GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De arbeid onder de verstrooide; Gereformeerden  in Nederl.-Indië.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De arbeid onder de verstrooide; Gereformeerden in Nederl.-Indië.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

VI (Slot). Moeten de Kerken in Nederland finantiëel steunen?

Ik hoop, dat hetgeen ik tot dusverre over de Kerken in Indië heb geschreven er toe heeft mogen medewerken allerlei bezwaren, die bij velen in Nederland bestonden, w& g te nemen, althans tot normale proporties terug te brengen. De broeders en zusters daar hebben er recht op, dat zij in! hun zwaren strijd niet worden belemmerd door de pijnigenide gedachte, dat er in het vaderland praatjes worden rondgestrooid, die den toets der critiek niet kunnen doorstaan en waartegen zij zelf zoo moeilijk kunnen opkomen. Laat u een vreemde prijzen en niet uw eigen mond.

Maar één bezwaar heb ik nog niet onder de oogen gezien en daaraan wil ik mijn laatste artikel wijden, namelijk het feit, dat de Kerken in Nederland met een collecte de Kerken in Indië moeten steunen. Kunnen de rijke menschen in Indië niet zelf voor hun kerkelijk leven zorgen? Moet van de Kerken in Nederland, die zelf zoo vaak met tekorten worstelen en alleen door zeer voorzichtig finantiëel beleid er kunnen komen, jaarlijks een groot bedrag worden gevraagd om het kerkelijk leven daar gaande te houden?

Nu toont deze vraag, als ze zoo gesteld wordt, al onmiddellijk dat men van de zaken niet op de hoogte is. Ik laat nu rusten de vraag, of onze menschen in Indië rijk zijn. Rijken zijn er zeker onder. Maar velen behooren niet tot wat men rijken noemt. En over het algemeen wordt er in Indië goed gegeven. Uitzonderingen zijn er ook. Maar daarvoor behoeft men niet een zoo verre reis te maken, die zijn er dicht bij huis ook wel. Daarbij komt, dat het kerkelijk leven daar extra-uitgaven vraagt, die in Nederland gelukkig onbekend zijn. ledere Kerk moet daar jaarlijks belangrijke bedragen reserveeren voor het verloffonds, omdat de dien, aren des Woords op geregelde tijden methuaae gezinnen moeten repatriëeren. En wat kost het niet om een predikant voor het eerst naar Indië te laten • uitkomen I Onze menschen moesten, als ze van de zaken der Zending op de hoogte waren, deze dingen zelf al bedenken. Want van de arbeiders in zendingsdienst geldt immers hetzelfdte.

Maar deze dingen, die ik noemdei, zijn van bijkomstigen aard. Want daarin komt nog maar ten deele uit, dat men van de zaken niet op de hoogte is. Het bezwaar, dat telkens weer gehoord wordt, is, dat men van uit Nederland het rijke Indië moet steunen, omdat men daar zelf tekort schiet in liefde voor de zaak des Heeren. En in deze opmerking zitten twee groote fouten. De eerste is, dat men in Indië, in doorsnee genomen, niet teikort schiet in liefde, zooals die zich openbaren moet in finantiëele offervaardigheid. En de tweede is, dat de bijdragen uit het vaderland' niet bedoelen het kerkelijk leven in Indië mogelijk te maken, maar zeer bijzonder worden besteed aan de verzorging van de verstrooiden, wier verzorging de Kerken da.a, r blijde op zich hebben genomen, ook al wonen zij dagreizen ver van de gemeente ter hoofdplaats, maar wier verzorging dan ook kosten aari'. tijd en geld vraagt, die inderdaad de krachten der' plaatselijke Kerken te boven gaan. Als de Kerk'ea; daar de verzorging der verstrooiden niet op .zich. hadden genomen, zouden ze heel makkelijk rond kunnen komen. Dan behoefden ze de verwijten, dat er tekort aan liefde is, niet at te wachten. Dan waren haar predikanten niet geregeld weken op reiè, zoodat de plaatselijke gemeenten van hun arbeid verstoken zijn. Dan kon veel van hetgeen nu gedaan wordt voor de verstrooiden, als bijvoorbeeld de uitgave van de wekelijksche preeken, achterwege blijven. Dan ging het kerkelijk leven op de hoofdplaats veel makkelijker en genoegelijker, en goedkoopeir en waren de diensten, waarin een predikatie gelezen wordt, zeldzaamheden.

Maar dit is de eere van de Kerken daar, dat ze zich zonder uitzondering het lot der verstrooiden hebber, aangetrokken. En die verstrooiden leven soms verder weg dan de geloovigen in .Frankrijk verwijderd wonen van onze Kerken in het Zuiden des lands. Terwijl ze heel wat moeilijker zijn te bereiken. Hadden zij dat niet gedaan, ze kwamen zonder zorg tiond. Maar nu ze het wel deden inden Naam des Heeren, staan ze voor finantiëele problemen, die ze zelf niet alleen Icunnen oplossen. Niet alleen. W, ant het grootste deel der onkosten, nemen zij zelf voor haar rekening. Ze schuiven de verantwoordelijkheid niet af op de Kerken in Nederland, ze .vragen alleen dat die helpen dragen, wat voor haar zonder die hulp onmogelijk zou zijn.

Alleen-alü wij zoo de diilgeïi%eziferi; "aö^"' wij de Kerken in Indië recht. En cijfers mogen nu bewijzen, dat hetgeen ik zeide niet overdreven is. Laat ik mogen opmerken, dat deze cijfers gegeven zijn door niemand minder dan Excellentie Dr H. Colijn, die bij zijn laatste bezoek aan Indië, een paaï jaar geleden, nauwkeurig alles heeft onderzocht. En als iemand daartoe in staat is, dan is hij het.

Nu herinner ik er aan, dat het zielental van alle Gereformeerden thans ruim 4000 bedraagt. Tijdens zijn bezoek was dit veel minder, de snelle groei dagteekent, gelijk ik al opgemerkt heb, van de laatste jaren. Als wij zeggen, dat het tijdens zijn bezoek 3500 bedroeg, zijn wij zeker aan den hoogen kant. Aan zijn rapport onüeen ik nu do volgende gegevens. De totale uitgaven van de vijf, door de Deputaten voor de verstrooiden gesteunde Kerken, dat zijn de KerKen van Medan, Bandoeng, Batavia, Soerabaja en semarang, bedroegen per jaar toen — nu zijn de bedragen, weer hooger geworden — f115.000 per jaar. Daarbij houde men in het oog, da.t er nog drie Kerkeii zijn. die niet wordpn gesxeunxi, aie van u]OK]a, Aïageiang en coio, aie thans saanen 700. zielen tellen en toen, zeker 500 zielen sterk waren, zoodat de uitgaven van f 115.000 voor rekening kwamen van ongeveer 3000 zielen, groot en kledn. Bedragen, die toch wel iets zeggen. Van dit bedrag, groot f115.000 komt voor rekening van de verzorging der verstrooiden f51455 per jaar, dus ongeveer de helft. Natuurlijk dragen deze verstrooiden bij. De 370 personen, die al of niet met liuiine gezinnen, van deze verzorging genieten, brengen jaarlijks op f24000, zoodat de vijf plaatselijke Kerken bij moeten passen f27500. Het bedrag van f115.000 wordt bijeengebracht door 920 personen voor zich zelf en hunne gezinnen en van dat bedrag nemen de verstrooiden f24000 voor hun rekening, ten getale van 370. Rekent men van het bedrag, dat de Kerken bij moeten passen om de verstrooiden te kunnen verzorgen, nu af de steun, die zij uit het vaderland ontvangen, en die steun was tot nu toe f 12500, dan blijft over f15000, die door-550 personen in Indië voor hun broeders en zusters in de verstrooiing wordt opgebracht. En dan wordt het toch wel heel eigenaardig, dat tegenover deze 550 personen met hun f15000 staan ruim 700 Kerken üi het vaderland, die de gevraagde f12500 met moeite en soms zucihtend opbrengen. Van de opmerking, dat men in Indië het zelf maar klaar moet spelen en dat de hef de daar wel wat waxmer Jcon zijn, blijft in het licht van deze cijfers niet veel over. Misschien komt daarvoor in de plaats een beetje schaamte, als.men bedenkt, dat 550 menschen in Indië meer voor de verstrooiden doen dan 700 Kerken in het vaderland. En dat zij bovenidien hun predikanten weken en maanden afstaan om de verstrooiden te bezoeken. En dat ze bovendien den schijn op zich geladen hebben, dat hun hart voor de zaak des Heeren niet zoo heel warm klopt.

De Deputaten voor de verstrooiden hebben jaren lang getracht de Kerken in het vaderland voor deze dingen warm te maken. En het lukte hun ten deele. Gelukkig hebben de Kerken, te Arnhem in Generale Synode bijeen, besloten, dat het mooie werk onder de verstrooiden voortaan gesteund moet woixien met f 20.000. Door dit besluit is het mogelijk gewoirden, dat de arbeid onder hen zonder zorg kan worden voortgezet. Moge de liefde onzer Kerken! niet alleen daainit blijken, maar geve God, dat het gebed vermeerdere voor onze broeders en zusters in de eenzaamheid in Indië en voor degenen, die onder hen en aan hen arbeiden.

W. G. HARRENSÏEIN.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 januari 1931

De Reformatie | 8 Pagina's

De arbeid onder de verstrooide; Gereformeerden  in Nederl.-Indië.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 januari 1931

De Reformatie | 8 Pagina's