GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De martelaren.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De martelaren.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

XX.

Mr. NIHOLAS.

Van de zuidelijkste provinciën der Nederlanden is Henegouwen het gewest, waar de Hervorming zich het meest uitgebreid heeft. En waar de Hervorming kwam, werd er ook vervolgd en gemarteld door de vijanden der waarheid. Geen wonder dus, dat ook Henegouwens bodem doorweekt is van het bloed der martelaren.

Op het einde van 1548 kwam Mr. Nikolaas, de Franschraan, met zijne vrouw Barbara, en Augustijn de barbier met zijne vrouw Maria in Henegouwen, van waar de beide laatstgenoemden geboortig waren. Eenigen tijd had dit viertal te Geneve gewoond, tóén waren zij naar Duitschland getrokken, waarna zij in de Nederlanden kwamen. Hier te blijven was hun voornemen niet. Zoo spoedig moge-Igk hoopten ze naar Engeland over te steken. Toen evenwel het gezelschap Bergen of Mons naderde, verzocht Augustijn, die, evenals zijne vrouw, kort bij die stad geboren was, daarheen te gaan en de gemeente des Heeren te vertroosten en op te beuren. Mr. Nikolaas gaf aan den wensch zijns medereizigers gehoor en ging naar Bergen. Niet lang bleven zij daar. Zij moesten naar Engeland over Doornik. Doch voordat ons viertal de stad verlaten had, werden Augustijn en zijne vrouw herkend en verraden. De beambte, wien dit aangezegd was, ging terstond' Mr. Nikolaas en de zijnen achterna en haalde ze op vier mijlen afstands van Doornik in. De barbier wist zijnen vervolgers nog te ontkomen, maar de overigen werden gevangengenomen en naar Mons teruggevoerd.

Onderweg werden de gevangenen zeer wreed en hard behandeld. Ruwe spot werd hun toegevoegd en slagen werden hun toegediend. Zoo zaten ze aan tafel, om te eten, Mr. Nikolaas ging voor in het gebed. Doch dit was niet naar den zin des beambten, die hem lachend toevoegde: »Nu zullen wij zien of God u uit mijne handen verlossen zal, kettersche boef." Vriendelijk vroeg Nikolaas hem: »Mijn vriend, wat heeft Christus u gedaan, dat gij Hera in stukken trekt met uwe lasteringen? Ik bid u in den naam van God, dat gij ophoudt. En als het is, dat uw hart zoozeer verbitterd is van verwoedheid tegen den Zone Gods en zijn Woord, dat gij u niet kunt onthouden van bespotting des Heeren Jezus Christus, sla dan mij en koel daaraan uw gemoed. Want dat zal mij veel aangenamer zijn." Na het maal werd de reis voortgezet en kwam men te Bergen aan. De gevangenen zaten op een wagen gebonden, en zongen met een blij gemoed Psalmen.

' In de nabijheid van Bergen lag in die dagen een jkasteel Daarheen werden die gevangenen gebracht, daar zette men ze geketend aan de voeten in een donkere gevangenis Benige dagen later bezochten de hertog van Aerschot en vele priesters en Minnebroeders onzen Mr. Nikolaas. Daar werden hem inlichtingen gevraagd, van waar hij was en waarheen hij ging en Mr. Nikolaas gaf ze minzaam. Zij vroegen hem naar zijn geloof en hij bleef het antwoord niet schuldig. Maar nu begonnen de aanvallen der geestelijken, zonder evenwel onzen martelaar een enkel oogenbUk te kunnen doen bezwijken. Integendeel wist hij hun soms zoo te antwoorden, dat ze niet wisten, wat ze zeggen moesten, en daarom riepen: »Hij heeft den duivel! naar het vuur, naar het vuur met den Lutheraan !" Mr. Nikolaas vroeg hun hierop, of zij zoo bang waren voor zijne belijdenis, dat zij die niet eens wilden hooren, terwijl ze naar die eens Turks of' Joods willig zouden luisteren. Ook verlangden de vijanden te weten, bij wie hij te Mons gelogeerd had, want daardoor zouden zij met de belijders van Christus' naam aldaar bekend kiinnen wprden. Onze gevangene was voorzichtig genoeg, zijne herberg niet te noemen.

Tóch kwamen het zijne rechters te weten. Nikolaas' vrouw Barbara bezweek voor de vleiende woorden des hertogs van Aerschot, die tot haar zeide: «Barbara, mijne vriendin, ik bid u uw leven te sparen; gij zijt nog zulk eene jeugdige vrouw. Wanneer ge ons het huis wilt wijzen, waar gij gelogeerd hebt, beloof ik u uit de gevangenis te ontslaan." Barbara wees het gevraagde huis en maakte hierdoor, dat velen gevangengenomen werden. Zij zelve ging echter vrij uit.

Nadat de rechtzaak tegen Nikolaas lang genoeg geduurd had, kreeg hij zijn vonnis. Het was een doodvonnis. Nikolaas verblijdde zich in den Heere, dat hij verwaardigd was een getuige van Jezus Christus te zijn. Zelfs zong hij een psalm tot verbazing zijner bewakers. Vervolgens werd hij naar de wachtkamer gebracht, om daar het oogenblik van zijn wegvoering naar het schavot af te wachten.

Hij bezag er zijne kleederen nog eens. Zij zaten vol stroo. Dit hinderde hem, daarom verwijderde hij het, zeggende: »Mijne vrienden, ik reinig mij, omdat ik geroepen word tot de bruiloft van het Lam."

Zeer bevreesd waren de rechters voor de mogelijkheid, dat de ketter tot het volk spreken zou. Daarom verd hem dit verboden, onder bedreiging, dat hem anders een bal in den mond gestopt zou worden. Hoewel ongaarne, onderwierp de martelaar zich aan dit vorbod, mits hem toegestaan werd biddende en lovende den dood tegemoet te gaan.

Te twee uren na den middag werd Mr. Nikolaas naar de strafplaats gevoerd. Bij het verlaten van het kasteel hief hij de oogen tot den Heere op en bad. Dit deed hij weer op de gerechtsplaats. De monniken hadden hier hinder van en wilden 't hera beletten. Maar hij riep: »o Mannen, - mannen, hoelang zal uw hart versteend zijn? " Toen sloeg men hem in het aangezicht. Hoe beleedigend dit moest zijn voor den martelaar, hij droeg het. Vervolgens werd hij aan den paai gebonden. Zelfs toen konden zijne vijaiiden hem niet met rust laten. «Gijhebit den duivel", wierpen zij hem naar het hoofd. Hij ant­ woordde: »Wijkt van mij, gij werkers der ongerechtigheid! want de Heere heeft de stem mijns geweens gehoord." Daarna werd het hout aangestoken. De martelaar hief zijn gelaat naar boven en bad: »o Eeuwige Vader, in uwe handen beveel ik mij." En zoo scheidde hij van deze aarde en ging in, in de vreugde des Heeren den 22Sten December 1548.

Eenige dagen later volgde hem Maria, de vrouw van Augustijn, den barbier, in den dood. Zij werd levend begraven. Zagen wij hierboven, dat het Augustijn den barbier gelukt was, te ontvluchten aan degenen die hem vingen, niet lang mocht hij zijne vrijheid genieten. In de stad Beaumont op de markt staande met zijne koopwaren, werd hij herkend. Toen hij zag dat er aanstalten gemaakt werden, om hem te vangen, ontvluchtte hij nog eenmaal naar een dicht daarbij gelegen bosch. Doch te vergeefs. Hij werd ontdekt en gevankelijk naar Bergen gebracht. De geloovigen, die Augustijn kenden, vreesden dat hij, van wien zij wisten dat hij zwak en kleinmoedig was, bezwijken zou voor de rechters. Maar ziet, het onverwachte gebeurde. Met vrijmoedigheid beleed hij den Christus en volhardde bij die belijdenis. Hij werd veroordeeld om levend verbrand te worden. Het ontbrak hem niet aan medelijdende menschen, die hem smeekten, om terug te keeren. Maar ook in die ure was de Heere met hem.

Hij werd naar Beaumont gebracht. Even buiten de stad lag een berg, waar hij zou moeten sterven als een ketter, zooals de menschen zeiden. Daar gekomen werd hij aan een paal gebonden en het stroo aangestoken. Hij voelde reeds de hitte vg, n de brandende houtmijt, toen hij den Hcer^ begon te loven. Zijne laatste woorden waren : ao Eeuwige Vader! aan U beveel ik mijn geest!" Toen ging deze geestelijke krygsknecht in tot de ruste zijns Heeren.

CE GAAY FORTMAN.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 27 juli 1890

De Heraut | 2 Pagina's

De martelaren.

Bekijk de hele uitgave van zondag 27 juli 1890

De Heraut | 2 Pagina's