125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 22

soevereiniteit in eigen kring

in dat jaar 80 studenten ingeschreven, allen van het mannelijk geslacht.6 De wereld van de vu was inderdaad een kleine en overzichtelijke wereld, en dat niet alleen vanwege het klein aantal betrokkenen. De socioloog D. Th. Kuiper heeft in zijn dissertatie de kerngroepvorming zorgvuldig geanalyseerd.7 Van meet af aan is zij aanwijsbaar geweest en ze nam toe naarmate de populatie in omvang groeide. Ik geef enkele voorbeelden. Curator A. Brummelkamp, de zoon van de afgescheiden predikant A. Brummelkamp, was gehuwd met een dochter van Is. Esser, een kritische medestander van Kuyper, directeur van 1880 tot 1885.8 Esser was in zijn tweede huwelijk getrouwd met een zuster van directeur W. Hovy, zijn zonen uit zijn eerste huwelijk trouwden met jongere zusters van zijn tweede vrouw, zijn zoon Bernard Jonathan trouwde met een dochter van Rutgers; Kuyper zag in 1900 zijn zoon Herman tot hoogleraar benoemd; Rutgers’ zoon Victor, getrouwd met een dochter van W. Hovy, werd in 1928 hoogleraar aan de juridische faculteit; Rob Woltjer, de zoon van de hoogleraar klassieke letteren J. Woltjer, werd in 1904 aan de literaire faculteit benoemd en A. F. de Savornin Lohman werkte in de juridische faculteit samen met zijn zoon W. H. de Savornin Lohman. De broer van Fabius was van 1883 tot 1888 directeur; de in 1918 benoemde historicus A. van Schelven was een zoon van de bekende predikant en curator B. van Schelven, bijgenaamd ‘de paus van Amsterdam’, die via de huwelijken van zijn kinderen geparenteerd raakte aan C. M. E. van Löben Sels, onder meer vu-directeur, A. J. W. Monnik, curator van de vu en J. Woltjer.9 En, als laatste voorbeeld, J. H. Houtzagers, de eerste student die zijn kandidaatsexamen deed, trouwde met J. J. R. Ruys, dochter van de Amsterdamse notaris G. Ruys, een trouw vriend en aanhanger van Kuyper. Kortom, men kende elkaar uit de kerkelijke of politieke strijd en men was of werd familie van elkaar. In de decennia die volgden zou dit leiden tot een eigen sociale gelaagdheid van de vu-populatie, onder meer tot uitdrukking komend in de verschillende atmosfeer die in de disputen heerste. Hoe nauwer verwant met de ‘founding fathers’, hoe hoger op de sociale vu-ladder. Deze intimiteit van de vu-populatie, ververst en aangevuld door het toetreden van ‘homines novi’, zou tot ver in de jaren vijftig, zo niet langer, blijven bestaan.10 Pas met de grote groei van de Nederlandse universiteiten als gevolg van de ‘babyboom’ en met de toenemende secularisatie zou deze vorm van intimiteit verdwijnen.

Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 21

21

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen