GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Gebed en verhooring.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gebed en verhooring.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Heere, gedenk mijner als gg in uw koninkrijk zult gekomen zijn. — Heden zult gij met mij in liet paradijs zijn. Lucas 23:49, 50.

Luister goed naar dien gekruisten moordenaar; overweeg en weeg zijn gebed en weeg ze nog eens óver; en doe dat dan met behulp' van zielkundige, en andere gegevens, doch zóó, dat gij dit gebed beoordeelt „op. zichzelf", los van zijn verhooring; en — ge komt er niet mee gereed. Het ontsluit u op deze wijze zijn ware wezen niet.

Zeker, de man bidt. Maar is het geen eigenbelang? Hoevelen bidden er niet, als de wateren van den nood to-t aan de lipipen komen, en — logenstraffen hun eigen gebed, als hun de dagen worden verlengd?

Zeker, de man bidt. Hij protesteert daarmee tegen zijn rechters, zijn volk, tegen zijh medekruiseling, tegen de overgroote meerderheid. Maar' — , is dat een bewijs van omkeering, van wezenlijke omzetting en ont-zetting? Ach, het lijkt benauwend veel op zclfhandhaving heeft hij zijn leven lang wel iets anders gedaan dan: ingaan tegen de meerderheid? De rebel — hoor, - hij is nog rebelsch Wat is dat: nieuw of oud ? Nieuwe krachl, of het oude zwat? Er zijn er meer, die vóór den één zijn, omdat ze tegen den ander willen wezen Wie bewijst, dat zijn keus vóór Jezus niet een ontlading van een grimmig hart is, een hart, dat nog altijd mokt tegen de helft plus één ?

Zeker, de man bidt: Bidden is altijd, voorzoover het waarneembaar is, ' ernstig doen. Maar is hij wel geheel helder van verstand? Heeft hij' niet pas een drank, die benevelt, gedronken? Wie zal bewijzen, dat elk woord een talentpond weegt, en

meer? Zeker, hij bidt. Maar — is zijn voorstelling wel juist, zijn kennis wel rijp? Wat zal de man gedacht hebben bij dat „koninkrijk"? En wat bij' dat „komen in het koninkrijk'"? Als zelfs de discipielen nóg onkundig zijn, zal dan d& ze man klaar zijn woorden wegen? En zullen zijn woorden conform de gedachten Gods zijn? Is misschien het laatste gebed, dat Jezus in de ooren klonk, eer hij stierf, niet, laat ons zeggen: chiliastisch geweest?

Och, bezie die gebedsformule met al uw wijsheid, nuchter en eerlijk, en bezie het niet in het licht van zijn verhoor ing, — en die moordenaarsbede blijft een open vraag, waarmee ge geen raad weet.

* * *

• Vindt gij dat arm, en jammer?

Maar wat wilt ge anders?

Wie heeft ooit een gebed met dien schoonen naam kunnen noemen. Tenzij dan in het licht van de verhooring? Och, alles wordt slechts uit God verklaard. Wat het eerste is in Gods besluit, is het laatst in de uitvoering, is gezegd. Nu, zonder eenigen twijfel — .Gods genadebegrip' is in zijn besluit het eerst; en om tot de vrengde van het wegschenken van Zichzelf te komen, daartoe geeft God zelf het gebed in de ziel van den verkorene ter verlossing. Dus komt in de uitvoering, in ons leven, het gebed eerst, en de verhooring volgt daarna. Maar in Gods raad is hfbt hesluit tot het schenken van het heilgoed het eerste. En het besluit, om den akker der ziel door gebeden, open te'werken voor het zaad van Gods paradijsbloemen, dat volgt daarna in de ord© der dingen. Dus is , het eigenlijk zóó: niet het gebed verklaart de verhooring, doch uit de verhoioring wordt het gebed verklaard, en bewezen gebed te zijn. T^iet de stem van den roependen mensch doet God spreken, maar het is omgekeerd: Hij' spreekt tot Zichzelf, dat Hij tot ons van vrede wil spreken; en daarom wekt Hij ons spreken, ons bidden, ons betuigen en belijden opj. Niet de mensch verklaart God, maa.r God den mensch. Niet het gebed van dien moordenaar geeft aan den dag der kruisiging van Christus een .nieuwe geschiedenis, en dan zoo'n mooie; want Golgotha - is geen plaats van mooie geschiedenissen; daar is de dag der NOODZAAK, daar is de dag van het MOETEN, daar is de dag van het EIGEN werken Gods en de dag van den arbeid van Gods Zoon. Christus verklaart die geschiedenis, want hij maakt ze zelf. Wee Hem, als hij den moordenaar niet toespreekt en' vér-' lost; als hij loslaati wieri' de Vader greep in Zijn eeuwigen raad wee Hem, den Knecht des Heeren, als Zijn dadelijke gehoorzaamheid niet aan dien man bedient het pirofetisch oarderricht op zijn dwaalzieke en toch tot God uitgaande vraag, en als Zijn lijdelijke gehoorzaamheid niet ter helle vaart, mét het gezicht óók opi .dezen gekende des Vaders. En omdat God het wil, en omdat God dit Uur beschikt heeft, „om Zijn deugden te verheerlijken, en om de antithese uit te roepen, en om concreet te maken in één uur de aanschouwelijkheid van verkiezing en verwerping in bekeering en verharding, — en om al die dingen, die in GOD besloten zijn, en nog heel veel andere meer, daarom moet Christus heden den moordenaar toespreken van vrede, en daarom moet de Geest dien man den mojnd openbreken; en daarom moet Christus zijn. eerste kruiswoord spreken, om voor dit tweede plaats te bereiden en zooi dat tweede woord afin het eerste te verbinden door den van God gelegden tusschenschakel van een krachtig gebed van een stervenden boef. Want in het eerste kruiswoord is Christus voorbidder. Daaraan moet de moordenaar houvast krijgen. En zijn gebed neemt Christus dan ook straks juist als voo^rbidder aan: dat is: hij sluit zich aan bij het laatste, wat hij van Christus heeft gezien en gegrepen; hij heeft niet veel gegevens, maar wat hij heeft, daar zwoegt hij mee... En het is alles uit Christus, die hét eerste kruiswoord sprak, omdat hij er ook reeds den moordenaar mee zocht. In de uitvoering is het tweede na het eerste; maar in het besluit is het ervóór.

Dat is, hetgeen gezegd werd: dat gebed „op zichzell'" verklaart en bewijst niets. Och, wat is er op „zichzelf"? Niets in de wereld; en vooral op Golgotha, die plaats van noodzaak en van moeten, van strenge betaling en toerekening, van goddelijke verbintenis van oorzaak en gevolg, vooral op' Golgotha moest niemand kunnen spreken van iets, dat „op zichzelf" kan worden bezien.... Dit te zeggen, beteekent eigenlijk: Golgotha niet gezien te hebben.

* * *

Dus weet ik uit de verhoor ing, dat het gebed toch waarlijk gebed was. Ik weet uit Christus' woord de geestelijke waarde van het sp'reken van den moordenaar te bepialen. En nu ik GELOOF, nu weet ik:

hier is geen eigenbelang; de eeuwigheid zal bewijzen, dat in dit gebed zich een ziiel in Gods handen gaf; —

en het is geen protest tegen de meerderheid, ziji^ oude zonde dus; maar een treden tot de piaats? | des gerichts, en der verbrijzeling voor God, het'| nieuwe leven, en het nieuwe gezicht; —

en door - zijn nevelen — die er zijn — breekii hier goddelijk licht; — ' '

en in zijn troebel denken Jegt de Geest een klaai' gezicht op God, en die klaarheid zal overwinnen.

Bid hier, mijn ziel; en luister aandachtig naar Gods stem, die u r o e pt t. Want de toeroepingen Gods zijn de verklaring van de aanroiepingen van ons, en daarvan de Kenschetsing. Benaarstig u om uw verhooring èn uw verkiezing tot gebeden vast, te maken. '"

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 maart 1928

De Reformatie | 8 Pagina's

Gebed en verhooring.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 maart 1928

De Reformatie | 8 Pagina's