GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

VAN DE OUDEN VOOR DE JONGEN.

Op de school waar ik ging werd ons van tijd tot tijd . voorgelezen wat wij alzoo te doen en te laten hadden. Onder anderen kwam daar ook in voor, hoe wij ons op straat hadden te gedragen, namelijk rordelijk, stil en beleefd" en wij werden daarbij herinnerd aan het Bijbelwoord: ïUw bescheidenheid zij allen menschen bekend."

Er zijn ongelukkig tegenwoordig heel veel kinderen, die op school nooit aan een Bijbelwoord herinnerd worden, en ik geloof dat het ook daardoor komt, dat in onzen tijd de bescheidenheid van vele kinderen in plaats van aan alle menschen aan geen enkelen bekend is. Daarentegen wordt er heel veel geklaagd en met recht over de onbescheidenheid van kinderen, dat ze in plaats van te spelen heel leelijke streken uithalen, lomp zijn, ongehoorzaam en eigenwijs en zoo meer. Dat is heel verkeerd en als 't ook bij sommige jonge lezers zoo is, dan hebben die wel dubbel schuld. Want zij hooren, waar dan ook toch des Heeren Woord, en dat zegt ons i itdrukkelijk hoe ook de kinderen zich hebben te gedragen. Kinderen, die in de vreeze Gods worden opgevoed, moeten nog veel meer dan de andere bescheiden en gehoorzaam zijn, beleefd en welvoegelijk in al hun doen. Ruwheid en onbeschaafdheid behooren bij de heidenen en niet bij de Christenen thuis.

Beleefd, vriendelijk te zijn, zich goed en behoorlijk te gedragen is wezenlijk geen zaak die zoo weinig beduidt, die ook zoo makkelijk is. Des Heeren ^Voord wijst ons echter den weg er toe. N e tot velerlei latte, soms leugenachtige plichtplegingen en strijkages en vleierijen, maar tot die wezenlijke beleefdheid die hartelijk is omdat zij uit het hart komt. Zoo beleefd vraren de landheer Boaz en zijn knechts tegen elkaar en de dienstbode van Naiiman jegens haar heer. Abraham, de - sader der geloovigen, was bescheiden jegens zijn neef Loüi en heel hartelijk met zijn knecht Eüëzer. Davids mannen waren bereid hun leven zelfs voor hem te offeren. En zoo zien we telkens, hoe vrome menschen niet norsch en lomp, maar oprecht, vriendelijk en hartelijk met anderen omgingen. Ook vinden we in den Bijbel alleilei goeden raad om niet de eerste plaats te wjUen hebben, vriendelijk te zijn jegens allen, en in één woord, te toonen, dat wij den Heere vreezen, die goed is en wiens barmhartigheden zijn over al zijn werken.

Het heeft langen tijd geduurd, veel langer dan wij wel denken, eer de menschen zoover kwamen dat zij zich in het dagelijksche leven ook maar zoo gedrorgen als wij behoorlijk noemen. Allerlei voorschriften en wetten werden zelfs gemaakt om menschen en kinderen aan 't verstand te brengen, hoe zij zich hadden te gedragen. Als men dit leest, begrijpt men soms niet hoe de lieden zoo onbeschaafd konden zijn als zij waren.

Het niezen of fniezen b.v. gaf aanleiding tot allerlei opmerkingen. Het werd verboden iemand in 't gezicht te niezenof dit over de tafel te doen. Denk eens aan! In den zeer ouden tijd waren trouwens zakdoeken onbekende dingen en in de zestiende eeuw waren ze nog zeer zeldzaam. Zoo kon dan ook Erasmus, de bekende Rotterdamsche geleerde, schrijven: »Bij het niezen en gapen moet men zich afwenden of eea doek voor den mond houden en dan een kruis voor den mond maken." Waarom dat laatste, zult gij zeggen. Ja, waarom zeggen sommige menschen ook als iemand niest: sWel bekome het ui"

Eea oude kroniek verhaalt dit: »In het jaar 591 ­ is te Rome een groote sterfte geweest; als iemand niesde, ging zijn ziel uit hem en hij was dood. Daarom werd het een gewoonte om als iemand fniest, te zeggen: God zij u genadig! Ook terzelfder tijd als iemand geeuwde of gaapte, viel hij neer en was dood. Vandaar de gewoonte dat men een kruis voor den mond maakt als men gaapt."

