GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buiteuland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buiteuland.

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Duitschland. Eene nieuwe uitgave van Zwingli's werken. Luther in beginsel voor de Presbyteriaan se he kerkregeering..

In het begin der voorgaande eeuw, bij het opnieuw ontwaken van het Christelijk leven, werd de behoefte gevoeld om de werken der reformatoren opnieuw uit te geven. Zij waren nog wel in de bibliotheek te vinden, maar met stof overdekt; het nieuwe tijdperk, dat de kerk des Heeren intrad, maakte het noodzakelijk, dat de werken van de mannen die tot zegen van Christus' kerk gearbeid hadden, weer op nieuw bekend werden. Het platte, vulgaire rationalisme, dat de kerken zoozeer had verwoest, was overwonnen, en daarom werd er behoefte gevoeld, om uit de schatten van de werken der hervormers nieuwe leiding en nieuwe bezieling te ontvangen.

Het was daarom in 1828 van de uitgeversfirma Schetske en Zoon eene goede gedachte, ora eene nieuwe uitgave van de werken der reformatoren der i6de eeuw te ondernemen. Het spreekt wel van zelf, dat men die nieuwe uitgaaf niet zou laten bestaan in een herdruk van vroegere uitgaven, maar dat men een-critisch nauwkeurige uitgave, die van het noodige geschiedkundig en letteikundig apparaat voorzien was, in het licht zou geven.

De bovengenoemde firma begon met de uitgave van de werken van Melanchthon, en daarna deed zij die van Calvijn verschijnen. Met de werken van Calvijn is men voor een tweetal jaren gereed gekomen. Als men weet, dat met die uitgave in 1863 begonnen werd, en dat zij eerst in 1900 voltooid werd, dan zal men niet kunnen beweren, dat er in dezen overijld gewerkt is. Maar men vergete niet, dat de werken van Calvijn achtenvijftig deelen in beslag nemen, en dat in die kostelijke uitgave heel wat meer staat, dan in de in Nederland zoo bekende uitgave in negen folianten van Schipper. Jammer maar, dat menigeen niet in staat is, om deze kostbare uitgave van Calvijn's werken aan te schaffen; immers een som van/300 is voor velen te hoog.

De uitgevers van het corpus reformatorum, zoo als de compleete uitgave van de werken der hervormers genoemd wordt, hebben hun arbeid na het verschijnen van Calvijn's werken niet opgegeven. Zij hebben nu de uitgave van de werken van Zwingli ter hand genomen, waarvan de eerste aflevering denkelijk in de maand October van dit jaar verschijnen zal. De uitgave geschiedt met medewerking van de Zwinglivereeniging te Zurich, en zal worden bezorgd door de bekwame handen van Prof. Dr. Egli en Dr. Finsier, mannen die zich door het navorschen van alles wat op Zwingli betrekking heeft, reeds verdienstelijk hebben gemaakt.

Tot hiertoe bestond er slechts ééne uitgave van Zwingli's werken, die van Schuier en Schulthesz. Doch deze is sedert langen tijd uitverkocht. Daarbij komt, dat er tegenwoordig veel meer van Zwingli kan gedrukt worden dan een tweetal eeuwen geleden. Immers zijn zoowel van Calvijn als van Zwingli, in lateren tijd vele belangrijke brieven gevonden, die in vorige uitgaven niet konden opgenomen worden.

Deze Zwingliuitgave zal verschijnen in 120 afleveringen van vijf vel druks. Men berekent dat er twintig jaren zullen verloopen, voordat de uitgave compleet zijn zal. De prijs is gesteld op / 1, 80 per aflevering; dus zullen de compleete werken van Zwingli over een twintig-tal jaren verkrijgbaar zijn voor + / 212.

Wij verblijden ons in deze nieuwe uitgave. Wel stellen wij Zwingli niet met Calvijn op ééne lijn. Er is in Zwingli's werken een rationalistisch element, (men denke aan zijn leer omtrent het Heilig Avondmaal), dat bij Calvijn niet wordt aangetroffen. De kerken die hoofdzakelijk Zwingli gevolgd hebben, zijn er waarlijk niet beter aan toe geweest dan die welke in Calvijn haar wegwijzer erkenden. Maar dit neemt niet weg, dat Zwingli een man Gods geweest is, die door den Heere geroepen werd om een werk Gods te verrichten.

Velen zijn van meening, dat de reformator Luther in beginsel er voor geweest is, dat de kerkelijke zaken zouden bestuurd worden door de overheid van het land. Dit is echter niet het geval. Luther heeft in een brief aan den Landgraaf van Hessen te kennen gegeven, dat in de toenmalige omstandigheden het niet raadzaam was, om eene Presbyteriaansche kerkenordening aan te nemen.

Op de Synode van Homberg was daartoe wel besloten, maar Luther kon zich daarmede niet vereenigen, omdat hij van oordeel was dat er geen menschen te vinden waren, dien men met vertrouwen het bestuur van de Kerkelijke dingen in handen geven kon. Luther was er voor, dat het volk er toe opgeleid worden zou om eenmaal het bestuur van de kerk in handen te nemen. Daarom schikte hij er zich met zekere onwilligheid in, dat aan de politici of aan de overheidspersouen het bestuur der kerk zou worden toevertrouwd. Zij, die zich op Luther beroepen om daarmede te verdedigen dat de heer van het land ook de opperste bisschop van de kerk zijn moet, dwalen dus zeer.

Doch men ziet het aan de Duitsche kerkelijke toestanden, hoe gevaarlijk het is, om ook maar tijdelijk eene regeling aan te nemen, die men in beginsel niet kan goedkeuren. Is eenmaal zulk een regeling in werking getreden, dan is het schier ondoenlijk om daarin verandering te brengen. Luther heeft bijv. ook gemeend, dat in de tweede editie van de Augsburgsche confessie te veel aan Melanchton was toegegeven. Hij wilde, om geen ergernis te geven, dat die tweede redactie zou blijven bestaan. Na zijn dood kon men den tekst van de eerste redactie der Confessie wel weer herstellen. Doch daarvan is nooit iets gekomen. Het synergisme, of de medewerking van de Godelijke genade en van den mensch, is in de Luthersche belijdenis gehandhaafd gebleven.

Engeland. Dr. Newman Hall. Een Boy Preacher.

Een van de uitnemendste leeraars van Engeland, Dr. Newman Hall, is in het laatst van Februari te Hampstead Heath in den ouderdam van zes en tachtig jaar overleden. Hij had voor tien jaar zijn ambt als predikant neergelegd, maar als emeritus predikte hij nog dikwijls. Hij werd in de Theologische wereld van Engeland bekend door zijn geschriften over „het gebed des Heeren" „Gethsemane", over „het Moderne Romanisme" en „de leer der verzoening." In Londen diende hij jaren lang een van de groote gemeenten der Congregationalisten of Independenten. Hij ging op gemeenzamen voet om met mannen als John Bright Gladstone en den predikant. Dr. Cuyler. Toen hij in 1846 ziek was en dacht te sterven, schreef hij een tractaatje onder den titel van Come to Jesus (Kom tot Jezus), dat zoozeer de aandacht trok, dat het in veertig talen werd overgezet en waarvan meer dan vier millioen exemplaren werden verspreid. Toen hem gevraagd werd „Wat is het geheim van het welslagen der be diening benevens de gave des Heiligen Geestes? " gaf hij daarop het volgend antwoord: „Een goede stem. Zorg voor uwe gezondheid. Oefen uw verstand. Gebruik eenvoudige taal bij de prediking. Houd vast aan de waarheid en boven alles: heb een onverwrikbaar geloot in de kracht van het Evangelie."

Van Dr, Newman kan ook getuigd wvvden, dat hij heel wat arbeid verrichtte om het lot van de werkende klasse te verbeteren.

