GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

BIJ GOEDE VRIENDEN.

XIX.

In driemaal minder tijd zeker, dan hij er anders voor gebruikt zou hebben, was Walter door 't bosch heen naar de kust gesneld. Daar zag hij het vaartuig, een groot driemastschip, bijna vlak voor zich. Hij wilde schreeuwen, maar 't was hem onmogelijk; hij strekte de armen uit, en ... op 'tzelfde oogenblik tuimelde hij in 't zand, en bleef daar roerloos liggen als een doode.

Intusschen hadden verscheidene zeelieden, die van 't schip naar den wal tuurden, op de witte zandstreek den knaap bemerkt en hem zien vallen. Een boot werd uitgezet, en weldra waren een tiental scheepslieden aan land, en stonden om Walter heen.

, Hij is dood!" riepen enkelen, terwijl allen met verbazing en medelijden het lichaam beschouwden, dat voor hen in 't zand lag.

En wel was het een gezicht, dat zelfs niet weekhartige mannen roeren kon. Uitgeteerd en thans doodsbleek, scheen de jonge man bij zijn val te zijn bezweken. Bloed verfde zijn voeten en zijn wangen, die door de doornstrui ken waren opengereten. De uitgemagerde wangen hadden een blauv/e kleur, en heel het lichaam werd nog slechts hier en daar gedekt door gescheurde lappen, kleurloos en vuil. 't Was een beeld van onbeschrijfelijke ellende. Zwijgend bleven de mannen er een oogenblik bij staan. Toen legde er een de hand op Walter's borst, terwijl de anderen in spanning afwachtten wat volgen zou. Eindelijk sprak een stem:

, Dood is hij niet; zijn hart klopt nog.

" Zes sterke handen hieven nu Walter op, en droegen hem in 't bosch, waar hij onder een schaduwrijken boom op een koele plek werd neergezet. Nu begon de flauwte, door inspanning en hitte veroorzaakt, te wijken. Hij sloeg even de oogen op, en keek verwilderd, als een die uit een benauwden droom ontwaakt, om zich heen. Wat was dat? Waren ei-werkelijk menschen bij hem ? Gewis, het moest zoo zijn, want hij hoorde een stem die hem iets vroeg en in een taal die hem bekend leek. Hij verslond het echter niet recht. sWalter!" bracht hij met moeite uit. Toen viel hij weder in onmacht, even bleek als te voren.

De bootsman, die meegegaan was, haalde een flesch te voorschijn met v/ater en wijn. Voorzichtig goot hij den machtelooze een dronk in de keel, en herhaalde dat een keer of wat. Dit hielp; Walter deed weer de oogen open en de flauwte week. Hij dronk tot heel de flesch ledig was. Toen gaven de mannen hem een stuk geweekte beschuit, dat hij met graagte verslond. En zijn blikken — spreken kon hij bijna niet — schenen om meer te vragen.

, Nu niet, jongen, " sprak de bootsman goedhartig, »'t zou je dood kunnen wezen, als je nu te veel lading inkreeg. Eerst naar boord; dan kan de dokter 't van mij overnemen."

Zoo werd dan AValter in de boot gedragen, en aan boord van het schip gebracht, 't Was, als had de laatste inspanning hem ook de laatste kracht geroofd, want hij gevoelde zich, al behield hij ook zijn bewustzijn, toch zoo zwak als een heel klein kind. Staan of zelfs zitten was hem onmogelijk. Hij werd op een bed gelegd, en weldra verscheen aan dat bed de kapitein.

't Was een flinke zeeman, met onverschrokken, eenigszins uitdagenden blik. Doch Walter was te zwak daarop te letten. Misschien was dat maar goed ook. Want wellicht zou hij, althans nu, meer dan verlegen zijn geweest, zoo hij geweten had wie voor hem stond. Immers dat was geen ander dan de beroemde zeekapitein en bevelhebber James Cook '), van wien Walter, gelijk heel Engeland, had hooren spreken, 't Was deze zelfde zeevaarder en ontdekker, die driemaal een reis deed om de wereld. Doch op de derde werd hij in een strijd met de inboorlingen, op de Zuidzee-eilanden opgegeten.

Nu mijn jongen, " sprak Cook vriendelijk, »moet je eens je best doen om te antwoorden op hetgeen ik je zal vragen. sU zult alles wel opteekenen, " ging hij voort tot een officier, die naast hem stond;

»Hoe heet je ? " »Walter Smith." »Vanwaar ben je uitgezeild? " sVan Portsmouth.'' sHoe oud ben je ? "

Er kvifam geen antwoord. De kapitein herhaalde zijn vraag. Maar blijkbaar was het Walter onmogelijk te antwoorden' zijn geheugen scheen voor een oogenblik geheel weg. »Hoe kwam je hier ? " vroeg Cook nu. ^Verdwaald in 't bosch — schip weggezeild, " kon Walter nog uitbrengen, maar meteen vielen zijn oogen dicht, en werd hij weer doodsbleek.

, We moeten 't er heden maar bij laten, mijnheer", sprak Cook tot den ofücier. jDaar komt gelukkig de dokter; die moet zijn kunst maar eens beproeven."

't Zal misschien den lezer verwonderen, dat de kapitein den zieken, uitgeputten jongen dadelijk met vragen lastig viel. Maar dat was zijn plicht. Niemand begreep, hoe daar een Engelsche jonkman op een onbewoond Galapagos-eiland verzeild kwam, en dat in zoo ellendigen toestand, den dood, zoo 't scheen, nabij. Er kon een misdaad zijn gepleegd, muiterij kon op een schip hebben plaats gehad. Ook dachten sommige officieren aan zeeroovers of een schipbreuk; akemaal dingen, waarvan sommige in die dagen niet zeldzaam waren, 't Was dus van 't hoogste belang iets daarover te vernemen. En daar nu de meeste vast geloofden, dat Walter geen dag meer leven zou, moest men wel den tijd uitkoopen. Veel had het echter, zagen we, niet gebaat.

De dokter, van 't geval ond.-rricht, had reeds eenige geneesmiddelen meegebracht. Hij liet Walter een warm bad geven, en hem toen naar beneden brengen, waar hem een gemakkelijk leger werd bereid. Weldra zonk Walter in een vasten slaap, die een halven dag en meer duurde. Toen hij ontwaakte brak juist de morgen aan. Hij zag rond, verbaasd dat hij niet meer in het rotshol lag, waar hem bij het ontwaken de zon soms vlak in 't gezicht scheen. Blijkbaar bevond hij zich in een schip, gelijk vroeger. Maar hoe hij er kwam en wat er pas met hem gebeurd was, kon hij zich in 't minst niet herinneren. Hij wilde opstaan, maar dat was onmogelijk. Met een pijnlijken schreeuw viel hij bij de eerste poging weer achterover.

De dokter trad juist binnen. Hij zette zich bij den zieke, die hem toefluisterde:

, 0, mijnheer, hoe kom ik hier toch? "

, Dat hoort ge later wel jongen, " was 't antwoord; »gij moet nu eerst wat eten."

Een oogenblik. later verscheen de kok met scheepsbeschuit en warme melk, 't eenige wat Walter mocht gebruiken. Met moeite, wegens zijn groote zwakheid, kreeg hij 't naar binnen, maar het smaakte hem kostelijk. In hoelang had hij niet zoo heerlijk gegeten!

, En nu weer rusten, vriend, " sprak de dokter, !> ik kom weerom."

Een paar uur later verscheen de kapitein opnieuw, om Walter te ondervragen, 't Was verwonderlijk, hoeveel goeds hem de rust en de verkwikking had gedaan. Niet alleen begon hij nu te begrijpen wat met hem gebeurd was, maar hij kon ook behoorlijk op alle vragen antwoord geven, zijn ouderdom zeggen, het schip noemen waarop hij had gevaren, vertellen van den kapitein en zoo meer. Na een half uur wist Cook al wat hij weten wilde, ec vertrok zeggende: sNu jongen, blijf je bij ons. Zoo God wil, brengen we je weer naar Engeland. Maar voor 't oogenblik gaat de reis nog niet daarheen."

CORRESPONDENTIE.

X -, Mac, " vóór Schotsche namen, beduidt: Zoon., zooals in Macpherson, Mackenzee enz. Dit »Mac" moet bij 't uitspreken niet den klemtoon hebben,

'} Spreek uit: Dzjeems Koek.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 20 juni 1897

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 20 juni 1897

De Heraut | 4 Pagina's