Officieele Berichten uit de Ned. Geref. Kerken.

BROEK OP LANGENDIJK, 30 April. Op uitnoodiging van den kerkeraad der Chr. Ger. Gem. kwamen jl. Vrijdagavond de broeders kerkeraadsleden der Chr. Ger. Gem. en der Ned. Ger. Gem. (doleerende) ter broederlijke samenspreking bijeen in de consistorie der Chr. Ger. Gem. 't Was ons goed elkander te ontmoeten, met elkander te spreken, saam te zingen, saam te bidden. Over de noodzakelijkheid der vereeniging werd inzonderheid gesproken. Zij werd door al de broeders erkend als geëischt door Gods Woord, tot eer van God, tot heil der gemeente, tot bestrijding van des vijands macht. Het gebed werd het eerste en voornaamste middel genoemd om tot vereeniging te komen. Van beide zijden werd het ernstig voornemen uitgesproken om in 't openbaar en in 't verborgen deze zaak den Heere op te dragen. We gevoelden: we zijn één, we behooren ook te openbaren dat we 't zijn.

Geleid door de begeerte om weer saam te komen, werd eenparig besloten, om, D. V, , op Hemelvaartsdag a. s. een vergadering, maar dan in breeder kring — van de mansleden der beide gemeenten n.l. — te houden.

Moge de Heere onze God ook dan in ons midden zijn, onze gebeden verhooren en de samensprekingen zegenen, opdat zóó de weg s gebaand worde tot vereeniging van hen, die ­ één zijn.

Namens de broederen: G. W. H. ESSELINK.

VORDEN. Een viertal broederen, meerderjarige lidmaten der gemeente, hebben opnieuw in naam van een aantal anderen een schrijven gericht aan den kerkeraad, met verzoek de kerk van Vorden te willen vrijmaken van de organisatie van 1816 en weder te keeren tot de gehoorzaamheid aan Gods Woord, onder het uitsluitend gezag van Christus als den Koning zijner kerk. De kerkeraad heeft besloten den 7 den Mei a. s. deze zaak in zijne vergadering te behandelen.

VERBETERING.

De 5de resolutie, eerste serie, in hetbijbladvan de vorige week, leze men aldus;

«Wanneer de familieleden of naastbestaanden niet bij machte zijn of in gebreke blijven, geschiedt de verzorging der armen in de Kerke Gods door de Diakenen.

Het inzamelen en beheeren der gaven en het uitdeelen geschiedt in gemeen overleg door hen persoonlijk.

Verwerpelijk is het, wanneer door andere ambtsdragers of particulieren gaven worden gevraagd, ontvangen en beheerd, ten behoeve van hen, die aan de plaatselijke zorgen der Diakonie zijn toevertrouwd."

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen