Officieele berichten uit de Ned. Geref. kerken.

De Deputaten voor de Hulpbehoevende Kerken brengen ter kennis der classes, dat in de vergadering met classicale deputaten op 4 Maart 11., door Ds. Feringa van Klundert is voorgesteld, de kerk van Helmond in staat te stellen tot het sluiten der geldleening groot ƒ 8000, waarop betrekking had hetgeen vermeld is in art. 90 der Acta der Synode in 1891 gehouden;

dat de kas der hulpbehoevende kerken, geheel onmachtig zijnde tot dit doel hulp te verkenen, door de vergadering op het voorstel van Us. Feringa besloten is de classes aan te bevelen elk voor een twintigste of/400 in die leening deel te nemen, waardoor zonder groot bezwaar 19/20 zou zijn bijeen te brengen, terwijl het laatste 1/20 zich wel zou laten vinden;

weshalve de classicale deputaten worden herinnerd aan dit besluit der vergadering, en uitgenoodigd te bevorderen dat een voorstel tot gemeld einde in elke classis worde gedaan, en de beslissing daaromtrent aan Ds. Feringa worde bekend gemaakt.

Deputaten voornoemd., Ds. P. J. W. KLAARHAMEB, voorz. W. Hovy, A. W. VAN BEECK CALKOEN, Utrecht, April, 1892.

Kort verslag van de voortgezette vergadering der classis Franeker, gehouden te Wommels, 16 Maart 1892.

De voorzitter, Ds. Hania, opent de vergadering met het laten zingen van den Morgenzang, VS. I, 3, 4, het lezen van Ps. 80 en gebed. Ds. R. K. Brouwer is assessor. Ds. de H. van Dijk (Sr) scriba.

In overeenstemming met de credentiebrieven, zijn sommige broeders, den vorigen dag ter l vergadering aanwezig, door anderen vervangen.

De notulen van de laatste gewone classisvergadering, gehouden te Makkum, worden iet gelezen en goedgekeurd.

De classis besluit dat voortaan een meer r uitvoerig agendum van hare vergaderingen zal worden gedrukt en aan de kerkeiaden toegezonden.

Op zijn verzoek wordt een broeder als hoorder tot de vergadering toegelaten.

Uit het verflag van een commissie, die een bezoek gebracht had aan de Chr. Ger. classis, eid vergaderd te Franeker, blijkt dat zij zeer hartelijk door de Chr. Ger. broederen is ontvangen.

De leden van deze commissie. Ds. Prins en Ds. Brouwer, worden bedankt voor het uitvoeren van de opdracht der classis, nadat nog een brief is voorgelezen, waarin de Chr Ger broederen hunne hartelijke blijdschap betuigen over de aanvankelijke vereeniging tusschen de Ned. Ger. en Chr. Ger. kerken.

Nu volgt het onderzoek overeenkomstig Art. 41 D. K., waarbij ook gevraagd wordt of de belangen der zending behartigd worden.

Namens een commissie tot onderzoek van e een tuchtzaak te W. wordt door Dg. H. van Dijk Sr. rapport uitgebracht; de conclusie der commissie wordt door de classis overgenomen.

Nu volgt het verslag van de deputaten voor hulpbehoevende kerken, door br. Kurpershoek voorgelezen. De deputaten voor deze zaak worden bedankt en met eene nieuwe opdracht gecontinueerd.

Ds. Pel rapporteert in zake de opleiding van een gymnasiast. Na uitvoerige bespreking van deze zaak, wordt besloten jaarlijks twee col­ e lecten te houden ten behoeve van het gymnasiale studiefonds. De deputaten voor deze zaak, Ds. Pel en br. Kurpershoek, worden gecontinueerd.

De classis draagt den actuarius op de aangelegenheden voor de Prov. Synode te regelen.

Tot deputaten naar de Frov. Synode worden aangewezen. Ds. Hania, secundus Ds. Bosraa; Ds. Nieborg, secundus Ds. Prins; ouderling Bootsma, secundus br. Boersraa; ouderling Pasma, secundus br. De Ruiter.

Tot afgevaardigden naar de Synode in Amsterdam te honden, worden aangewezen Ds. Brouwer en br Pasma, tot hunne secundi Ds. Prins en br. Ynteraa.

De kerk van Wons wordt aangewezen om de gewone classis-vergadering saam te roepen ot Harlingen.

De e. k. buitengewone vergadering zal gehouden worden te Franeker.

De vergadering wordt gesloten met het zinen van Ps. 2:7 en dankzegging door brings.

ringa. Ds. H. VAN DIJK SR., Scriba.

KOOTWIJK. De arme boeren te Kootwijk orden opnieuw van Synodale zijde met tal van processen hedreigd.

Het geldt op heden de z g. ^uitgangen". Voor circa 200 jaar besloten een vijf en wintigtal van de meest gegoede boeren, het chrale predikantstractement met ƒ 25 te vereteren en ook voor den koster een inkomen an f 12 'va het jaar bijeen te brengen.

Deze bijdrage, voorheen in koren en brood, f ook in' geld toegezegd, was cene geheel vrijillige maar werd langzamerhand gewoonte en indelijk door kerkv^oogden als ecne vaste inomst beschouwd.

- Reeds tal van jaren weigerden zeer velen, vooral zij, die zich later in deze gemeente hadden gevestigd, die z.g. uitgangen, door kerkvoogden als een zeker recht op de huizen aangemerkt, te voldoen.

Sedert 20 April 1891 zijn de goederen in anden van Synodale kerkvoogden en nu eende, de voor de stoffelijke belangen zoo jverende consulent, gelet op de inkomsten volens een oud kerkeboek, ook deze posten (de eesten zijn van 50, van 37'/a en van 25 cent) e moeten innen.

De 22e Dec. 11. ontvingen de boeren een schrijven, door den consulent Ds. Ris Lambers te Barneveld geteekend, van den volgenden inhoud:

»MB is volmacht gegeven door kerkvoogden om schuldige posten mte vorderen en daartoe is gelegenheid, lederen marktdag tot op een maand na datum dezes.

Ik geef u kennis dat uw uitgang over de aren... (soms over 10 en meer jaren) opentaat, tot een bedrag van 50 cent per jaar. »Bij verzuim moet het geïnd worden door e bevoegde macht en komen kosten, die men ermijden kan" enz.

Van dat schrijven namen de boeren volstrekt een nota, wel-vroegen zij zich af, of het innen an achterstallige posten, tegenwoordig ook al ehoorde bij het werk van een consulent.

Voor enkele dagen ontvingen zij opnieuw een schrijven, nu geteekend door Mr. Bolhuis, dvocaat te Utrecht en van dezen inhoud:

»Kerk voogden te Kootwijk verzoeken mij te dagvaarden tot betaling van het door u erschuldigde aan pastorij en kosterij.

»Wenscnt u daarover oeren ? een duur proces te

»Zoo neen, betaal dan de nu komende week an mij of aan Ds. Ris Lambers, die tot de ntvangst gemachtigd is, "

Ue boeren hebben den heer Bolhuis doen eten dat zij alleen bereid zijn om ie betalen, its op vertoon van bewijs, dat zij zich veronden hebben jaarlijks dat bedrag te storten, want dat, toen zij de huizen kochten of huurden, de verkooper of verhuurder in het minst van deze verplichting niet heeft gesproken en dat niet alleen hunne akten, maar ook alle vorige koopakten, met geen enkel woord van die zoogenaamde »uitgangen" gewagen.

Ds. J. H. HOUTZAGERS.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen