Officieele Berichten.

L. S.!

De Particuliere Synode van Groningen heeft het noodig geoordeeld, ook door de Pers, de algemeene aandacht te vragen voor het toenemend tekort aan dienaren des Woords in de Gereformeerde kerken in Nederland.

Zij zag daarbij niet voorbij, dat de zwakke maatschappelijke positie als eene der oorzaken van dezen toestand genoemd moet worden, en nam maatregelen om te bevorderen, dat de bepahng van tractementen in overeenstemming kome met de belofte, dat de dienaar des Evangelies ook zonder zorg zal kunnen leven.

Maar zij erkende ook, dat dit tekort aan dienaren er wel niet zou wezen, indien de voortreffelijkheid en het hooge gewicht van den dienst voor elk terrein des levens genoegzaam werd erkend. En zij besloot daarom nog eens met nadruk daarop te wijzen.

Het Koninkrijk Gods en Zijne gerechtigheid is en blijft toch het eerst en hoogst, ja eenig noodige voor eiken mensch. En dienaren Gods te mogen zijn om er voor te arbeiden, dat dit erkend, gezocht, en altijd meer daaruit geleefd worde, blijft daarom ook het voortreffelijkste werk waartoe de Heere ons roept, en waarvoor wij Hem dienen mogen.

Het Woord Gods wijst er nadrukkelijk op, dat het welbehagen is van den Heere des oogstes, menschen als arbeiders in Zijnen oogst te gebruiken, en hun de plaats te geven van medearbeiders Gods. En dit is de hoogste eer waartoe Hij hen verwaardigt.

Heeft de Gemeente de roeping, om ook aan de overheden en machten in den hemel bekend te maken de veelvuldige wijsheid Gods, dan zijn zij, die van Christuswege gezonden zijn, om haar daarbij te mogen dienen en leiden, onder de voortreffelijksten geplaatst. En daardoor zelfs boven de engelen, die op de hoogtepunten der openbaring, als in Bethlehem en in Jozefs hof, een enkele boodschap Gods brengen, maar zien dat het menschen zijn, die geroepen worden om het Woord des Evangelies verder uit te dragen, tot naar alle volkeren.

Is er eenige levensroeping, die liefelij ken arbeid oplegt, dan is het de arbeid van hen die vrede verkondigen, die het goede verkondigen.

En ook, zelf begenadigd zondaar zijnde, is het te allen tijde als het uitnemendste voorrecht erkend, gezant van Christus te mogen zijn, om, alsof God door hen bade, te mogen bidden dat zondaren zich met God laten verzoenen.

Wordt dan al eer van iiienschen daarbij onthouden, dan wordt daardoor toch het oordeel over de waardij van het ambt niet veranderd.

En ook als 't hoogste aardsche voordeel aan dezen dienst niet is verbonden, dan moge toch niemand daardoor geleid of weerhouden worden.

Er is rijker eer en liefelijker voordeel in de hooge eer en uitnemende verkwikking, welke de Meester aan allen die Hem hierbij dienen, beleefd heeft, deels reeds in dit, maar ten volle in het toekomende leven, wanneer zij die in weinig getrouw zijn geweest, over veel worden gezet bij het ingaan in de vreugde huns Heeren. En intusschen blijft de arbeid zelf van het hoogste gewicht en de uitnemendste beieekenis, waar deze. dient om de geesten te doen kennen die het leven beroeren, om te wapenen tegen den invloed hunner verleidingen, om te sterken tegen de stroomingen die ten verderve voeren, om te doen stand houden in verzoeking en strijd, om te roepen tot den vrede der verzoening en de vreugde der heiligmaking, en i. .e w. om te arbeiden aan de volmaking der heiligen. Daarom gaat de opwekking uit, dat dit toch weer meer algemeen erkend worde, door de jongeren bij het begeeren eener levensroeping, en door anderen bij den invloed welken zij daartoe pp hen uitoefenen. Maar dan geldt voorts ook hier, dat wie het doen wil, ook de middelen moet begeeren en verschaffen.

Dat spreekt tot de meergegoeden, dat zij hun geld toch niet te Hef zullen hebben, om het te geven voor de opleiding van hun kroost, alsof het een min gunstige belegging zou zijn. En het spreekt tot allen, dat zij toch niet nalaten een behoorlijk deel van hun geld af te zonderen, om anderen in hunne opleiding te steunen.

De Heere is de vrijmachtige om ook uit de eenvoudigste kringen sommigen te bedeelen met gaven van hoofd en hart, welke in Zijn dienst noodig zijn. En om ze te roepen uit hen, die in andere kringen opgevoed, toch niet de kosten der opleiding kunnen dragen.

En zijn het dan geen ontrouwe rentmeesters, die niet krachtig meewerken om dezulken te steunen; zoodat wij ten slotte zouden moeten erkennen: De Heere schenkt wel de gaven, maar Zijn volk heeft er van Zijne goederenzoo weinig voor over, om deze gaven te ont\vikkelen, dat zij daardoor werkeloos moeten blijven?

Dat zou ook eene ernstige aanklacht zijn, en eene slechte rekening van ontrouwe rentmeesters.

Daarom sta naast de herinnering aan de hooge voortreffelijkheid van het ambt der Dienaren des Woords, ook de krachtige opwekking, dat een iegelijk doe wat de hand vindt te doen, om te bevorderen, dat elk die geacht mag worden innerlijke roeping te ontvangen, den weg tot de opleiding geopend vinde door krachtige offervaardigheid van allen, die de Gemeente des Heeren beminnen en het goede voor haar zoeken.

Wanneer zij dan ingaan kunnen tot het werk der bediening, zal er zeker niet minder bereidwilligheid zijn, bij allen naar vermogen, en bijzonder bij de meergegoeden, ojn te toonen dat voor den dienaar des Woords niet minder voldoende wordt gezorgd, dan voor den student die zich voorbereidt; zoodat het niet langer voorkomt en er niet een aanklacht uitgaat van de benauwende toestanden, waarin meerdere Gemeenten hare pastoriebewoners laten voortkommeren.

En voorts zij het in dien weg der getrouwheid de bede van het gansche Sion, dat de Koning der kerk zijn zegen doe rusten op allen arbeid die hiertoe strekken kan.

Namens de Part. Syti. van Groningen Het moderamen: igij-

J. DüURSEMA, praeses.

S. J. VOGELAAR, assessor.

P. Bos, ie scriba.

M. MEIJERING, 2e scriba.

L. S.

De kerkeraad der Geref Kerk te Axel verzoekt correspondentie of stukken, den algemeenen of bijzonderen kerkeraad betreffende, voor zooveel mogelijk te zenden aan het adres van den oudsten der predikanten. Ds. Chr. Bruins, en stukken, de diaconie rakende, te adresseeren aan den heer Jac. van Langevelde, Stationsstraat te Axel.

Namens den kerkeraad voornoemd:

Ds. J. H. LAMMERTSMA, praeses.

H. SMIES, scriba.

Axel., Dec. 1913.

Classis Gouda.

De e.k. vergadering der classis Gouda zal D.V. gehouden worden 3 Febr. e.k.

Punten voor het agendum worden vóór 2o Januari ingewacht bij eerstondergeteekende.

Namens den kerkeraad v. d. Geref. Kerk te Willige-Langerak :

J. OsiNGA, praeses.

J. SCHKP, Az., scriba.

Widige-Langerak., 17 Dec. 1913.

Kort verslag van de vergadering der classis Amersfoort bijeen op 7 October 1913.

Art. 1. Opening op gebruikelijke wijze.

Art. 2. De credentialen nagezien en de vergadering geconstitueerd.

Art. 3. Moderamen: Ds. Teerink, praeses; Ds. de Jager, scriba; Ds. Offringa, assessor.

Art. 4. Lezing en vaststelling der acta.

Art. 5. Ingekomen stukken:1. van een broeder uit S., die zich bezwaard gevoelt over handelingen des kerkeraads. Dezen, zelf ter vergadering ter zijner verantwoording, zal schriftelijk worden geantwoord;

2. van deputaten voor den arbeid in Rijn-Pruisen. Verzocht wordt om een classicaalcorrespondent. Benoemd wordt Ds. van Arkel met broeder D. C. van Stempvoort als zijn secundus;

3. van de classis Apeldoorn inzake Ds. S. Met leedwezen ervan kennisgenomen;

4. van de. deputaten voor den arbeid in Noord-Brabant en Limburg. De kerken worden opgewekt. Ds. Munnik stelt zich beschikbaar tot het houden van spreekbeurten voor dat doel;

5. van Ds. de Jonge van Sleeuwijk en beroepen naar Bunschoten A. Ze worden door Ds. Donner en Ds. Meijnen in orde bevonden.

Art. 6. Benoemingen. De broeders worden gecontinueerd, behalve de kerkvisitatoren. Hiertoe worden benoemd Ds. van Arkel en Donner met Ds. Teerink als secundus voor 't Noordelijk gedeelte, terwijl Ds. Munnik en Offringa met DS. de Jonge als secundus worden aangewezen voor het Zuidelijk gedeelte.

Art. 7. Rondvraag art. 41 D.K.O.: Baarn vraagt en ontvangt advies aangaande een grensregeling. Bunschoten A over een drietal broeders, die den kerkeraad weigeren te erkennen. Renswoude over een attestatie en een grensregeling. Mededeelingen geschieden over de kerk te V. Ze zijn van bemoedigenden aard. Westbroek vraagt en ontvangt advies over emeritaatsgeld-

Art. 8. Regeling vacatuurdiensten. Oud-Loosdrecht: Ds. Offringa; Maartensdijk: Ds. Meijnen en Knoll; Renswoude: Ds. Alunnik en van Arkel; Veenendaal: Ds. Teerink.-

Art. 9. Als roepende Kerk wordt aangewezen Renswoude. Als tijd: tweede Dinsdag van Januari, aanvang half 10. Als praeses: Ds. van Arkel. Als consulent van Maartensdijk: Ds. Offringa en van Renswoude Ds. de Jager.

Art. 10. Veel wordt gesproken iii verband met het uittreden van Ds. den Hengst en het geschriftje, dat van zijn hand daarover het licht zag. Men is algemeen van gevoelen, dat bedoeld werkje, hoe dan ook beoordeeld, in geen geval onweersproken mag blijven. Onder goedkeuring der classis zal van een der - predikanten een dergelijk verweerwoord ter perse gaan.

Art. 11. Niets meer aan de orde zijnde, wordt de vergadering gesloten.

In naam en op last der classis voornoemd.

Ds. R. DE JAGER, h. t. scriba.

Kort verslag der vergadering van de classis Assen, gehouden 14 Oct. j.l.

1. Opening der vergadering door Ds. H. W. Laman. Gezongen wordt Ps. 105 : 3, gelezen een gedeelte van 1 Joh. 5, daarna gebeden.

2. Onderzoek der credentiebrieven. Eén kerk is niet vertegenwoordigd. Inlichtingen zullen worden gevraagd. Twee kerken vaardigden mede af een br, diaken. De redenen gehoord, wordt aan deze broeders zitting met kcurstem verleend.

3. Moderamen : Ds K. van der Veen, Praeses; Ds. C. Oussoren, Scriba; Ds. H. W. Laman,

4. Als verslaggever voor de pers wordt aangewezen Ds. W. W. Smitt.

5. Het agendum wordt aangevuld met 2 punten, inhoudende : de begrooling van de kas naar art. 13 K. O. en de vasts leUing der data van de vergaderingen der Classis voor 't' volgend jaar.

6. Lezing en vaststelling der notulen.

7. Rapport der Commissie inzake de ineensmelting der kerken Smilde A en B.

8. ld. van den Classic. Corr. voor Soemba. Mededeeling wordt gedaan, dat er bij de Deputaten goede hope is, dat zij een volgend jaar bij het Ned. Bijbelgenootschap een jongeling voor taaistudie zullen kunnen voordragen. Ds. Wielenga is op Soemba en de familie Krijger op Java aangekomen. De pastorie-bouw op West-Soemba is aangevangen. Pogingen zullen worden aangewend om bij de kerken der Classis meer zendingsactie te wekken.

9. Rapport van de Deputaten voor den Evangelisatie-arbeid, Over 't algemeen gaat het met dien arbeid goed. Te Ruinen zelfs zeer goed. Ook bij Langerak gaat 't voorspoedig. Mededeeling wordt gedsian over de bijdragen van verschillende kerken in de Prov. Vermeerdering van inkomsten is noodzakelijk, waarvoor Deputaten verschillende middelen aangeven. Alle Classes staan beneden 't cijfer, dat ze volgens de begrooting moeten bijdragen.

10. Rapport van de dep. der Part. Synode. De gedrukte acta zijn rondgezonden. Eén kerk heeft ze niet ontvangen. Voorgelezen wordt, wat de Synode heeft besloten in zake den emer. Dienaar des Woord van Smilde B. De classis gaat hiermede accoord. Rapport van dep. voor kerkvisitatie. Dit rapport wordt gelezen door Ds. van der Veen. Kerkvisitatie is gehoudeji te Appelscha, Haulerwijk, Een, Norg en Roden. Het uitgebreide rapport wordt, na enkele opmerkingen, met dank aan den rapporteur aangenomen. Nadruk wordt er op gelegd, om bijaldien een gemeente zelve armen heeft, toch voor de armen een inzameling te houden.

11. Br. Beekman rapporteert over'bèl op 17 Juh j.l. gehouden Zendingsfeest, , hetwelk bijzonder geslaagd is. Ontvangsten /' 234.60. Uitgaven /' 189.82. De gehouden collecte heeft opgebracht /' 72.50. Hiervan zullen Soemba en de Evangelisatie-arbeid in Drenthe elk /' 36.25 ontvangen. Op de komende Februari-classis zal een commissie nieuwe voorstellen indienen betreffende een opnieuw te houden classicalen Zendingsdag. Het rapport wordt met dank aan den rapporteur aangenomen.

12. De Dep. voor art. 13 deelt mede, dat ia de verhoudingscijfers voor de uitkeering voor 't volgend jaar geen verandering is aangebracht.

13. De boeken van de Comm. voor den Cl. Zendingsdag zijn nagezien en acqoord bevonden.

14. Ingekomen stukken: Ie. De acta van het Congres voor Evangelisatie, gehouden 8 en 9 April jl. Ze worden met dank aanvaard en voor 't archief bestemd. De Cl. verklaart zich bereid om het volgend Congres door een financieele bijdrage steun te bieden. 2e. een missive van de Cl. Apeldoorn. Ze wordt met, leedwezen voor kenmsgevmg aangenomen,

15. Behandeld wordt een InstKictie van Smilde A, om met de Cl. Beilen in onderhandeling te treden over de grens der beide Classes. Aan de kerken van Assen en Smilde A wordt opgedragen deze zaak ter hand te nemen.

16. De rondvraag naar art. 41 wordt gehouden. Eén der kerken vraagt een aanbeveling voor een coU. voor een op te richten Chr. School. De Cl. is hiertoe niet ongenegen, mits deze kerk zglve eerst haar kracht heeft ingespannen. Een belangrijke discussie ontspint zich over het kerkelijk toezicht op het Geref-karakter van het onderwijs op onze Chr-Scholen.

17. De Cl. Corr. en Penningm. wordt herbenoemd, eveneens de Corr. voor de zending op Soemba.

18. De vacaturediensten worden vastgesteld:14 Dec. : Te Appelscha, Ds. H. W. Laman ; te Een, Ds. C. Oussoren; te Norg, Ds. J-Scholten; te Smilde B, Ds. K. v. d. Veen; te Vries, Ds. H. Dijkstra. 21 Jan. Te Een, Ds. H. Dijkstra. 15 Febr. Te Hoagersmilde, Ds. G. Groot Nibbe-

19. Data vergadering volgend ; jMrr*'JÖ'f'yébr. (aanvang voorm. hallf elf); 12 Mei en 6 October.

20. De censuur naar art. 43 wordt gehouden. 21. Lezing der korte notulen. 22. Sluiting der vergadering. Gez. Ps. 105 : 24.

Dankgebed door den voorzitter. Op last der classis :

W. W. SMITT.

Dennenoord., 15 Oct. 1913.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen