GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Acta van het Zending-Congres - pagina 95

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Acta van het Zending-Congres - pagina 95

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

77 talen vijf

op

nauwelyckx vier of veroorsaackt, soo 't uyt geduerige vyandtschappen, ende over sulcx van onderlinge gemeynschap. Dit heeft al dat

Eylant,

')

soodat

schijnt,

gebreck

Bescheydenen Loser, daar niet meer toe doen, dan dezen mijnen hertlijcken wensch. Dat 'et den Heere des oogstes gelieve onder den Staat der Compagnie, soo veel goede

'er

Dorpen van een spraacke syn

;

middelen, die op dat Eylandt, en elders, ten opbouw des Christendoms, worden aangewendt, genadelijck te segenen, opdat die nieuwe Christenen meer en meer in het ware Christendom bevesticht, en die noch steken in het Heydendom, de oogen geopent synde, bekeert worden van de duysternisse tot het licht, ende vande macht des Satans tot Godt, ten eynde sij ende wij gesamenIj'ck verghevinge der sonden ontfaiighen, ende een erfdeel onder de geheylichde door het geloove in Jesum Christum. Amen. U. E. E. Dienaar in Christo, Daniël Gravius.

van Predikanten (veler lot op Forniosa) het wei-begonnen werck, bij lange stil-staiidt, groote verachteringh gheleden heeft. Hier uyt ontstaat oock, dat dit Tjanslaat, niet en kan dienen als, als voor weynige, nochtans volck-rijcke, Dorpen voor Soulang, Mattauw, Cinckan, Bacloan, Tavokan. Tevorang, en misschien oock voor eenige in Dorko en Tilocen. Dit syn evenwel de plaatsen, daar langst gearbeydt is, en, door Godts genadigen segen, wel de meeste winsten syn gedaan. Van het jaar sestien-hondert seven en veertigh af, dat ick tot bedieninge der Formosaansche volckeren, bysonderlyck van Soulang en seven omliggende Dorpen, afgesondert ben, hebbe ick mijne voor-naamste bekommeringen laten gaan, om, met behulp van sommige taai-kundige, verscheyde stucken, dienstich tot onderwys in de Religie, in de tale dier dorpen (oock noch al wat van den anderen verschillende) over te brengen: die jonge en teedere Christenen by na niets hebbende om haren swacken yver en naerstigheyt te voeden, als het openbare, en, doen noch vry gebreckelijcke onderwys in Schole en Kercke. Onder die stucken sijn oock geweest dese twee Enangelisten, Mattheus ende Markus, benelfens de twee eerste Capittels van Lucas, ende de Handelingen der Apostelen. Evenwel, ghelijck ick seer wel begreep de groote gebreckelijckheyt, die daar in stack, soo en sijn oock noyt mijne gedachten geweest, het selve door den Druck het licht vanden dach te vertrouwen, 't welck het niet en soud' hebben konnen dragen: Maar hebbe 't liever overgegeven aan de schave van den tijdt, aan het wyser oordeel en de verbeterende hand van mijne Eerwaerdighe Vervangers en Medebroeders in den H. Dienst. Hier toe is 't sedert soo veel sorghe en naerstigheyt aangewendt, door den Eerw. D. Anthonius Hambrouck (met wien tusschen de drij en dickwils

gemaackt,

dat,

bij

versterf

;

vier jaren, in het selve geweste, vrundelijcke

Bedienaar des H. Euang. eertijds op Batavia, en Formosa in OostIndien, nu tot Vere in Seelandt.

Vere,

Het

't

nu

gemeynschap

verthoont. Twijlfele niet, of sal seer viucht-

onder die aanwassende Gemeynten, konnen gebruyckt worden: gelijck wij sulckx reets by onsen tijdt door ervarentheyd vernomen hebben, wanneer dese en andere stucken, door Afschriften in de huysen wierden verdeylt. Hoewel ick het oock daar voor houde, dat, wat beter gestaltenisse dit werck als nu hebbe, in het selve nochtans, vermits de on-kunde vande rechte gronden, oock wegen de onvolmaacktheydt dier tale, ende de ongemeynheyt der Schriftuur-stoffe, door den tijdt noch al veel gebreckelijckheyt zal worden ontdeckt. Ick hebbe gaerne de cortexie van dit Boeck (daar toe versocht) op mij genomen, en, schoon genouch belast door 't gewichte van mijn Bedieningh, is het my toi zonderling vermaack geweest, die Kercken, in welcke ick voor dezen, onder Gods genadigen zegen, niet onvruchtbaarlijck gearbeyt hebbe, noch eenigen nieuwen dienst te mogen doen, waar toe oock wat in my is noch volvaerdich blijft. Dit hebbe ick noodich geacht hier over te seggen, ende en sal, tot verdriet van den baarlijck,

')

En wel zóó verschillend van taal, dat de onderstammen elkander niet verstaan konden. Zoo

luidt bijv. de eerste bede in het Gebed des Heeren: „Uw Naam worde geheiligd," in het Sinkang dialect: ,,Pakautiktik-auh ta Nanang-oho" en in het Favorlanijsch, dat

werd „Ipadasajoa naan." :

1661.

waarlijk aanzien,

dat,

binnen

korten tijd, geheel Formosa gechristianiseerd zou zijn. Doch de schoone verwachtingen, die voor de uitbreiding van het Evangelie op Formosa gekoesterd werden, kwamen echter eensklaps tot niet. De Chineesche zeeroover Koksinga toch, vermeesterde, in 1661, geheel Westelijk Formosa; bet Fort ,,Zeelandia," nabij Tai-wan-foo, de tegenwoordige hoofdstad van Formosa, werd overgegeven, en daarmede kwam een einde aan de regeering der Hollanders op het eiland. Helaas! dat hiermede ook het vonnis der verwoesting over de nog jeugdige Christenkerken op Formosa was uitgesproken. Wel was besloten, zoo mogelijk, te bedingen bij de overgave van het Fort Provincia: ,,dat voor alle ding, als de voorneenste sake deses gantschen handels zijnde, de formosaeuse Christenen ende die door Godts genade reets tot de onderwijsinge Zijner heylsame leere sijn gecomen, sonder eenige de minste bekommeringen voorts en altoos in den waeren godtsdienst door onse leeraren zullen werden geoefFent en onderwesen. Waer op ten uytersten sal moeten gestaen werden, alsoo wy niet meer ter herten en nemen, als de eere van Godes heyligen Naem, de behoudeni-sse ende Voortplantinge van de gereformeerde religie, wesende het fondament van den welstandt, de genieting van allerley zeegen ende geluck over ons en onse ondersaten, zoo naer ziel als lichaem." Doch wat stoorde Koksinga daaraan De predikant Hambroek, die, in getrouwheid aan zijn gegeven woord, en daar zijne vrouw en dochter in Kokf-inga's macht waren, na een brief van den zeeroover gebracht te hebben aan Gouverneur Coyett, te Tayvan, zich weder in zijne handen gesteld had, benevens de predikanten Mus en Winshem (ook Campius en Ampzingius ?) !

scheidene

niet ver van Sinckan gesproken

May zich

betrekkelijk

gehouden, en den last des Dienstes met gelijcke schouderen ondergaan hebbe) dat 'et, het voorleden jaar tot den Druck herwaarts over gesonden is, in die betere gedaante, die

-16

liet

1

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890

Abraham Kuyper Collection | 142 Pagina's

Acta van het Zending-Congres - pagina 95

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890

Abraham Kuyper Collection | 142 Pagina's