GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

POPULAIR-WETEN-SCHAPPELIJKE SCHETSEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

POPULAIR-WETEN-SCHAPPELIJKE SCHETSEN

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het Staten-Gollegie t8 Leiden.

n.

De wetten van het Collegium waren niet zoetsappig; "„de jeugd moest van den beginne af in strenge lucht worden opgevoed, om later met strenge lucht te kunnen opvoeden als leeraars en schoolmeesters". „Tucht was een voornaam deel eener goede opvoeding."

De eerste regent Cuchlinus vertrok, na een jaar deze functie vervuld te hebben, weder naar Amsterdam, een plaatsvervanger werd gevonden in Jeremias Bastingius, predilcant te Dordrecht.

1594 was voor de hoogeschool te Leiden een onrustig jaar. Er waren onder de studenten veel vreemdelingen; allen droegen geregeld wapenen; dikwijls waren er tusschen de verschillende clubs oneenigheden, die eindigden in vechtpartijen; de vierschaar der Universiteit trad te zachtzinnig tegen de rumoermakers pp, en als de magistraat tusschenbeide kwam, zetten de studenten de geheele stad op stelten.

De magistraat besloot om krachüg tegen de oproermakers op te treden; curatoren verboden den studenten het dragen van wapenen en vermommingen, maar niets hielp; en ten slotte werd ook het Collegium Theologicum, dat toen 39 bursalen telde, met het oproer besmet. De bursalen verskeerden dagelijks met de studenten, verstoutten zich gelijk deze, zijdgeweren en stokken te dragen, in weerwil van het streng verbod der Stalen, stoorden zich niet meer aan de huisorde, werden tuchteloos.

Bastingius, oen zachtmoedig man, zag tegen strenge maatregelen op; Berlins, die meer onmiddellijk met de bursalen in aanraking kwam, drong op „meerdere severiteil en het inroepen van der Staten interventie" aan. Eindelijk werd aan curatoren verzocht, een middel aan te geven, om de baldadigheden der bursalen te beteugelen.

Curatoren besloten, met consent der Staten, de weerspannige alumni met de straf der roede te bedreigen en lieten aan de bursalen voorlezen:

„De Curateurs.... hebben verstaen en geresolveert dat in soodanige ende gelycke ongeregeltheyden, dartelheyden ende moetwillen, niet genough en is te gebruycken straffe met woorden^ noch 'Oock schultbekenninge, die veeltyden uyt bevrcyst gemoet komen, mer dat men ten opsicht van alle anderen ooc volgen sal straffe aen den lichaeme mil die roede, de welcke soo wel alliier, als in andere welgestelde collegiën alle de bursalen gehouden worden onderworpen..."

Inplaals dat deze bedreiging de gewenschte uitwerking had, wekte zij in de hoogste male aller veronlwaardiging op. Men beloofde elkander liever Ie zullen sterven dan zulk een verachtelijke straf te ondergaan, en, wanneer een hunner er toe veroordeeld mocht worden, hem er met geweld van te verlossen. Van dezen , stond af, werd Bertius, dien zij voor hun aanklager en verrader hielden, het voorwerp van aller haat, en zij gaven zich teugelloos over aan allerlei baldadighoden en uitspiatlingen.

Meer dan negen maanden verkeerde het Collegium m dien jammerlijken toestand, totdat eindelijk de bom barstte. Bastingius verliet in October met toeslemming van curatoren, voor enkele dagen het college, en die gelegenlieid grepen de bursalen aan om eigen huis te verwoesten. Bij regenl en svibregent werden do ruiten ingeworpen, de echlgenoote van den regent werd beleedigd, de vermaningen van den subregent werden met boon beantwoord. Bertius riep de hulp van de curatoren in, die ©en onderzoek instelden, en hem gelastten den groots ten belhamel met de roede Ie kastijden en daarna in zijn kamer op te sluiten; twee gerechtsdienaren mochten hem daarbij, op zijn verzoek, assisteeren. De sirafoefening zou den volgenden dag geschieden in de woning van den subregenl, en buiten medeweten der andere bursalen. De gestrafte werd daar ontboden, aan hem hel besluit van curatoren voorgelezen, en een begin gemaakt met de kastijding; hij verzette zich hevig; zijn geschreeuw werd door zijn makkers gehoord, allen wapenden en verzamelden zich en drongen het huis van den subregent binnen; de gerechtsdienaren trachtten te ontsnappen; ze werden door de bursalen achtervolgd, die al hun woede op hen koelden; de eene gerechtsdienaar werd vermoord, de andere zwaar gewond.

De bursalen, verschrikt over hetgeen zij gedaan hadden, zochten een goed heenkomen; Bertius spoedde zich naar het stadhuis.

De klokken werden geluid, de stadspoorten gesloten, de vluchtelingen opgespoord.

Men vroeg den Staten om raad en 29 Oclober werd door dezen aan curatoren het volgende besluit gezonden:

„De Staten van Hollandt ende West-Frieslandt, ^ gedelibereerd hebbende op de excessen, geperpetreerd bij de bursalen des Collegiums Theologiac binnen Leyden, op de correctie gedaen aen den persoon van D. A., hebben verslaen, ende geresolveert dat de bursalen, tot elf in getale, in hel voornoemde Collegie thans wesende, ghehouden sullen worden inculpabel van de voorz. exceSiSen; ende hoewel andere, het voorz. collegie verlaten hebbende, wel meriteerden over de voornoemde excessen exemplarelijck ghestraft te worden, zoo werdt nochtans omme redeneUj de Stalen moverende^ verslaen, dat degene van deselve bursalen, die geapprehendeerl zijn, ende niet hebben uytlerlyck gedaen den manslagh van den bode, de voorschrovene correctie geassenteerd hebbende, in hare kamer gelegdt zullen worden te water en te brode, voor den lijd van acht dagen.... En sooveel roert dengenen, die bevonden sal worden den manslagh voornoemt gedaen te hebben verslaen de Staten dat bij de Bechters der Universileyt jegens deselve geprocedeert sal worden tol de executie incluys, sonder nochtans deselve Ie pronunlieren ofte executeren, maer sullen van het besluyt de Hooge Overheyl, ofle syne Excellentie adverteren, om by deselve daarop nader gelet en ^eordinaerl Ie mogen worden."

De academische vierschaar werd gespannen, de verdachten verhoord, en allen stemden overeen dat P. den gerechtsdienaar had doodgestoken. Deze werd gevangen genomen, in 's Gravenslein opgesloten, en daar met ongewone gestrengheid behandeld. Na omslreeks een jaar gevangen ge^e" ten te hebben werd hij los gelalen en uil Leiden en haar jurisdictie verlDannen.

Bastingius vertrok, de eerste regent, Cuchlinus, kwam weder in zijn plaats; Bertius behield zijn positie, maar had 't den eersten tijd zeer moeilijk; later werd hij zelf regent, maar onder zijn bestuur werd, volgens getuigenis zijner tijdgenooten, hel Collegium Theologicum „een broeinest van Jesuïten en Arminianen".

De wensch bij de ingebruikneming uitgesproken, dal het Collegium steeds „een tempel van onverstoorbare rust en eendracht, een trouwe voedster voor de Kerk" mocht wezen, scheen aanvankelij'k niet vervuld te zullen worden. Het regentschap van Bertius duurde slechts kort. Hij werd i" 1615 opgevolgd door Vossius, ©en beroemd phUoloog, die echter wanorde ook niet voorkomen, noch sluiten kon. De twisten in Kerk en Slaat bleven ook het Collegium beroeren.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 mei 1937

De Reformatie | 8 Pagina's

POPULAIR-WETEN-SCHAPPELIJKE SCHETSEN

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 mei 1937

De Reformatie | 8 Pagina's