop dingen waarover wij ons druk maken, hoewel ze zeer betrekkelijk zijn. De werkelijk grote dingen van het leven van elke man zijn zonde en genade, zorg en troost, leven en dood. Alle andere dingen vallen weg, in vergelijktag met deze elementaire vragen, en De geloof, dat de kerken er goed aan zullen doen alleen het licht van de Schrift op deze levensvragen te' ontvangen en door te geven. Wat zij ook maar verder doen is tijdverlies, en, naar ik vrees, ook een afwijken van de opdracht. Het treft mij elke keer als ik de Bijbel lees, hoe weinig de Schrift systematiseert. Maar altijd klinkt het Woord Gods zeer concreet over zonde en nood, terwijl het tegelijkertijd vertroost en vermaant. De vraag komt soms bij me op: zijn wij wel genoeg gelijk de kinderen, maken wij de dingen Gtods met dikwijls te gecompliceerd door onze redenering, terwijl ze in werkelijkheid zo simpel zijn? En onthouden wij hierdoor niet dikwijls het brood des levens aan de schapen van de grote Schaapherder? De vorige Donderdag heeft de HEBRE ons een speciale vertroosting gegeven, toen Hij ons opnieuw een kleine dochter schonk. Natuurlijk, hiermee is de lege plaats met gevuld, maar het heeft tenminste weer enige vreugde in ons gezin gebracht, na de verschrikkelijke slag die ons trof. En bovendien heb ik het gevoel dat door deze beproevingen de HEB­ RE ons dichter tot Zich trekt, en dat wij tenslotte zullen leren te verstaan dat deze smart niet bij geval over ons kwam, maar door de hand van de hemelse Vader. Zelfs al moeten wij elke dag weer worstelen om deze smart gelovig in zijn hand te geven."

Mogen allen die diep getroffen zijn, en niet het minst zij, die zo grote smart hebben ondergaan door deze plotselinge dood en dit grote verlies, een vertroosting vinden door deze woorden van onze overleden broeder.

„De rechtvaardige zal in eeuwige gedachtenis zijn."

„En ik hoorde een stem uit de hemel die tot mij zei: schrijf, zalig zijn de doden die ta de HEERE sterven van nu aem, ja, zegt de Geest, dat ze rusten mogen van hun moeiten, en hun werken volgen hen."

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 17 mei 1952

De Reformatie | 8 Pagina's

PERSSCHOUW

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 17 mei 1952

De Reformatie | 8 Pagina's