GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Leestafel.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Leestafel.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

1.G.ELZENGA, WAAROM EN WAARTOE? VOOR LIJDENDEN. Kampen J. H. Kok — 1910.

De ondertitel van dit boekje zegt ons waar het om gaat.

Ds. ELZBNGA van KAMPEN spreekt hier over grond en doel van het lijden.

Van het lijden des levens.

Van levensleed in algemeenen zin,

„'t Is, zegt hij zelf, mijn doel niet om in deze bladzijden te spreken over het bijzondere lijden dat de godvreezenden ondergaan moeten om Christus' wil. Er is nog zooveel ander lijden, waaraan alle menschen onderhevig zijn. Oi'er dat lijden wilde ik een weinig met u spreken als iemand, die ook zelf den lijdensweg zoo gedurig heeft moeten bewandelen”.

De laatste omstandigheid geeft, naar het mij voorkomt, juist de groote waarde aan dit geschifije. Men voelt bij de lezing, dat daarin een mensch aan het woord is, die bij ervaring het lijden des levens kent; een christenmensch, die in het lijden den troost van het christelijk Geloof heeft ervaren en daarom ook voor anderen tot een „zoon der vertroosting" kan zijn.

Een eenvoudig, maar uit het hart geschreven echt christelijk boekje.

Allesbehalve een dorre verhandeling over: „het nut der tegenspoeden".

2. LiLi YON HACKEWITZ. WAT KUNNEN WIJ voDR ONZK ziBKEN DOEN? J. B. van den Brink en Co., Zutphen,

Dit boekje verhoudt zich tot het vorige als het bijzondere tot het algemeene. Het handelt over een bijzonder lijden en wel het lijden der krankheid. De mij onbekende vertaalster biedt ons hier een vrucht van Daitschen bodem. Een vrucht van fijnen smaak en verkwikkende frischbeid.

LiLi VAN HACKEWITZ, een christin vanhooge beschaving, die bij ervaring het lijden der krankheid kende, schreef, om haar lotgenooten te troosten, een drietal, in Duitscbland blijkbaar dmk gelezen, wijl veel malen herdrukte boekjes: „ERLEBTES, NICHT ERDACHTES VOM KRANKEN-BETT; ALLTaOLICHES XTND EWJGES AÜS DER KRASKENSTUBE en TRaNENSAAT UNDFBEUDEN-ERNTE IM KRANKENLEBEN.

Dsze werkjes ' zijn uitgegeven door de Diakonessen-inrichting te KAISERSWERTH, de machtige stichting van DR. THEODOR FLIED NER. Uit deze drie werken van LTLI VAN HACKEWITZ heeft nu onze Vertaalster een 13-tal stukjes in HoUandsche overzetting saamgevoegd.

Mijn indruk van dit geschriiije heb ik hierboven reeds gezegd. Laat mij, om dien indruk ook bij anderen te wekken, er een tweetal citaten uit geven.

Een uit het stukje: HUMOR AAN HET ZIEKBED :

„Weet gij hoe de humor is ontstaan? Smart - en vreugde ontmoetten elkaar in het bosch, zien elkaar aan, hebben elkaar lief, worden man en vrouw, en hebben een kind, dat met één oog lacht en met het andere weent. Dat is humor !

Wanneer ergens, dan geldt het hier (in de ziekenkamer) vroolijk en opgeruimd te zijn, juist daa wanneer er eens een bijzonder moeilyke dag komt. Blijmoedigheid en opgewektheid zijn Gods strijders! Vooral geen verdrietig gezicht in den omgang met zieken”. (Pag. ri).

En nu het andere citaat en wel uit het

stukje: TROOST. „In een oude, romeinsche geschiedenis staat geschreven: Eens, toen Rabbia ziek was, kwamen haar vrienden om haar te troosten. De eerste sprak: „Die heeft zijn Heer lief, die de slagen van zijn Heer verdraagt" De tweede sprak: „Die heeft zijn Heer lief, die Hem voor Zijn slagen dankt". Rabbia echter sprak: „Die heeft zijn Heer lief, die, als hij Hem aanziet, vergeet dat hij door Hem geslagen wordt”.

Maar men moet, om een gevestigden indruk van de fijnheid en verkwikkelijkheid van deze proeve uit LILI'S schrijven te krijgen, het kleine boekje, als ik heb gedaan, lezen in zijn geheel.

Dan eerst zal men verstaan wat een opbouwende lectuur dit geschrift je, met name voor wie zich aan ziekenverpleging wijden, moet zijn.

Ik zal mijn exemplaar dan ook aan een aankomend pleegiustertje zenden, en in de handen van ook oudere zusters, zou ik het gaarne zien.

Maar laat ik hiermede nu niet den indruk geven, dat het een „vak-boekje" is. Zoo iets als: „Handleiding voor de ziekenzuster" of: „de vlugge Verpleegster.“

Want bet is een boekje, waaruit niet alleen de Verpleegster en Verpleger van professie, maar ook onze vrouwen en moeders zullen leeren wat zij voor haar zieken kunnen doen. In haar stukje: VERPLEGING IN HET HUIS­ GEZIN OF IN EEN INRICHTING toch zegt de schrijfster: „Zieken worden het best thuis verpleegd", maar zij mitigeert dese haar bevering door de zeer verstandige opmerking: „Ea toch zijn er gevallen, waarin de zieke volstrekt niet thuis kan verpleegd", (p. 43).

Ook predikanten, met name de jongeren onder hen — door 'n zeer veiklaatbare associatie denk ik hier op eens aan eigen onbeholpenheid bij mijn eerste ziekenbezoek, dat ik, als predikant, eenige dagen na mijn bevestiging in het ambt moest brengen — kunnen van LILI nog wel wat leeren. Zeker, het verstand' komt wel met het ambt. Maar het was toch al een heel zonderling verstaan van het ambt, dat ik in later dagen eens aantrof bij dien ouderling, die mij, als proeve zijner methode van ziekenbezoek, triomfantelijk mede deelde, dat „de waterlanders" bij de jonge vrouw, die hij zoo even aan haar krankesponde bezocht had, waren gekomen, toen hij haar plotseling voor de vraag had gesteld: „of ze wel wist, dat men ai bezig was met het timmeren van haar doodkist? " En dat bij, na dus opening te hebben gekregen, bij haar was overgegaan tot „het breken van de armen en de beenen", — 'n uitdrukking waarvan ik, voor hem, zoo gelukkig was den allegorischen zin te verstaan.

Ik herinner mij hoe ik toen de gedachte voelde opkomen: „wat moet dat bezoek voor die arme ziel een besoeking zijn geweest". Mocht er naar deze of daarmee verwante methode nóg ambtelijk onder onder ons worden gewerkt dan geef ik ook aan hen die dat doen, in ernstige overweging met het boekje van LILI VAN HACKEWITZ eens kennis te maken.

3. VEERTIENDE JAARVERSLAG der Vereeniging DR. SCHEURER'S HOSPITAAL (PETRONELLA-HOS­ PITA AL).

Dit verslag der Vereeniging voor de stichting van barmhartigheid, die op Java en daarbuiten een eere is voor den Gereformeerde naam en waaraan ook zij, die aan de Gereformeerde belijdenis en Kerk hun sympathie onthouden, gaarne hun hulde bieden, loopt van r Sept. 1909 tot 3r Augustus 1910.

Ook uu dit verslag blijkt, dat het zendingshospitaal te DJOCJAKARTA in bloei toeneemt. De steeds vermeerderende toevoer van patiënten maakt uitbreiding van gebouw en vermeerdering van medisch personeel dringend noodig.

Men hoopt en bidt steeds, dat God onzen Dr. ScHEURER nog eens geheel van zijn krankheid hei^telle, opdat hij, naar den wensch van zijn hart, zijn medischen arbeid op het zendingsterrein kan hervatten.

Het verslag bevat een schrijven van den waarnemenden geneesheer-directeur Dr. PRUYS aan het bestuur, waarin deze belangrijke mededeelingen doet o. a. omtrent de opening in Februari j. 1. van het hulphospitaal te Randoe Goenting, „gebouwd en betaald door landhuurders en vorsten terwijl wij er ons werk mogen doen" zooals de dokter schrijft. Bij die feestelijke opening werd aan de desahoofden en hollandsche employés verteld, dat nn hier voor zieke lichamen, maar ook voor arme zielen, die aan de vertroosting van Jezus Christus behoefte hebben, een hospitaal was ontsloten.

Verder een schrijven van den directeurgeneesheer aan den Amsterdamschen Kerkeraad waarin hij o. m. aandringt op het uitzenden van een derden geneesheer en ook een statistiek van het aantal lijders, de gedane operaties enz. overlegt. Eindelijk een opwekkend schrijven van Dr, ScHEURER aan het bestuur in Juni 1.1. van uit ERMELO gezonden.

Het Verslag vermeldt, dat in dit jiar geen verandering in het personeel is gekomen en voegt er een plaatje, waarop schier heel het personeel is afgebeeld, aan toe. Waar het in bijzonderheden omtrent het personeel treedt verzuimt het bestuur niet ook hier te wijzen op de groote beteekenis, die het hospitaal te Jogja ook voor al de andere zendingsposten op Java heeft, o, m. wijl deze meest van daar hun grondig onderlegde helpers en verpleegsters en verplegers krijgen.

Deze groote beteekenis van het hospitaal te JOGJA wordt ook in het licht gesteld door MEVR. ESSER—RUTGERS in een in-gezellig schrijven, dat zij van uit POERBOLINGO, waar zij aan de zijde van haar echtgenoot, den zendeling DR. E. J. ESSER arbeidt, aan het bestuur zond.

Ik releveer dit zoo met opzet, omdat het de blijkbare bedoeling van het Verslag is om, nu ook kleinere zendingshospitelen zijn opgericht, de belangstelling in dat van JOGJA, met name als ^(r; > /«»^ri!of„kernschoor', levendig te houden. In onderscheidene plaatsen van ons land zijn in dit jaar afdeelingen opgericht van de Vereeniging.

Aan den Amsterdamseben Kerkeraad tot welks zending het Petronella-Hospitaal behoort, kon het Bestuur der Vereeniging in het eerste halve boekjaar, (April—October 1909) /s 24o.4rl/2, in het tweede halfjaar (OctoDer 1909 — April 1910) /5 977 03I/2, als steun bieden.

Het Bestuur der Vereeniging „Dr. Scheurer's Hospitaal" is dus samengesteld: MEJ, H. S. S KuYPER, Presidente; MEVR. C. VAN EEGHEN— VAN MARLE, Secretaresse; MEVR. J. A. MON NIK—VAN SCHELVEN, Penaingmeesteresse; MEJ. C. M E. KuYPER, 2e Secretaresse en MEJ. L. B. V. SCHELVEN, 2e Penningmeesteresse. Adviseur PROF. DR. F. L. RUTOEES.

Onder de Bijlagen van dit verslag is ook opgenomen een mededeeling omtrent den zeer gewaardeerden arbeid der „Naaivereenigingen van Dr. Scheurer's Hospitaal.”

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 30 oktober 1910

De Heraut | 4 Pagina's

Leestafel.

Bekijk de hele uitgave van zondag 30 oktober 1910

De Heraut | 4 Pagina's