Jungfrau im Abendlicht.
Tot blozens toe onthecht aan weeke wolkendracht Beeft zij in 't zonnelicht om eigen kuische pracht, Als weet ze zelv", hóe schoon door GOD zij werd gedacht.
Zij weet — in nood: kristal, dat in het vuur gaat branden Maar niet vervliet. Hoe hijgend heet zijn nu die randen. Die kermen, nóg omhoog, om d' oogst van alle landen...
De geest, nu stil gezet tot nauw vermoede zuchten. Verlost te zijn, wil naar dien vuren bergtop vluchten En spellen 't eeuwig Woord in sneeuwvervroren luchten.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 september 1937
De Reformatie | 8 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 september 1937
De Reformatie | 8 Pagina's