Nu zou men denken dat men 't weet. Doch dat is niet zoo. Want de Romeinen die vijf eeuwen vroeger leefden dan 't jaar 591, spraken ook al een wensch uit als iemand niesde. Er moet dus een andere oorzaak zijn dan de opgegevene.

Vinden wij 't vreemd dat de menschen het aonder zakdoek stelden, ook wonderlijk schijnt ons toe dat vorken bij 't eten onbekend waren, tot aan de achttiende eeuw toe, wel niet overal misschien, maar toch in 't algemeen. Alweer minder moeite denkt gij misschien, maar jawel. Onze voorouders moesten toch ook het eten naar binnen brengen en dit deden zij met behulp van.... sneedjes brood. Dat. het daarbij echter vreemd toeging, blijkt ook uit allerlei voorschriften. Een daarvan luidt: »Eet niet al het brood op, eer de maaltijd begint, om dan maar met de handen toe te tasten." En de dichter Hans Sache zegt:

Het gesneden brood of den wekken i) Moet gij met de linkerhand dekken. Opdat geen sneedjen u ontvlied, En een ander het wellicht ziet.

(Wordt vervolgd.)

LANGZAAM GAAT ZEKER.

Een poos geleden stond een heer te kijken naar een man, die met een emmer een groote kuip leeg schepte.

i) Een broodje; die naam komt ook in ons land nog voor.

Wat een traag man is dat" sprak de heer bij zich zelf; > ik zou zoo'n emmer kunnen vullen en leeggooien in de helft van den tijd, dien hij er voor gebruikt."

" Nog een poosje keek de heer het aan. Doch hoe langer hij er naar zag hoe ongeduldiger hij werd. Eindelijk kon hij zich niet langer inhouden, liep op den man toe en sprak:

Gij moet u toch eigenlijk schamen, zoo traag te werken. Elke emmer kost u een paar minuten".

»Ik kan kwalijk harder werken" antwoordde de ander bedaard.

»Dan zal ik 't u eens voordoen" sprak de heer.

Meteen greep hij den emmer, dompelde dien in 't water, haalde hem op en leegde hem in de sloot. Toen volgde een tweede emmer, toen een derde, alle even vlug.

»Ziet gij" zeide de heer, den emmer teruggevende: zóó moet gij doen. Ik heb het unu gewezen en ik hoop dat het niet vergeefsch is."

»Zou ik u mogen vragen" hervatte de man, »om dit werk eens een tien minuten voort te zetten? "

Waarom? " vroeg de heer. »Wel" was 't antwoord; sik weet al lang dat men heel goed in een minuut een paar emmers kan volscheppen en leêgen. Maar wat ik nu nog dien te weten is, hoe lang iemand het op die manier vol kan houden. Ik heb al twee zulke kuipen geleegd en nog vier wachten mij".

Daar wist de heer geen antwoord op. Hij moest erkennen, dat al scheen die werkman traag, hij toch eigenlijk vlijtig en verstandig tevens was.

AAN VRAGERS.

M. H. en IJ. A. S. te W. De verhitting D. M. H. en IJ. A. S. te van water kan voortgezet worden totdat het koolit. Voert men dan nog meer warmte toe dan verdampt het. Natuurlijk is het eer het gaat koken, minder warm. Let er echter wel op dat het niet genoeg is de vloeistof te verhitten tot het kookpunt (dat is voor water bij een bepaalden druk loo graden op de thermometer van Celsius) maar dat ook onder 't koken steeds warmte moet worden aangevoerd.

W. te W. sLandauers", dat zijn rijtuigen met neerslaanden kaj), waren oorspronkelijk alsreiswagens in gebruik in den Paltz (den Beijerschen). In dezen ligt de stad Landau^ en vandaar de naam.

CORRESPONDENTIE.

J. B, te r. Het laatstgezondene kan moeielijk' dienen. In Excelsior-b. v. zou 't beter gaan, als u dat goed is. Met uw vorig schrijven hebben we den hoofdredacteur in kennis gesteld.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 16 september 1894

De Heraut | 2 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 16 september 1894

De Heraut | 2 Pagina's