GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

FRANCISCAANSE STUDIES IN DE TOEKOMST

Bekijk het origineel

FRANCISCAANSE STUDIES IN DE TOEKOMST

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

In de jaren 1964/67 werden de ongeveer 45 groot-seminaries, die Katholiek Nederland rijk was, bijeengebracht in een viertal theologische hogescholen, die hun plaats zochten naast de R.K. Universiteit van Nijmegen. De Capucijnen hadden een belangrijk aandeel in de stichting van de Theologische Faculteit Tilburg, de Franciscanen hoorden tot de oprichters van de Katholieke Theologische Hogeschool Utrecht (KTHU).

Doel van de operatie was vooral: verbetering van onderwijs en onderzoek in de theologie en de met die theologie verwante wetenschappen. Minder duidelijk was, hoe het met de bestudering van de specifieke eigen ordestradities zou gaan. Niet dat de bestudering van ordes-en provinciegeschiedenis, van spiritualiteit en door die spiritualiteit gevoede theologie zich in de jaren voor 1967 geheel tot de studiekloosters beperkt zou hebben, integendeel. Maar wel vormden die studiekloosters een "verdikking", door de aanwezigheid van speciaal aangewezen docenten en ook grote bibliotheken met veel Franciscana.

Dat de bibliotheken de opleiding zouden volgen, lag voor de hand: de oude Franciscaanse bibliotheken van Alverna, Venray en Weert werden, tesamen met de bibliotheek van het groot-seminarie Rijsenburg, als "Collectie-Thomaasse" door de Utrechtse Universiteitsbibliotheek overgenomen, zodat instandhouding en voortzetting is gegarandeerd. Inlichtingen bij de beheerder van die Collectie, F. Leers ofm, tijdens kantooruren tel. 030 - 93 03 10. Uitleen geschiedt via het uitleenbureau van de UB, het verwerken en opnemen van de Collectie in de cataloog van de UB is in gang, zal zeker nog een aantal jaren vragen.

De Capucijnen brachten hun bibliotheekbezit in bij de Bibliotheek van de Theologische Faculteit te Tilburg, Hogeschoollaan 225, tel. 013-662597.

Moeilijker dan de vraag hoe met de bibliotheken te handelen, is die naar de toekomst, en vooral de continuiteit, van onderwijs en onderzoek in de eigen ordestraditie. De noodzaak, hier iets te ondernemen, werd steeds duidelijker zichtbaar. Ëen werkgroep, in 1975 ingesteld, legde de vraagstelling in een aantal deelvragen uiteen.

Het leek gewenst, tot een onderverdeling te komen tussen een op te richten vereniging van personen die op de franciscaanse traditie studeren enerzijds, en een aantal materiële voorzieningen (die nu eenmaal eigendomskwesties meebrengen) anderzijds.

FRANCISCAANSE ACADEMIE IN NEDERLAND

De "Franciscaanse Academie in Nederland" is een vereniging van personen, die elkaar in onderwijs en onderzoek willen steunen. De naam "academie" is in de ordesgeschiedenis gebonden geweest aan studiegezelschappen, zoals die in de oude theologica bestonden. De Franciscaanse Academie is een zaak van héél de Franciscaanse Beweging in Nederland. Behalve de leden van de drie ordes (Franciscanen en Capucijnen, Clarissen, leden van reguliere en seculiere Derde Orde), kan ook buiten die strikt-franciscaanse kring eenieder lid zijn, die aan de doelstelling wil bijdragen: bevorderen van onderwijs en onderzoek in de franciscaanse traditie in de meest brede zin.

De ledenvergadering, een of twee maal per jaar, komt niet alleen samen rond een inleiding, maar wil ook een "beurs" zijn voor vraag en antwoord (waarbij ook een adresboek met aanduiding van specialismen wil helpen). Gewerkt wordt vooral in studie-of werkgroepen rond thematieken: geschriften van St. Franciscus en Clara, franciscaanse aanwezigheid in Nederland etc. Het bestuur van de Franciscaanse Academie heeft ook bemiddeld bij de opzet van een cursus "franciscaanse spiritualiteit voor middenkader", die in oktober 1977 van start is gegaan, en heeft een aantal hogeschool-docenten bijeen gebracht voor een eerste bespreking over de toekomstige mogelijkheid, de franciscaanse traditie op universitair niveau te presenteren.

De Academie rekent het zich tot een taak, haar leden via het a-dresboek de weg te wijzen naar de materiële voorzieningen en hulpmiddelen in binnen-en buitenland. Van de buitenlandse dient met name het Istituto Storico dei Cappuccini te Rome genoemd te worden.

FRANCISCAANSE BIBLIOTHEEK BRABANT

De Capucijnen hebben vanaf 1936 de boeken en tijdschriften van hun kloosterbibliotheken centraal gecatalogiseerd. Telkens één

exemplaar van deze boeken en tijdschriften, beantwoordend aan de cataloguskaarten 1 - 110.000 (= ongeveer tot 1970) is in 1973 overgedragen aan de bibliotheek van de Theologische Faculteit te Tilburg (Hogeschoollaan 225, tel. 013 - 66 2597). Bij deze overdracht is bepaald, dat de boeken en tijdschriften op franciscaans terrein als een afzonderlijke eenheid opgesteld zullen worden.

De Capucijnen bouwen voor zichzelf uit al dan niet gecatalogiseerde werken die hun bezit gebleven zijn of die nog verworven worden, een franciscaanse bibliotheek op. Deze wordt voorlopig gevestigd te 's-Hertogenbosch (v. d. Does de Willeboissingel 12, tel. 073 - 13 0155). Julius van Gurp is ervoor verantwoordelijk. Wanneer de verschillende bestanden bijeengebracht en geordend zijn, wordt beslist in welke richting deze bibliotheek wordt uitgebouwd. Ook dan pas kunnen nadere regelingen worden getroffen met betrekking tot toegankelijkheid, uitleen enz. (gegevens per 10 juni 1977).

Op hetzelfde adres te 's-Hertogenbosch is ook het archief van de pp. Capucijnen gevestigd. In dat Archivum Capuccinorum Hollandiae (= ACH, tel. 073 - 14 39 04) betekent het jaar 1882 een caesuur. Vóór dat jaar waren de Capucijnen in Nederland en België één; van het tot dan in Antwerpen gevormde archief zijn de voornaamste Nederlandse archivalia overgedragen aan het ACH. Sinds 1882 is een Nederlands provinciaal archief gevormd. Uit de praktijk is een indeling ontstaan in drie secties:

- provincialia: stukken die betrekking hebben op de Nederlandse Capucijnen als groep (bestuur, opleiding, werkzaamheden);

- conventualia: stukken die betrekking hebben op de (negen) afzonderlijke kloosters (inclusief de gedeponeerde archieven daarvan);

- personalia: stukken die betrekking hebben op ieder van de 250 negentiende-eeuwse Nederlandse Capucijnen.

De archivalia zijn toegankelijk via een inventaris, een klapper en voor enkele onderdelen via een regestenlijst.

Archivaris is dr Th. A. J. Jansen ofm cap.

FRANCISCAANS STUDIECENTRUM UTRECHT

De Franciscanen bundelden in dit Centrum een aantal materiële voorzieningen. Allereerst het provincie-archief, dat nog op een meer gedetailleerde inventarisatie wacht. Van de lotgevallen van dit archief werd verslag gedaan in het Jaarboek van het Katholiek

Documentatie Centrum 1973, 185 - 189. Daar werd ook een verklaring gegeven voor de armoede aan negentiende-eeuwse archivalia: de eerste helft van de eeuw werd getekend door de kloosterpolitiek van Napoleon en Willem I. Na 1842/53 is slechts weinig correspondentie aan en van het provinciebestuur bewaard gebleven. Rijker zijn de archieven van huizen, vooral de oude staties in de Hollandse steden. Delen van die archieven zijn in het provincie-ar - chief terecht gekomen, maar worden door p. H. C. Kesseler ofm (Nieuwe Groenmarkt 12 te Haarlem), die belast is met de inventarisatie van de huisarchieven, weer naar hun plaats van oorsprong teruggebracht. Na herstel van de orde en inventarisatie wordt bezien, of een depót bij gemeente-archieven niet de beste weg is, kostbare archieven als die van Mozes en Boom te Amsterdam (die al gedeponeerd zijn) voor de toekomst te bewaren.

Van het Provinciaal Archief Minderbroeders Nederland bestaat nog geen inventaris, zodat een beroep op de archivaris, dr J. A. de Kok ofm (Kometenlaan 74, Bilthoven) nodig is. Men kan ook schrijven naar het Utrechtse adres van het Franciscaans Studiecentrum U-trecht (FSU). Behalve naar voltooiing van de inventarisatie (met drie secties als aangeduid bij de Capucijnse archivalia), is het streven ook gericht op de opbouw van kaartsystemen ten dienste van het historisch onderzoek. Veel historische gegevens en archivalia zijn bereikbaar via (het register op) Bijdragen voor de geschiedenis van de provincie der Minderbroedersin de Nederlanden 1947-1965 (fase. 43, 1966), welk tijdschrift vanaf 1967 opging in Franciscana (Sint Truiden 1947vv).

Het FSU verleent diensten bij de vorming van ordescandidaten en bij andere vormen van onderwijs, waartoe ook contact gezocht wordt met de Katholieke Theologische Hogeschool Utrecht (KTHU). Het FSU wil ook bemiddelen bij het zoeken van publicatiemogelijkheden voor studies, die niet in tijdschriften of "gewone" boekuitgaven passen, en verder bij het zoeken van een bestemming voor wetenschappelijke nalatenschappen.

Ten behoeve van het Centrum wordt een kleine handbibliotheek opgebouwd: ongeveer 40 lopende tijdschriften inzake franciscaanse geschiedenis en spiritualiteit, Nederlandse kerk-en spiritualiteitsgeschiedenis, enkele voorname tekstedities en vooral bibliografische hulpmiddelen. Uitleen vindt niet plaats, bedoeling is vooral, een en ander ook buiten kantooruren beschikbaar te hebben. De eigenlijke bibliotheekvoorziening is aanwezig in de "Collectie Thomaasse" en de verdere collecties van de Universiteitsbibliotheek. Wel wor-

den "franciscaanse" werken, die uit de communiteitsbibliotheken worden afgevoerd, en die reeds aanwezig zijn in de "Collectie Thomaasse" voorlopig (te Weert) bewaard, in afwachting van een nadere bestemming.

Contact wordt vooral onderhouden met het Instituut voor Franciscaanse Geschiedenis te Sint Truiden (België).

Secretaris van het FSU is dr J. A. de Kok. Het centrum is gevestigd: Deken Roesstraat 13 te Utrecht.

OPBOUW VRAAGT TIJD...........

Zoals het staat, kan een en ander "groter" lijken, dan op dit moment het geval is. Alles werd gestart in het jubileumjaar 1976: Franciscus overleed in 1226. Wij zijn al blij, als over vijf jaar alles werkelijk "in bedrijf" zou zijn. We melden een en ander, omdat voor U misschien de genoemde adressen belangrijk zijn, als u inlichtingen zoekt en niet weet tot wie u zich kunt wenden En misschien brengen we anderen op een idee!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 maart 1978

DNK | 68 Pagina's

FRANCISCAANSE STUDIES IN DE TOEKOMST

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 maart 1978

DNK | 68 Pagina's