GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Betrekkelijk of volstrekt - pagina 14

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Betrekkelijk of volstrekt - pagina 14

Redevoering ter gelegenheid van de 80ste Dies Natalis der Vrije Universiteit te Amsterdam

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

te ver, de strafwet te bestempelen als de magna charta van de misdadiger. Van het belang dat willekeur, dank zij de verbindende kracht der wet, geen onheil kan aanrichten, is bijna ieder overtuigd. Ook in die landen waar de rechter door zijn vonnissen meer invloed heeft op wat als recht gelden zal dan dit in ons land het geval is, erkent men de wet als grondslag voor de rechtshandeling. Is daarmee alles gezegd? De wet moet worden uitgelegd en nu eens zal de wil van de wetgever, dan weer zullen de woorden der wet, vaker nog de mening van hen die het recht toepassen en zich schikken naar de behoeften van het leven, d e doorslag geven. Voorlopig is er heel wat aan te voeren ten gunste van de mening, dat men bepalingen niet moet uitbreiden tot gevallen waarvoor ze niet geschreven werden. Om al analogiserend belediging onder mishandeling te begrijpen, is dwaas ^®). Maar waar houdt de interpretatie op en begint de analogie? Men zegt dat de eerbied voor de wet en de bescherming van de onderdaan tot afwijzing van analogische wetstoepassing nopen. Men houdt het voor een kwahjk teken, dat absolutistische landen en ideologisch gebonden juristen bij de verdediging der analogie vooraan stonden. Dat is metterdaad waar. Feiten laten zich niet loochenen. Het zijn eveneens feiten dat het fascistische Italië in het wetboek van 1930 de analogie niet opnam welke door een democratisch land als Denemarken werd aanvaard — de Engelsen moet men niet als een de analogie toepassend volk uitspelen *®) — en dat democratische juristen, in Nederland Pompe ^^), bereid waren de analogie te bepleiten. Het Nederlandse strafrecht bevredigt het rechtsbewustzijn van de overgrote meerderheid der natie. Het is bepaaldelijk niet een strafrecht dat politiek zozeer eenzijdig is, dat het hun die staatkundig van de machthebbers verschillen, nagenoeg of in het geheel geen plaats gunt. Het stelt zich niet volsti'ekt in dienst van een maatschappelijke orde met de daaraan bijna noodwendig verbonden verengingen. Het is niet sterk centraliserend, zodat de lagere rechter geen armslag heeft, of militaristisch, zodat de biu'gerlijke belangen strafrechtelijk worden verwaarloosd. Het kent de bourgeois niet als de grote vijand en ook niet ^^) E. L. van Son, De strafvordering van de landgerechten in Ned. Indië, 1942, 5, biedt als voorbeeld van een absurde hantering der analogie een door hem aan M. van Blerkom: De ontwikkeling van de poUtie-rechtspraak in Ned. Indië, proefschrift. Leiden 1916, 47, ontleend magistraatsvonnis, gewezen 9 juni 1915 in de Buitenbezittingen. ^^) Vergelijk F. W. C. van Hattum, Vrijheid en gebondenheid van de strafrechter. Tweede druk, Groningen 1947, 22 en v. ^^) In de derde druk van zijn Handboek voor het Nederlandse strafrecht, Zwolle 1950, 46 en v., aanvaardde W. P. J. Pompe voor het eerst een gematigde analogie.

12

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1960

Rectorale redes | 56 Pagina's

Betrekkelijk of volstrekt - pagina 14

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1960

Rectorale redes | 56 Pagina's