GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Piano-Sano.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Piano-Sano.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Amsterdam^ 11 Maart 1898.

Zij die in eenig opzicht sympathie ge-voelen voor het denkbeeld van een jaarlijks opkomende Synode-Generaal, kunnen niet genoeg gewaarschuwd worden tegen overijling.

Het geldt hier de geleidelijke ontwikkeling uit een vast beginsel van Gereformeerd kerkrecht door een nadere bepaling voor het bij tijden bijeenkomen van alle kerken saam. Vanzelf weet men dus, gelijk dit vast verschijnsel zich altoos vertoont, dat er tal van broederen zullen zijn, die ook op dit punt bang zijn voor voetangels en klemmen, en zich daarom aankanten tegen deze „nieuwigheid". Dit doen zulke broederen dan niet uit lust tot verzet, maar omdat ze niet genoeg inzitten en inleven in de beginselen, die hier den doorslag moeten geven, om voor zichzelven met zekerheid uit te maken, of men zoodoende niet misschien uit het rechte spoor suit.

Doch al moet ge uit dien hoofde al zulke oppositie op den rechten prijs weten te schatten, ge weet ook, hoe dan maar al te dikwijls de zucht om het te winnen bovenkomt, en ook wat middelen dan soms worden aangewend, om niet overvleugeld te worden.

Dit moest zeer zeker niet zoo zijn, maar de droeve historie van eeuwen bewijst helaas, dat het zoo telkens en telkens in de kerken gaat. En dit soort min goede oppositie prikkelt ge nu door opeens te veel te willen, en te kort te schieten in geduld.

Bovendien het is, ook afgezien van die oppositie, altoos goed, dat zulk een ontwikkeling van een nieuw uitbotsel aan den stam van het kerkelijk recht, uit den nood geboren worde, maar dan ook voorshands niet verder ga dan die nood eischt.

Thans is zulk een nood aanwezig. Die nood wordt door ieder ingezien. En die nood bestaat hierin, dat ge i». aan de beginselen van ons kerkrecht geweld aandoet door de Zending buitenlands niet van de enkele kerken te doen uitgaan; 20. dat die Zending, omdat ze buitenlands gaat, toch gedurig het oordeel van alle kerken saam noodig heeft; en 3". dat het niet aangaat dit oordeel van alle kerken saam over te dragen op enkele Deputateii.

Dat is de ongelegenheid waarvoor we staan, en die sinds lang gevoeld is.

In zake de Zending staat men gedurig voor allerlei beslissingen, die geen uitstel van twee en meer jaren, hoogstens van enkele maanden dulden. Poogt men nu dezen dans te ontspringen door voor drie jaren het oordeel der kerken aan Deputaten over te laten, dan doolt ge onwillekeurig op een collegialen weg af. En stelt ge de beslissing uit tot tijd en wijle er om de drie jaren weer een Synode-Generaal saamkomt, dan hort en stoot de Zending en vlot niet.

Uit dien hoofde zal een ieder het billijken, dat er een poging worde aangewend, om de macht van Deputaten binnen de goede grenzen te houden, en toch zorg te dragen dat de zaken der Zending vlug en vlot loopen kunnen; en voorts toegeven, dat dit tweeledig doel alleen te bereiken is, zoo alle kerken saam minstens eenmaal telken jare saamkomen; dat het daarom nog niet noodig is telken jare een zoo breede en zoo kostbare Synode-Generaal te houden ; en dat men voor het beoogde doel met een minder talrijke Synode zeer wel volstaan kan.

Veel verder ga men daarom aanvankelijk niet, en den overgang make men geleidelijk.

Beneden de helft van het veertigtal moet men o. i. de eerste maal niet dalen. Een Synode van tien leden ware zeker evengoed, en door om en om te laten afvaardigen één predikant en één ouderling, ware het zeer zeker mogelijk ook bij het tiental het evenwicht tusschen het element der Dienaren en der Ouderlingen in acht te nemen; maar toch vreezen we, dat althans in den eersten tijd, een provincie die geen predikant afvaardigde, niet tevreden zou zijn, en dat een provincie die geen ouderling zond, bang zou worden voor dominocratie.

Wc zouden daarom wenschen dat de Synode-Generaal te Groningen besloot, dat in de jaren 1900 en 1901 een Synode-Generaal zou samenkomen op de helft der sterkte, die in Art. 50 bepaald is, en dat daarna, in 1902, weer een Synode-Generaal op de volle sterkte zou dagen. En voorts dat de Synoden-Generaal van halve sterkte, die in 1900 en 1901 zouden opkomen, uitsluitend zouden handelen over met name aan te geven aangelegenheden.

Zoo elke Synode-Provinciaal één predikant en één ouderling afvaardigt, kan niemand zich achteruitgezet achten.

Maar dan dient ook tevens zorg te worden gedragen, dat deze Synoden-Generaal op halve sterkte de kerken niet onnoodig met kosten bezwaren, en dit kan.

