Confidentie - pagina 43
39
men moet
in eigen levensstrijd,
zelf,
overvallen
rassing
wonder Gods
om
zijn,
ontmoeten
te
door zulk een ver-
wat
weten
te
liet
een
is
zijn levensweg.
oj)
zeg ik dit met nog oneindig dieper gevoel van dankbre
JMii
maar
aanbidding,
ook toen greep het mij aan, zóó
toch
machtig aan, dat ik voor
liet eerst
het lang gestaakte dank-
gebed vernieuwde, en het mijzelven niet kon verhelen
Of
„vinger Gods'/' te spreken.
oordeel zelf!
dat
:
om van
het dan toch geen oudevrouwen sprookje was,
een
Gij hebt ter
doelbereiking een instrument van iioode. Slechts op één plaats
Maar niemand,
ter wereld schuilt het.
weet, dat het er
God brengt
en
u,
tegen
als
ontdekt moet worden.
geen voorzienig bestel weet ik ring,
zelfs niet
dat hij het heeft,
is,
uw
Straks
mag
is
wil,
zulk een gewaarwording
wel,
maar het
is
—
waar het
ter plaatse
uw hand! Zoo dit het dan ? En nu
het in
heeten, wat
de eigenaar,
dat het bestaat,
is
is
nog geen bekee-
toch een ontmoeten van den levenden,
werkenden, bestierenden God op
uw
levenspad, en de indruk
door die haast ongelooflijke ervaring op mijn hart gemaakt
was dan
ook zoo
diep
in mijne herinnering te
herdenken, nog
bestel
om
altijd,
en blijvend, dat
ik,
teruggaande
God
de zoekende hefde van mijn langs wat
met de Lasciana terugkom.
weg
ook, op dat wondere
Behoeft het nog betoog,
dat mijn arbeid aan mijn prijsvraag hierdoor een zoo geheiligd en gewijd karakter ontving, als dusver aan
vreemd bleef?
Behoef ik u nog wel
mijn studie dat toen
te zeggen,
de prijs gewonnen was, zelfs mijn eigengerechtig hart een deel
der
eere
en der dankzegging aan een andere
dan die van mijn eigen geest wijdde? niet,
hoe
En
macht dan
begrijpt ge
een jaar onder zulke indrukken uitsluitend aan
bestudeering van het
,,
Kerk e lijk Vraags tuk''
besteed,
voor goed een plooi aan mijn geest moest geven, die
bleef,
ook toen de Groninger prijsvraag lang vergeten was.
Mijn tweede herinnering spreekt van een Engelschen man,
die voor mij, ik zeg niet in waarde,
kenis
voor mijn leven, naast mijn bijbel
ze wel.
Ze
is
maar staat.
van de hand van Miss Yonge.
ro-
in betee-
Ge kent Niet haar
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1873
Abraham Kuyper Collection | 124 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1873
Abraham Kuyper Collection | 124 Pagina's