Men had kunnen verwachten dat een man als Dr. Newman Hall hetzelfde voor de Congregationalistische kerk zou gedaan hebben wat eenmaal C. H. Spurgeón deed vOor de Baptisten. Spurgeon maakte zich los van de Baptistische Unie, omdat daarin de voorstanders van „Down grade movement" of het modernisme de over-

hand hadden. En het kan niet geloochend worden, dat in de Congregationalistische Unie dezelfde beweging nog meer aanhangers telde en nog telt.

In The Christian vonden we eenige weken geleden het portret en de levensbeschrijving van den jongenheer Jack Cooke, |die bekend gewotden is als „The Boy Preacher" (letterlijk De jongen-prediker). Deze knaap begon op elf jarigen leeftijd in het publiek te spreken over hel Evangelie van Christus. Anderhalf jaai later begaf de knaap zich naar Amerika om te New-York, Chicago, San Francisco en andere gtoote steden van de nieuwe wereld te prediden. Dikwijls verzamelde zich rondom hem een gehoor van 10, 000 personen. Tenenwoordig is Jack Cooke nog geen zestien jaar oud, hij predikt in de West-London-Tabernacle. Al geeft men ook hoog op van het vermogen van dezen knaap, om zijn gehoor van het begin van zijn optreden tot het einde van zijn toespraak te boeien, en al is het dat van zijn prediking getuigd wordt dat het jonge mensch reeds velen tot zegen was, toch kan dit niet wegnemen dat een predikende jongen van 15 jaar niet in overstemming is met de ordinantiën Gods. Wij hadden dan ook liever gezien, dat The Christian aan Jack Cooke den raad gegeven had om zich met ernst voor te bereiden voor den dienst des Woords en te wachten totdat hij meerderjarig is, om zijn prediking voort te zetten. Men wijst wel op het voorbeeld van den beroemd geworden C. H. Spurgeon, die op jeugdigen leeftijd begon met het verkondigen van het Evangelie, doch men ziet daarbij over het hoofd, dat Spurgeon op zestienjarigen leeftijd voor het eerst sprak, niet voor eene schare volwassenen in een groote stad, maar voor een Zondagsschooltje op een klein dorp.

De twaalfjarige Heiland was wel reeds in den tempel, maar niet om daar te leeren, doch om de schriftgeleerden te vragen en om op hunne vragen te antwoorden. Een leerend kind is ook daarom in tegenspraak met het Woord Gods.

N.-Amerika. Doorwerking der Verbondsleer in de Gere f. kerk.

Aan de Geref. kerken van N.-Amerika onder de Classis Grand River is bericht, dat bij de jaarverslagen der gemeenten, men geen kolom voor „Tsaptized Non Communicants" (gedoopten die niet tot het Avondmaal toegelaten zijn) meer behoeft in te vullen.

De Hope zegt daarvan: „Dat 's een heel eind nader bij de genezing van het ziekelijk „doopledenstelsel." In de Gereformeerde kerken, alwaar de Verbonds theologie te huis behoort, rekent men met huisgezinnen, en belijdt men dat de kinderen des Verbonds „als lidmaten zijner gemeente behooren gedoopt te wezen", en niet, dat de kleinen mogen gedoopt worden wanneer vader of moeder belijdenis heeft gedaan, of dat men gedoopt moet wezen om lid te worden''

De bedoeling van deze opmerking is uitnemend. Het komt ons echter voor, dat een lijst van gedoopten die nog geen toegang begeerden tot des Heeren Avondmaal, geen kwaad kan. Immers uit zulk een lijst zou de kerkeraad kunnen weten, welke personen hij nog heeft te bearbeiden.

Daarom kunnen wij het niet toejuichen, dat bij het opgeven van het aantal leden der kerk alleen de communicants worden opgegeven. Dit js een bewijs, dat de verbonds theologie nog niet genoeg in de Reformed Church doordrong.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 6 april 1902

De Heraut | 4 Pagina's

Buiteuland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 6 april 1902

De Heraut | 4 Pagina's