1932 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 42

38 met het palaeo- of neolithicum is te vergelijken, nu nog op dat peil staan, dan wel ten slotte door degeneratie, als ik Dr. Verloop wel begrijp, op dat punt zijn aangekomen. Daarmee wil hij wellicht ook langs dezen weg argumenten zien bijgebracht voor een mogelijke soortgelijke degeneratieve verklaring van den Neanderthaler mensch, als door Dr. Qerbrandy is aangeroerd. Spr. moet hierop antwoorden, dat hij dezen kant der kwestie niet bestudeerd heeft. Ook in verband met de nog ongefundeerde gedachte der degeneratie, die meermalen is uitgesproken, zou het wel belangwekkend zijn, als men deze zijde van het vraagstuk eens in studie nam. Het is juist sprekers streven, dat van zijn voordracht de prikkel tot objectief onderzoek van vondsten en feiten in onze vereeniging uitgaat. /\an Dr. W. J. R. Schouten wil spreker gaarne toegeven, dat de besproken praehistorie als wetenschap in zijn gegevens en de exactheid der resultaten, niet met de astronomie is te vergelijken. Wat betreft het aantal gaaf gevonden schedels, daarop is ook moeilijk met 't enkel noemen van een bepaald getal te antwoorden. Waarschijnlijk is niet één schedel in den meest strikten zin gaaf te noemen, pl.m. een 15-tal schedels van den Neanderthaler is redelijk goed bewaard. Verder zijn er talrijke andere skeletstukken terecht gebracht. De bedoeling van het referaat was er op te wijzen, dat met dit betrekkelijk weinige materiaal van orthodoxChristelijk standpunt nog niets was aangevangen, evenmin als met de groote lijnen van de moderne biologische wetenschap. Spreker is het met de heeren M. Gerbrandy en Diemer geheel eens, dat wijsgeerige verdieping voor de behandeling dezer vragen zeer noodig is, maar dan toch niet alleen van boven af zonder nauwkeurige natuurwetenschappelijke verwerking der feiten en vondsten. De heer De Graaf meent, in tegenstelling met Dr. Gerbrandy, dat de Neanderthaler geen mensch is geweest, althans acht hij dat zeer twijfelachtig. Hieruit blijkt wel hoe moeilijk het wordt op ons standpunt de gegevens te verwerken, wat spreker in zijn resumé reeds had geconstateerd. /lan den heer Bruin kan spreker mededeelen, dat er in de serie's van menschenschedels, naar den ouderdom gerangschikt, groote tijdshiaten zijn. De verspreiding der Neanderthalerschedels is vrij groot, al zijn Midden-Frankrijk, Zuid-West-JDuitschland en België wel een centrum der vondsten.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen