Zions roem en sterkte ofte verklaaring van de zeevenendertig artikelen der Nederlandsche Geloofsbelydenis - pagina 112

X X.

110 Vrag.

.-.

Antw.

1.

Als

Hoe

is

die

Art ikel, voldoeninge Ghristi te verstaan?

Deze voldoening

is

niet te

verstaan,

een

kwytschelding zonder betaling, 't zy van den Schnldige, 't zy van den Borge: want zulk een kwytschelding kan met het ampt, dat God bekleed, als E,igter en zyn hoogste Regtvaardigheid niet bestaan: Gen. 18 25. Zoude de Rigter der gantsche Aarde geen recht doen? b. Noch als een gunstige aanneeminge welke naast aan de kwytschelding komt, zo dat de schuldheer van duizend gulden slegts eenen penning ontfangt. Neen de Heere eischt betaling van alles wat de Mensch hem schuldig is, Matth. 18 34. Noch van een bepaalde betaling, waar door bepaalc. delyk al dat gene daar gestelt wort, dat men schuldig is, dewyl onze borge niet alle straffen aan zig toegelaten heeft: By voorbeeld geen doofheid, gene pest, noch andere straffen, Deut. 28 35. gemeld, noch onzen geestelyken dood, noch de eeuwigheid der helsche straffe, en andere ongeschikte gevolgen daarvan. 2, Maar de voldoening is in dezer voegen te verstaan, dat de Borge even zo veel, of iets dat evenwigtig was, als in de verpligting is, heeft betaalt, 't welk God volgens zyn Regtvaardigheid niet gehouden is aan te noemen, en derhalven word 'er in de voldoening een gunst en genade vereischt, waar door het strenge regt niet aangedrongen a.

:

;

:

:

wordt.

Vrag.

Welke

is

de randzoenprys, die Christus heeft op

gebragt.

Antw. a.

1. De randzoenprys is niet De weezentlyke heiligheid zyner Goddelyke natuure

wyze kan die de onze worden, ten en met God vereenigt, ja een worden. Ook niet de oorspronkelyke geregtigheid zyner Menb. schelyke natuure want die hoedanigheid wierd in den Middelaar vereischt zoude hy als Priester voor ons tot God want zy

op

geenerhande

wy God

zelve,

:

genaken, Hebr. 7 26. 2. Maar zyne verworvene geregtigheid; welke uitmaken Zyn lydingen, dood, bloed, striemen, en wonden, a. waardoor hy ons heeft vrygekogt van den vloek, die wy door onze zonden over ons gebragt hebben, Jes. 53 5. De straffe die ons de vreede aanbrengt, was op hem, ende :

:

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen