GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

DE SPEELMAN.

XV.

GESPREK.

»De goede Herder, " antwoordde de speelman, is Hij die Zijn leven stelt voor de schapen. Dat is de Heere Jezus die van Zichzelf zegt: Ik ben de goede Herder: Ik geef Mijn schapen het eeuwige leven. Hebt ge hier ook een Bijbel, dan zal ik u de gelijkenis van den goeden Herder eens voorlezen, zooals die er in staat.

Louise liep haastig heen en kwam weldra uit het tuinmanshuis terug met het verlangde. Nu sloeg de speelman Lukas 15 op en las daaruit:

»En Hij sprak tot hen deze gelijkenis, zeggende : Wat mensch onder u, hebbende honderd schapen, en één van die verliezende, verlaat niet de negen en negentig in de woestijn, en gaat naar het verlorene, totdat hij het vindt? En als hij . het gevonden heeft, legt hij het op zijne schouderen, verblijd zijnde; en te huis komende, roept hij de vrienden en de geburen samen, zeggende tot hen: Weest blijde met mij, want ik heb mijn schaap gevonden, dat verloren was. Ik zeg ulieden, dat er alzoo blijdschap zal zijn in den hemel over éénen zondaar, die zich Inkeert, meer dan over negen en negentig recht­ vaardigen, die de bekeering niet van noode hebben".

»Zie, « vervolgde hij, »zoo doet de goede Herder. Hij gaat uit om verloren schapen op te zoeken, en is blij als Hij ze vindt. Zoo deed Hij toen hij lang geleden op aarde wandelde en zoo doet Hij nog nu Hij in heerlijkheid in den hemel woont. Hij ziet neder op alle menschenkinderen en laat hen opzoeken opdat zij niet verloren gaan maar behouden worden."

»En zou Hij mij ook zien? " vroeg Louise.

«Zeker gelijk Hij alle verloren schapen ziet en liefheeft." ^ 4

> Maar ben ik er dan ook zoo een ? " vroeg het kind.»

»Ja, wij zijn allen dwalende schapen omdat wij Gods geboden niet willen doen en liever onze eigen wegen gaan dan de Zijne. Maar Hij wil allen die dwalen terecht brengen en u ook. Vraag het Hem maar en Hij zal het doen."

Hier werd het gesprek afgebroken wijl nog enkele personen voor het huis verschenen, die graag een liedje hoorden. Onze vriend moest weer zingen en spelen. Daarna ging hij wel beloond verder.

Den middag van dienzelfden dag verrastte Mevrouw Verspronk haar dochtertje terwijl deze bezig was te beproeven het eerste vers van »den goeden Harder" te zingen:

Den Harder ging uit te zoeken het lam, 't Was verloren Verloren Het en kon zijn stem niet meer hooren. Nu het uit zijn oogen bekwam 1).

Het schaap heeft gezworven op berg en duin, 't Was alleene Alleene 't Verging op bezweken beenen, Op paden eng ende schuin.

Daar vond het de Harder trouw en groot, 'tWierd gereddet Gereddet En op zijn schoudren gebeddet. Vrij van alle nood en dood.

Mevrouw keek niet vriendelijk toen zij dat lioorde.

»Kind» zei ze, hoe kun je toch uw koste-Ujken tijd zoo besteden ? Ga liever wat spelen dan zoo telkens psalmen te zingen. Dat doet men alleen in de kerk en komt hier niet te pas."

»Maar Mama het is geen psalm» antwoordde Louise, »het is een vers uit mijn prentenbijbel.

»Nu ja» zei Mevrouw die daar niet zoo veel onderscheid in zag, dat komt al zoo wat op hetzelfde neer. Je bent nog veel te jong en te klein om je met zulke ernstige dingen bezig te houden. Dat doen we des Zondags in de kerk en daar spreekt de Pastoor, ik wil zeggen, de Dominee over. Je moest nu liever je met wat aangenamers bezig houden.»

»Maar ik mag toch wel in den prentenbijbel kijken ? » vroeg Louise.

Het ging moeilijk daarop neen té zeggee, vooral wijl Mevrouw zeer goed wist hoe haar echtgenoot daarover dacht. Ze gaf dus geen rechtstreeksch antwoord, maar zei alleen:

»Ik zou graag zien dat je een vrolijke meid werd en vriendinnetjes had uit je stand. Je moet wel bedenken dat menschen als de tuinman en de speelman ver beneden ons staan".

Dat Louise hiervan een juist inzicht had is zeer te betwijfelen, immers zoo als Mama dacht, kon het kleine ding moeilijk ook denken, wijl zij zeker niet zou begrepen hebben, althans niet ten volle, in hoe verre de een boven den ander staat. Het is trouwens een vraag die dikwijls niet zoo dadelijk valt te beantwoorden. Doch wel weten we uit het Woord des Heeren dat Hij rangen en standen in de maatschappij heeft gesteld. »Rijken en armen ontmoeten elkander», zegt de Schrift, de Heere heeft ze beiden gemaakt.

sMaar die man mag toch zeker nog wel eens een mooi vers zingen ? « vroeg Louise.

»0 zeker kind ! Maar ge moet niet met hem gaan praten alsof hij uw gelijke was. En ook heb ik liever niet, dat hij u allerlei godsdienstige dingen uitlegt. Dat kan de juffrouw veel beter doen en later de Dominee als je bij hem gaat leeren.»

Het kind gaf geen antwoord maar was blijkbaar teleurgesteld en liep heen. Doch plotseling keerde zij terug en vroeg, terwijl zij Mama met groote oogen aanzag:

sMag ik nu met den tuinman ook niet meer praten? »

Zeker mag je dat en met den speelman ook. Ik wil alleen maar dat je met hen spreekt over hetgeen waar zij wat van weten en over gewone dingen. Voor godsdienstige zaken is de geestelijkheid" voegde mevrouw er ter opheldering bij. Zij had het in de Roomsche kerk in haar jeugd zoo geleerd, en was blijkbaar nog niet beter onderricht.

Louise verliet de huiskamer en ging — wat haar moeder zeker niet gedacht zou hebben ^— regelrecht naar het huis van den tuinman. Daar vroeg zij nu om den Bijbel. De tuinmansvrouw hielp haar om Lukas 15 te vinden, en weldra zat de kleine meid verdiept in de lezing van de treffende gelijkenis, die haar reeds meer had bezig gehouden. Toen die uit was ging zij voort en las voor het eerst van haar leven in den Bijbel zelf van den verloren penning en den verloren zoon. Het een verduidelijkte het ander en toen zij het boek eindelijk sloot was zij vrij wat wijzer dan bij het openen. Dat kan helaas niet van aüe Bijbellezers gezegd worden.

1) Verdween.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 26 juli 1914

De Heraut | 2 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 26 juli 1914

De Heraut | 2 Pagina's