GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

AAN VRAGERS,

Oate lezeres J, H, W, te B, schrijft:

In „Onze Taalschat", 3e stukje, 3e studiejaar, ordt op blz. 40 gevraagd, de beteekenis van preekwoorden, waar o, a, er twee bij zijn, aarvan ik geen verklaring weet, nl, van: Terwijl de visch kookt, smelt de boter", en: Wat zich onder den.draf mengt, eten ds zwijnen". aarne zag ik hierop een artïvoord, alsook, aarom men van „bcoodetende profeten" spreekt.

In de eerste uitdrukking dient „smelt" opevat als raad of gebod, 't Wil zeggen: terwijl et eene geschiedt, doe vast het andere, dat er ij behoort. Wacht niet met het laatste tot het erste is afgeloopen. Kort gezegd: woeker met en tijd.

Hierbij dient echter wel opgemerkt, dat men ooit twee dingen gelijk moet doen, die beide venveel zorg vereischen. Dan geldt het woord an Jan de Wit: maar éen ding te gelijk.

Het tweede gezegde is een waarschuwing om ich niet tot verkeerde dingen te begeven, zich iet in zaken te mengen, waarbij men vooruit kan zien, dat men gevaar loopt. Een Fransch spreekwoord zegt: Wie zich tot een schaap aakt, wordt door den wolf opgegeten.

Wat de laatste vraag betreft, de uitdrukking „broodetende Iprofeten" is waarschijnlijk ontleend aan % Kon, %% vs. |, 4, 13, waar wij lazen; En Achab had Obadja, den hofmeester, geroepenj en Obadja was den Heere zeer vreezendej want het geschiedde, als Icebel de profeten de« Heeren uitroeide, dat Obadja honderd profeten nam, en verbergde ze bij vijftig man in een spelonk, en onderhield ze met brood en water,

En verder:

Is mijnen heere niet aangezegd, wat ik gedaan heb, als Izébel de profeten des Heeren doodde ? Dat ik van de profeten des Heeren honderd man heb verborgen, elke vijftig man in eene spelonk en die met brood en water onder< houden heb?

Het beduidt dus eigenlijk profeten (d. w. z, personen die iets leeren of verkondigen) die op kosten van anderen leven,

In den regel echter bedoelt men er mee menschen, die veel praats hebben en doen of zij het weten, doch bij wie geen ware wijsheid woont. Zij spreken of profeteeren slechts in hun eigen belang en voordeel of om eer en aanzien. Zij hebben geen hooge roeping als de ware profeten, en zijn dus niet te vertrouwen,

De Socialisten noemen menschen uit lageren stand veelal Prolétariërs. Weet men ook wat die naam beduidt? B.

Die nasm stamt uit het Latijn. In de oudste tijden van Rome, toen het nog koningen had, zes eeuwen vóór Christus, was het volk verdeeld in 6 klassen. De lasgste van deze vormden de Proletaril. Zij betaalden slechts een gering hoofdgeld. Hun naam komt af van een woord, dat beduidt kinderen. Dit ziet hierop, dat zQ den Staat van nut waren, zoo niet door het betalen van belasting, dan door hun kinderen, die tot nuttige burgers konden opgroeien.

Door El. te L. wordt gevraagd, wat bedoeld wordt met „de vijf Arkeldorpen".

Het geslacht van Arkel is uit onzen grafelijken tijd wel bekend, 't Gebied van Arkel lag van Gorinchem oostwaarts en omvatte o. a. die stad en voorts Leerdam, Asperen, Heukelom, Hage> stein en meer.

In dit gebied liggen „de vijf Arkeldorpen op den dijk", alle gesticht door heer Fop van Atkel. Het zijn Aikel, .iPietveld, .STedichem, .£esterwijk (Oosterwijk) en Zeerbroek, De eerste letters dier namen vormen het woord Arkel.

Zoudt tt ook een uitlegging kunnen geven, vraagt W. te B, , van hetgeen we lezen^in Richteren i : 14 en 15.

Wij lezen in vs, 10 en verder, hoe de stam Juda na Jozua's dood optrok om de Kanainieten, die nog in het Zuiden des lands woonden, te verdrijven. De aanvoerder der mannen van Juda was de oude, maar nog krachtige Kaleb. (Men leze Jozua 14).

Eerst werd Hebron overwonnen, toen lag het sterke Debir of Kitjath-Sepher aan de beurt. Nu beloofde Kaleb zijn eecige dochter Achsa hem, die deze stad zou innemen. Dat nu doet, Othniël, een bloedverwant van Kaleb, en krijgt Achsa tot vrouw. Dan lezen wij: En het geschiedde, als zij tot hem kwam, dat zij hem aanporde, om van haren vader een veld te begeeren; en zij sprong van den ezel af; toen zeide Kaleb tot haar: Wat is u? En zij zeide tot hem: Geef mij eenen zegen; dewijl gij mij een dor land gegeven hebt, geef mij ook waterwellingen. Toen gaf haar Kaleb hooge wellingen en lage wellingen.

Dit nu hebben we ons zoo voor te stellen:

De bruigom kwam zijn bruid halen. Achsa, niet tevreden met het land dat zij als huwelijksgift van haar vader had ontvangen, spoort haar bruigom nu aan haar vader te bewegen hun een waterrijk, vruchtbaar veld te geven. Othniöl echter doet dat liever niet, al is Kaleb ook rijk en bezitter van goed land. Nu zal Achsa 't zelf maar vragen.

Zoodra ze haar vader ziet, springt zij van haar ezel, waarop zij rijdt, en loopt op Kaleb toe, die vraagt wat zij wenscht. Nu zegt zij: Geef mij nog wat meer, dan gij mij reeds geschonken hebt. Dat is voor mij, aan welstand gewoon, noodig. Gij gaaft mij een dor land; geef mij nu ook een veld met bronnen (waterwellingen).

Vader Kaleb voldeed aan het verzoek zijner dochter. Zij ontving hoogland en laagland, beide voorzien van water, dat vooral in het Oosten lang niet overal wordt gevonden.

HOOOENBIRK,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 13 oktober 1912

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 13 oktober 1912

De Heraut | 4 Pagina's