Eenige kameradviezen uit de jaren 1874 en 1875 - pagina 61
Gl
KOLONIALE QUAESTIE.
lande betrokken
Generaal
Bovendien,
zijn.
men
is
Of kon het ook
blieke opinie te Batavia gegeven heeft? die
hem
de
Atjehsche
houding
op
het
een
en
Buitenzorg,
te
einde brengen.
Atjehsche
moeten dirigeeren
zal
Maar heb
Zeg ons dan toch eens
dunkt
?
De :
Maar kan
suis, j'y reste.
waarmede
beginselen,
rechtszekerheid
van
en.
Minister
Er
dan moet ik wel tot van hier
die direct
God geve
het, tot een te
uit,
goed
vragen
:
wat uzelf van
dusver
heeft
zich
nooit
accomplis en die accep-
zijn faits
een
dat
Nederlanders
wij
de
is,
van den maarschalk Soult gebruikte
Hij heeft de uitdrukking
teer ik.
Neen. Let ik
geweest:
uitvoeriger, ampeler, duidelijker,
iets
quaestie
Heeft de
:
ontvangen voor
dan ook niet het recht den Minister
ik
verder uitgelaten dan in dezen zin
J'y
is
ligt
verband ook met de ontstentenis van een
in
de conclusie komen, dat het de Minister zelf de Atjehsche quaestie
daarin
juist
instructie
instructie voor de leiding dier quaestie,
bijzondere
de
En
?
zoekt tusschen het bewind op het
Minister
deze
dat
bijzondere
Het antwoord
tegenover Atjeh.
verband
meening over
Wij hebben den Minister gevraagd
mij verontrust.
de
dringen
dat enkelen,
zijn,
die zekere, luchthartige
zochten op te
quaestie
Gouverneur-Generaal
nieuwe
Plein
hem
gesproken hebben,
dat
iets
Gouverneur-
zoo zeker, dat de
mededeeling den werkelijken indruk van de pu-
die eerste
in
kleine natiën al
politiek
heeten, gebaseerd op
vrede kunnen hebben
?
Nu
de
meer en meer bedreigd wordt,
en
onze wapenmacht tekortschiet voor elke ernstige worsteling, Avaarin
wij
konden geraken, kan nu het verlaten van het
heeten
een
volk
berust?
yecAf «standpunt politiek
het nu goed, dat een volk als Nederland tegenover een ander
Is
?
staatkunde Ik
kan
mij
die
volgt,
ook
dan
alleen niet
in de leer
voorstellen,
van
dat
accomplis
faits
de
Minister
laatste gedachte hiermee heeft uitgesproken, en onderstel liever dat
berusten in de faits accomplis nog slechts het voorwerk
bewaakte veste van een diepere gedachte achter
Was die
waar de wel-,
schuilt.
deze Minister zoo gelukkig als de vorige Minister van Koloniën,
hem nog
begrijpen.
maar waar
dien Minister niet,
toch, dat
met energie en kalmte de
Ik deelde destijds in de overtuiging die overtuiging bestond, strijd
stond, dat wij het recht aan onze zijde hadden.
ging
een nader antwoord en
beschouwingen treden. baar?
Ook na
En
dan
zei:
Maar
Wij zullen
ik mij
liefst in
hij
in
de overtui-
Veeleer ontweek
geen retrospectieve
ik vraag: Is dat standpunt )ia no(f
het verschijnen van wil
begreep ik
werd doorgestreden. Maar deze
Minister heb ik nog nooit hooren uitspreken, dat ook
hij
dit
de overtuiging had, dat wij het recht in dien oorlog aan onze zijde
hadden, ik zou
van
is,
zijn
De Rochemont's
houd-
geschrift?
aansluiten aan hetgeen de heer
Van
de Putte
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 320 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 320 Pagina's