GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Jezus’ noodiging.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jezus’ noodiging.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Komt herwaai-ts tot Mij, allen die vermoeid er> belast züt, en Ik zal u rust geven. Mattlieüs 11 : 28.

Wie is het, die daar staat met uitgebreide liefde-. amien en die noodigt: komt allen tot Mij? Christus is het, de Heiland der wereld!

Wie roept Hij toch, deze Heiland? Allen, die vermoeid en belast jzijn, en velen gaan er immers moeizaam voort, beladen met zonden, moe van levensleed, , en teleurgesteld in levensidealen?

Wat belooft Hij dan dezen vermoeiden' zonde-beladenen? Dat heden nog een eind zal hebben hun rusteloos zwoegen, — dat nu balsem zal vloeien in schrijnende wonden. Hemelsche rust belooft Hij, deze Heiland, rust voor de ziel!

Nu moesten ize wel komen de velen, in onafzienbare scharen, en werpen , zich allen in de armen van dezen Heiland, die rust schenkt voor de ziel, — die droogt tranen geschreid om zonden groot.

Zoo klonk de roepstem van Christus de eeuwen door, izoo klinkt deze stem nog heden, — nèg staat Hij met geopende armen als toen, maar velen gaan voorbij, ioopen Hem opzettelijk uit den weg.

Maar hoe kan dat? Want velen waren immers de iZwoegers, en Hij wil geven zonder prijs, wat zij het meest noodig hadden, wat zij het viuigst begeerden? .

En toch .... ter ure van het avondmaal, als de heer .zijn dienstknecht uitzendt, beginnen zij zich allen eendrachtelijk te ontsch'uldigen. Eenparig wijst men de uitnoodiging af: „Neen, wij hebben eerst nog veel andere dingen te bezorgen; wij begeeren uw rust niet", en aan elke deur heeft men zijn excuses al klaar, en het antwoord, grievend juist door zijn accuraat-beleefden vorm, luidt huis aan huis: „Ik bid: u, - houd, .jniijy voor ^Verontschuldigd". • : §^ff$g0^^É0^^^''

Maar nu begrijpen wij niets niêer'va, n Zijn uitnoodiging. Kan het ook zijn, dat wij ons niet goed indenken, wie het was, die deze woorden sprak?

Kon men het Hem aanzien, dat Hij het was, die „rust" gaf?

Wie was Hij, deze Heiland? Ach, zie de Mensch! „Hij had geen gedaante of heerlijkheid; als wij Hem aanizagen, zoo was er geen gestalte, dat wij Hem zouden begeerd hebben." En toch, hoor Zijn noodiging: „Komt allen tol Mij!"

Nu begrijpen wij nog minder van Zijn uitnoodiging. Kan het ook (Zijn, dat wij ons niet goed voorstellen, welken invloed, dit komen tot Hem had op iemands eer en goeden naain? Was Zijn gezelschap zoo aanlokkelijk? Tollenaren, zondaren Het had u-zeker uw rejjutatie gekost, als • gij u er bij • gevoegd had!

De deftige geestelijkheid van die dagen, die izich voor niets ter wereld wenschte te encanailleeren, heeft een woord gesproken, dat de hoogste glorie is van dezen Heiland, maar in hun mond klonk als een schimpscheut: „Deze ontvangt de zondaars en eet met hen".

„Ja, ook gij waart met Jezlus den Nazarener", het klinkt in die dagen als een blaam, en niemand minder dan den rots-man werd het te machtig! Hij heeft hot geloochend en gezegd: „Ik ken Hem niet, en ik weet niet, wat gij zegt!"

Maar wat blijft er nu nog over van Zijn uitnoodiging? Is het geen ironie van Hem geweest? Hij, die geen plaats had, waar Hij het hoofd kon neerleggen, en dan .... „Ik zal u rust geven"?

Nu moeten wij ons niet misleiden, dat óns komen tot Hem veel gemakkelijker gaat. Wij hebben inuuers dadelijk ons argument bij de hand, dat wij onder geheel andere omstandigheden leven, en wij weten ook van een verhoogden Heiland!

Neen, maar het is als toen! Nog staat Hij daar met armen wijd-geopend, nqg' gaat de groote menigte Hem uit den weg. '

Maar wij, die zeggen gekomen te zijn tot Hem, kwamen wij werkelijk tot Hèm? Ik geloof het niet, als wij nog het allerdmkst bezig zijn met onzen „akker", de aarde, en als wij nog allerlei af wilden maken voor wij kwamen en Hem volgden.

Ik geloof niet, dat öns komen echt is, als er niét is, een verlanjgend uitzien naar Zijn komst. Wij kunnen hier on, ze pinnen zoo vast inslaan, en ons zoo behagelijfc voelen, en bij oogenblikken, op gezette tijden, willen wij ook noig wel aan J^züs denken.

Ik geloof niet, dat ons komen echt is, als het alles , zoo gemakkelijk gaat, en wij nooit iets er van ondervonden hebben, wat het zeggen wil: Hem t'e volgen, waar Hij ook heengaat, „en Zijn smaadheid te dragen.

Komen tot Hem is met Hem komen in gemeenschap^ van persoon tot persoon. Komen tot Hem is Hem aanraken, zóó dat wij voelen Zijn kracht over-vloeien in ons. Want overal waar een mensch met Christus in aanraking komt, daar stixxMut kracht van Hem uit.

Meeningen over Hem hebben, is niog niet komen tot Hem. Het hebben van een zekere meening neemt niemand ons tegen-woordig kwalijk, maar' het komen tot Heni brengt nog heden ten dage onrust (het noodzakelijke . aardsche teg'enbeeld van de hemelsche rust, die Hij ons biedtl en wekt nog altijd , snoit .en hoon van menschen.

Maar ook heden is zalig, wien de menschen smaden om Zijnen twil.

Wij dachten vaak, , dat wij tot Hem gekomen waren, maar wij kwamen tot een fantasie-beeld, dat wij voior onszelf ontworpen hadden.

Vreeselijke vergissing! Wij wisten misschien veel van Hem, en hadden zeer korrekte denkbeelden over Hem, maar het was alles-als een gordijn geschoven tusschen Hem en ons, en wij kwamen niet tot Hem! Wij vSrgaten, dat wij alleen maar moesten komen als rust-izoekenden.

Ons komen tot Hem brengt ons ook nooit tot een volledig kennen en begrijpen 'van Hem (niemand kent den Zoon dan de Vader), - maar wij zullen toch naar Zijn beeld vernieuwd worden, als wij waarlijk in Hem blijven, als de rank in den wijnstok, en Hein volgen, waar Hij ons wil leiden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 mei 1922

De Reformatie | 8 Pagina's

Jezus’ noodiging.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 mei 1922

De Reformatie | 8 Pagina's