GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De Martelaren.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Martelaren.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

IV.

HENDRIK VOES en JOHANNES ESCH.

De hiërarchie van Rome, die bij de invoering des Christendoms in deze landen zoo onschuldig scheen, toonde zich gedurende de Middeleeuwen in haar waar karakter. Voor haar en hare eer moest de Christus wijken. Gods Woord kenden slechts weinigen van degenen, die Christus' naam noemden. Maar die het kenden, waarschuwden tegen Rome en hare geestelijkheid, waarom ze ook om der waarheid wille vervolgd werden en hun leven op het schavot moesten laten, of tenminste slachtoffers werden van den haat des priesterdoms. In ons vaderland werden echter zulke martelaren niet gezien. Misschien wel omdat de hiërarchie hier langen tijd zekere vrijheid liet aan de conscientie. Dit blijkt wel het best uit haar optreden tegenover de broeders des gemeenen levens, die het land doortogen, afmanende van een zondig. Godonteerend leven en opwekkende tot een wandel ter eere des Heeren. Zelfs de bisschop van Utrecht verdedigde ze tegen kwaadwilligen, dien hunne waarschuwingen tegen hoererijen en brasserijen lastig waren. Geen der genoemde broeders werd een haar gekrenkt, omdat ze voor de hiërarchie zich bogen en, trots hunne ernstigste predikingen, mederiepen: »Groot is Romes paus, groot zijn aijne kardinalen en priesters."

Maar anders werd de houding der hiërarchie, toen er mannen opstonden, die voor het koningschap van Christus opkwamen, de hiërarchie verwierpen en voor Gods Woord alleen zich bogen.

Dit geschiedde, nadat de Heere Luther gezonden had om zijn Woord te prediken. De paus, weinig verschrikt over de stellingen tegen den aflaat, door Luiher in 1517 den volke verkondigd, beproefde den brand te blusschen. Maar zijn pogingen mislukten. De Heere was ontwaakt over zijne kerk en bracht zijn Woord, aangestoken, op den kandelaar. De gansche macht van Rome was niet in staat, om de hervorming, die de Heere in zijne kerk bewerkte door mannen als Luiher, Zwingli, Calvijn enz., te keeren. Zij breidde zich uit naar alle streken van Europa. Ook in de Nederlanden, zoowel de noordelijke als de zuidelijke provinciën (het tegenwoordige Nederland en België), drong de reformatie door. In geen stad droeg zij zulke rgke en rijpe vruchten als in Antwerpen. De handel, welke deze stad dreef, droeg niec alleen de koopwaren en kooplieden binnen hare muren, maar met hen het Woord Gods en de geschriften van Luther en de mannen, die de beginselen der reformitie liefhadden en predikten. In Antwerpen nu stond omstreeks het jaar 1523 op het plein der St. Andrieskerk een klooster der Augustijner monniken, welks bewoners ook kennis kregen aan het Woord des Heeren en de prediking der hervormers. Daar kwam een geheele verandering in het klooster. Zoo goed als alle monniken werden voor de reformatie gewonnen. Het duurde niet lang, of dit werd algemeen bekend. Trouwens de monniken schoven het niet ondtr stoelen of banken. Zij predikten voor het volk wat zij geloofden. De inquisitie oordeelde, dat er tegen het klooster handelend moest worden opgetreden. Oo zekeren dag werden de monniken met hun prior gevangengenomen en naar den kerker van Vilvoorde vervoerd. Daar werden zij door de Leuvensche meesters bezocht en overreed door bedreigingen van schavot en dood, den Christus en zijn Evangelie te verioochenen. Slechts een drietal hield de Heere staande, Hendrik Voes, Johannes Esch(ofVan Essen) en Lambert Thoren. Zij bleven dus in de gevangenis. Hunne belijdenis had geen onzeker geluid. Want toen de kettermeeiters (onder welke Van Hoogstraten) vroegen, wat zij geloofden, antwoordden zij, dat zij de Twaalf Artikelen des geloofs geloofden en hielden; ook wat in de Evangelische en Bijbelsche schriften vervat is. Op de vraag, of zij de inzettingen der conciliën en kerkvaders geloofden, antwoordden zij, dat zij die geloofden voorzooverre zij met de Goddelijke schriften overeenkwamen. En eindelijk verklaarden zij op de vraag, of zij doodzonde bedreven, als zij des pausen en der vaderen instellingen overtraden, dat de geboden Gods hen zalig moeiten spreken of verdoemen, en niet menschelijke inzettingen. Deze besliste belijdenis baande den belijders den weg naar het schavot. De inquisitie verklaarde hen voor hardnekkige en onverbeterlijke ketiers en gaf ze aan den wereldlijken rechter over (gelijk Christus aan Pilaius en de heidenen overgeleverd werd). Het vonnis liet zich niet lang wachten.

't Was de iste Juli van het jaar 1523, toen een schare van menschen zich naar de markt van Brussel begaf. Een geruchr, was hun ter oore gekomen, dat dien dag eenige ketters uit het Augustijnerklooster van Antwerpen zouden verbrand worden. Dat dit gerucht eerst zoo laat rondliep, was oorzaak, dat er van buiten zetr weinig menschen waren. Terwijl het volk nog aanloopt, verschij nen in optocht de drie bedelorden (Duminikanen, Franciscanen en Karmelieten) met kruizen en vanen op het schavot; de bisschop, de doctoren der Goddelijke Schrift en de abien, die met hen medegekomen zijn, nemen de plaatsen voor hen bestemd. Daar wordt een der zoogenaamde ketters, een jong man, over de markt naar het schavot gevoerd. Hij draagt zijne priesterklecderen. Midden op het schavot staat een tafel, als een altaar ingericht. Voor deze tafel knielt de jonge man neer, met het aangezicht naar het volk. Geen zweem van vreeze of angst vertoont zijn gelaat. Terwijl de gardiaan der grauwe monniken een preek houdt, ontwijdt de bisschop, door zgne helpers gesteund, den jeugdigen belijder des Heeren, die zeer bescheiden en gewillig blijft tegenover de geestelijken, maar tevens toont, dat hij den dood niet vreest. Een uur lang (van 11—12), duurt deze zoogenaamde plechtigheid Daarna wordt de jonge man weggeleid, om zijn doodvonnis te hooren Intusschen brengt men de beide andere gevangenen naar het schavot. Deze mannen zijn ouder dan de zooeven brdoelde. Hun houding en gelaat toont ook grooter vrijmoedigheid. De ceremonie van daareven wordt herhaald en de beide mannen zien zich van hun priesterschap beroofd. Ofschoon het tot dien tijd steeds gewoonte geweest was, dat men van den ter dood veroordeelde eerst openlijk zijne schuld en zijn vonnis voor de coren des volks voorlas, weken de geestelijken en rechters ditmaal van deze gewoonte af. Zelfs werd den belijders nog de gelegenheid aangeboden om te herroepen, dan zouden zij vrijgelaten worden. Maar zij antwoordden: »Dat zijn de woorden van Pilatus. Gij hebt geen geweld over ons, tenzij het u van boven gegeven worde."

Kort daarna worden twee dezer martelaren, Hendrik Voes en Johannes Esch, weder naar het schavot gevoerd. Daar trekken dezen zelven hunne kleedcren, op het hemd na, uit, steeds sprekende van den Heere en zijne genade voor hen. „Uit welke redenen alle man klaarlijk heeft mogen merken, dat zij vrome en godvruchtige mannen waren, die zeer hartelijk verblijd zijn geweest, omdat ze ontbonden zouden worden en bij den Heere Jezus Christus konien." Luide roepen de martelaren uit, dat ze als Christenen sterven. Aan de palen staande, wachten zij hun dood af Het vuur nadert hen slechts langzaam Daar dringt de rook tot in hunne aangezichten, de vlam volgt; op den voet Nog hoort de schare de Twaalf Geloofsartikelen en het oude lied: U loven wij, o Godt enz. Weer klinkt de naam Jezus uit de vlammen. Nu wordt alles stil De martelaren hebben hun strijd volstreden en den loop geëindigd

Met blijdschap zijn zij ingegaan in de ruste van Gods kinderen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 2 maart 1890

De Heraut | 4 Pagina's

De Martelaren.

Bekijk de hele uitgave van zondag 2 maart 1890

De Heraut | 4 Pagina's