Twintig broederen, voor zooveel zij dat verlangen, kosteloos onder dak te brengen, levert, althans zoo men niet in te kleine gemeenten samenkomt, geen bezwaar hoegenaaamd op. Voor zulk een kleiner vergadering behoeft evenmin een aparte inrichting te worden gemaakt. In Amsterdam beschikken onze kerken reeds nu over een lokaal, dat voor zulk een samenkomst uitnemend geschikt en nagenoeg kosteloos beschikbaar is. En als de Synode-Generaal hoogstens een vijf-of zestal dagen zit, behoeft slechts eenmaal de reis heen en terug te worden betaald, iets wat elke Synode-Provinciaal dan zeer wel voor haar eigen afgevaardigden op zich kan nemen. Kiest men bij wijze van proefneming een stad middenin het land, dan kunnen deze reiskosten voor heen en terug niet veel over de ƒ 15 loopen, wat ƒ 30 op zijn duurst voor elke provincie zou worden, een som te klein om over te spreken.

Voor zoover de opkomst van Deputaten geëischt was, hebben deze geen andere kosten in rekening te bsengen, dan die ze toch in rekening zouden brengen voor hun gewone samenkomsten, uitgaven die nu reeds ongemeen verminderd zijn; i". door het splitsen van de ééne groote Deputatenvergadering in vele kleine, en 20. doordien de meesten die bij elkaar hooren nu ook niet te ver van elkaar afwonen. Worden voorts allengs alle missiën zendingen van een bepaalde kerk, dan worden deze kosten, gelijk nu reeds voor Utrecht het geval is, uiterst gering.

Mits men afzie van alle vertoon, en alle onnoodige verspilling, en scherp in het oog vatte, dat zulk een kleiner Synode-Generaal uitsluitend bijeenkomt, om zaken af te doen, durven we dan ook wel voorspellen, dat de kosten zeer gering en onbeduidend zullen zijn. Bij een kleiner vergadering kan men veel te lezen leggen, wat anders gedrukt moet worden, zoodat ook de uitgaven van den drukker aanmerkelijk zullen slinken.

En zegt men dat rapporteerende Deputaten dan toch voor drukkosten hun rekening indienen, en dat deze voldaan moet worden, dan is dit volkomen juist opgemerkt, maar dat vermindert de kosten dan ook voor de Synode-Generaal van 1902.

Feitelijk worden de kosten die anders over drie jaar loopen, nu over driemaal één jaar omgeslagen; slechts met een kleine verhooging.

We zeggen dit niet, alsof we meenen zouden, dat zulk een kleine Synode-Generaal niets zou kosten; kosten zijn er altijd; maar én de kortere duur én de mindere talrijkheid, doen deze uitgaven derwijs verminderen, dat ze met de kosten van een Synode-Generaal van plenaire afmeting eenvoudig niet in vergelijking komen. En stel al eens, wat we niet gelooven, dat ze elke Synode-Provinciaal op ƒ 100 te staan kwame, zou deze kleine som ons dan mogen terughouden, om te doen wat in het belang der Zending en voor de goede rechtsbedecling onafwijsbare cisch is ?

Voor het rondreizen van zulk een kleinere Synode-Generaal door heel het land zien we geen noodzakelijkheid.

Een Synode-Generaal op volle sterkte is een gebeurtenis, is een openbaring van kerkelijk leven, en daarom is het juist gezien, dat men zulk een vergadering beurtelings in alle streken van het land houde.

Dat doet goed voor die Synode en goed voor die streek.

Maar van een Synode-Generaal, enkel voor zaken, en van] zoo kleine afmeting, zal men in een stad, waar ze gehouden wordt, zoogoed als niets merken. De vorige groote Deputaten-commissie voor de Zending was even groot, en men boordeer niets van als ze sa& mkwam, Het was daarom wenschelijk dat men, bij wijze van proefneming, de twee kleinere Synoden-Generaal van 1900 en 1901 alleen in het midden des lands, en wel in zoodanige kerk hield, waar een geschikt lokaal, zoogoed als zonder kosten voor inrichting beschikbaar is.

En vraagt men ons, of ook op zulk een kleine Synode-Generaal dan toch niet eenige adviseerende leden zijn op te roepen, zoo is dat o. i. geen vraag. Geen Synode die alle adviseerende leden zou kunnen missen.

Maar hieruit volgt nog geenszins, dat ze daarom in zoo grooten getale behoeven op te komen als anders. Is vooruit bepaald welke aangelegenheden aan de orde zullen komen, dan kan men adviseerende leden oproepen met het oog op die bepaalde onderwerpen, ten deele zelfs alleen voor de dagen waarop die onderwerpen aan de orde zijn. En vergadert men dan in het midden van het land, dan levert ook hun overkomst luttel bezwaar op.

Dit zou zelfs nog aanmerkelijk vergemakkelijkt worden, indien men den tijd voor het houden van zulk een kleine Synode-Generaal bepalen kon, niet in den zomer, als zoovelen van huis zijn, maar niet te lang aa Pinksteren, of desnoods tusschen Paschen en Pinksteren. Een Synode die Maandagavond samenkomt en uiterlijk Vrijdagmiddag sluit, kan zeer wel in zulk een tusschenperiode gehouden worden.

Kortom, mits men zachtkens aan ga, niet te veel opeens wille, en bij de kerken en bij de personen eenigen goeden wil ontmoeten mag, kan o. i. de zaak zeer wel loopen, en zou men op de eerstvolgende groote Synode-Generaal van 1902 beschikken over genoegzame gegevens, om alsdan de zaak op meer blij venden voet te regelen.

Nu regele men nog niets, maar beschikkc alleen over 1901 en 1902.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 13 maart 1898

De Heraut | 4 Pagina's

Piano-Sano.

Bekijk de hele uitgave van zondag 13 maart 1898

De Heraut | 4 Pagina's