Haat
De Groene Amsterdammer van 27 Mei 1950 citeert uit „Daily Express" volgend inzicht:
„Een psycholoog van de Londense Universiteit, dr McKellar, heeft een grondig onderzoek ingesteld naar de haatgevoelens van 230 mensen. Daaruit bleek, dat zichvernederd-voelen verreweg de meest-voorkomende oorzaa!: van haat is. Vermoedelijk haat ge de man, die u belachelijk maakt in de club veel dieper dan de man, die u telkens weer klopt bij het promotie-maken op het kanton»-oe koestert misschien meer haat tegen de venijnige vrouw aie u uitlacht om uw kleren dan tegen de , , vamp" die erop uit is, u uw man af te kapen.
Slechts weinigen verlangen naar de dood van de mensen die zij verafschuwen. Maar daar steekt niets genadigs In. Een gehate persoon is van te groot emotioneel belang voor de hater dan dat deze bevrediging kan vinden in alleenmaar-vernietiglng. Een oog-om-oog tand-om-tand vernedering van de vijand is de vorm .van wraak die het meest wordt begeerd.
Uit het onderzoek is ook nog gebleken, dat men maar zelden de mens haat tegen wie men zijn boosheid kan demonstreren. Als boosheid moet worden onderdrukt, ontstaat de durende haat."
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 3 juni 1950
De Reformatie | 8 Pagina's