GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Geen willekeur.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Geen willekeur.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Men vraagt ons, of belijdende leden der Gereformeerde "Kerk. wanneer ze met een kerkelijke attestatie naar elders verhuizen, zich dan kerkelijk mogen aansluiten bij een gemeente, waartoe zij burgerlijk niet behooren, ook wanneer in hun eigen burgerlijke geme< ; nte een Gereformeerde Kerk gevonden wordt, waarin "geregeld Bediening des Woords en der Sacramenten plaats vindt, en voorts of een Kerkeraad in zulk een geval deze attestatie mag aannemen en zulke leden als leden zijner Kerk mag boeken ?

Ons antwoord daarop is, dat zulk een handelwijze zeker niet van willekeur is vrij te pleiten, ingaat tegen de kerkelijke orde en daarom ook door de Kerken, ' wie 'ulks aangaat, niet in de hand mag worden gewerkt. Indf; (n elk lid naar eigen willekeur zich zou kunnen voegen bij een naburige Kerk, om daarvan lidmaat te worden, dan zou de plaatselijke Kerk geheel ontbonden kunnen worden en te niet gaan. Het feit, dat we ons ergens metterwoon vestigen, is niet toevallig, maar staat onder de voorzienigheid Gods, die, gelijk de Schrift zegt, onze woonplaats verordineerd heeft. En waar God de Heere nu wil, dat op deze plaats Zijne Kerk tot zichtbare openbaring zal komen daar behooren «//^geloovigen, die op zulk een plaats wonen, zich ook bij de Kerk te dier plaatse aan te sluiten en niet bij een Kerk in een andere plaats. Geldt dit van degenen, die op zulk een plaats wonen, dan geldt dit evenzeer van degenen, die er zich later metter^'oon vestigen. De brieven van de Apostelen, die gericht zijn aan de geloovigen op een bepaalde plaats (Corinthe, Rome, Thessalonica) gaan uit van de onderstelling, dat al de geloovigen, die daar wonen, éen plaatselijke Kerk vormen. Dat een geloovige, die te Rome woonde, lid zou wezen van de Kerk in Corinthe, is een ondenkbaar iets. De Apostel zou, wie zulk een extravagantie wilde, hebben toegevoegd, dat God een God van orde is ook in de gemeente. Het is daarom natnurlijk ook ongeoorloofd, dat een Kerkeraad zulk een attestatie zou aanvaarden en als lidmaat zou inschrijven, wie tot een naburige Kerk behoort. Zulk een Kerkeraad zou daarmede ingrijpen in de rechten van deze andere Kerk en zich schuldig maken aan wat de Apostel Petrus noemt > het zich bemoeien met een anders doens, of geliik er eigenlijk staat: et zich een geestGÜji. opzicht aanmatigen over degenen, die niet onder ons gesteld zijn '(I Petrus 4 : 15). Mocht zoo iets voorkomen, dan zou de Kerkeraad, die door zulk een ingrijpen in zijn rechten verongelijkt werd, zich op de meerdere vergaderingen hebben te beroepen. De kerkelijke grenzen zijn niet door iedere Kerk, maar door de Kerken gemeenschappelijk vastgesteld en kunnen daarom door ééne Kerk niet eigenmachtig gewijzigd worden. En het opzicht over degenen, die binnen de grenzen dezer Kerk wonen, is aan den Kerkeraad van die plaats en aan hem alleen toevertrouwd.

Natuurlijk kunnen er gevallen voorkomen, waarin de zoogenaamde kerkelijke grenzen van eene gemeente tot moeilijkheden aan leiding geven. Wanneer de grens zóó loopt, .dat degenen, die vlak bij een naburig kerkgebouw wonen, daardoor verplicht zouden worden uren te wandelen om naar het eigen kerkgebouw te gaan, dan is er reden om zulk een gedeelte van de gemeente aan de naburige Kerk ter verzorging toe te vertrouwen. Maar dit moet dan altoos geschieden door wederzijdsch goedvinden van de daarbij betrokken Ker-^ keraden, desnoods, door uitspraak van de Classis, wanneer er geschil bestaat, maar het mag niet geschieden doordat de ééne Kerkeraad ingrijpt in het rechtsgebied van den anderen Kerkeraad en de leden, die daar wonen, onder zijn toezicht neemt, zonder dien Kerkeraad daarin te kennen. De eenige uitzondering, die onze Generale Synode op dezen regel heeft toegelaten, is, dat 'met het oog op saamsmelting der beide Kerkengroepen aan ieder, die vroeger " tot een naburige Christelijk Gereformeerde (of Nederduitsch Gereformeerde Kerk) behoorde, de vrijheid is gegeven om bij deze Kerk te blijven behooren, ook al bestond er of al werd er later een Gereformeerde Kerk op zijn plaats geïnstitueerd. Dit gold echter alleen voor de personen, die reeds bij deze Kerk waren aangesloten door belijdenis des geloofs, maar niet voor de kinderen uit zulke gezinnen geboren. Het is echter de vraag, of deze voorloopige uitzonderingsmaatregel thans nog reden van bestaan heeft, nu de vereeniging der Kerken reeds meer dan een kwart eeuw geduurd heeft en de beide groepen geheel saam zijn gaan leven. En in elk geval geldt deze uitzondering alleen voor degenen, die er reeds woonden, niet voor degenen, die er zich metterwoon komen vestigen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 31 maart 1918

De Heraut | 4 Pagina's

Geen willekeur.

Bekijk de hele uitgave van zondag 31 maart 1918

De Heraut | 4 Pagina's